Abonneren
TV-Gids
Disney+
National Geographic
National Geographic
National Geographic
Wetenschap
Dieren
Geschiedenis en cultuur
Reizen
Milieu
Wetenschap
Dieren
Geschiedenis en cultuur
Reizen
Milieu
Fotograaf pagina
Sanne Derks
Boven Fraguas breekt een nieuwe dag aan. Zo’n vijftien nieuwkomers hopen in dit gehucht een autarkische commune te beginnen en hebben de verlaten bouwvallen van het dorpje gerenoveerd. Maar de regionale regering heeft de commune bevolen de gebouwen weer af te breken of anders voor de sloopkosten op te draaien. Daarna zou het land opnieuw voor de houtkap gebruikt kunnen worden.
Andrea Martín Moreno, Duende del Parke, Lalo Arracíl Coca en Miguel Martínez wonen af en toe in het dorpje Fraguas, in de regio Castilla-La Mancha. Hier nemen ze een middagpauze in de buitenkeuken voor het gemeenschapshuis. De tonnen maken deel uit van hun voorbereidingen om zich tegen een dreigende uitzetting te verweren: ze willen zich eraan vastketenen. Eind jaren zestig werden de dorpelingen van Fraguas uitgekocht om plaats te maken voor de houtkap. Later diende het gebied als militair oefenterrein en werden daarvoor meerdere gebouwen afgebroken. In de laatste tien jaar heeft een commune van dorpelingen het gehucht weer tot leven gewekt.
Voor zijn huis in het gehucht Ca l’Amat voert Costa zijn dieren. Hij beschouwt zijn vergeefse poging om een commune op te zetten niet als een mislukking. Zoals Derks het verwoordt: ‘Ook als je je bestemming nooit bereikt, geeft die bestemming toch richting aan je leven.’
Dídac Costa komt uit Barcelona en heeft vier katten, drie honden, twee ezels en 35 geiten. Los van de dieren heeft hij nog geen gelijkgezinde geesten kunnen vinden die zich kunnen aansluiten bij zijn idealistische commune, die hij de naam ‘Ecovila Amat’ heeft gegeven. ‘Wat Dídac wil, is politiek gecompliceerd,’ zegt fotografe Sanne Derks.
In het Parc natural de la Zona Volcánica de la Garrotxa, in de autonome regio Catalonië, kocht Dídac Costa zo’n zeventig hectare land, waaronder vier bouwvallen van een verlaten gehucht. (Het park omvat ook dorpen.) Hij heeft zijn geld gestoken in het renoveren van dit huis, maar het is zijn droom om een commune van milieubewuste en gelijkgezinde inwoners op te zetten.
Ruim twintig jaar geleden kreeg Jürgen Pluindrich, die in Matavenero woont, dit huis als betaling voor drie weken werk voor een andere inwoner van het gehucht. De uit Duitsland afkomstige Pluindrich zegt dat hij hier veel beter aardt dan in de jungle van de stad.
Barchel, een afgelegen dorpje in de provincie Valencia, was veertig jaar lang verlaten, maar zeven jaar geleden namen nieuwe bewoners er hun intrek en hebben er een commune opgezet. Ze wisselen hun dagelijkse taken af, zoals koken, het werk in de tuin en het hoeden van de geiten. Inwoners met een betaalde baan doneren dertig procent van hun inkomen aan de commune. Het geld wordt besteed aan voedsel dat ze niet zelf kunnen produceren en andere voorraden.
Felix Franco Escobar en Guillem Mateu Prat barbecueën in de bouwval in Aguinalíu waar Franco Escobar woont. Het gebouwtje, een voormalige veestal, heeft geen deuren of vensters, maar Escobar is tevreden met zijn huis.
Hannah Brüderer is een van de oprichtsters van de commune van Matavenero. Haar zoon en kleinkinderen wonen er nog altijd. ‘De meeste mensen blijven hier zo’n tien jaar,’ zegt zij. Een van de uitdagingen is om op zo’n afgelegen plek geld te verdienen; als de kinderen de schoolgaande leeftijd bereiken, verhuizen veel mensen naar een naburig dorp of stadje om er een stabieler inkomen en een goede school te vinden. ‘In Matavenero werken we hard, maar niet voor het geld,’ zegt zij.
Marta Haro López, Sara Vallejo Sarden, Mauricio Noel Strübing en Yule Argüello Navarro ontbijten in een huis dat ze bouwden in het afgelegen Matavenero, een dorpje in het noordwesten van Spanje. Duitse hippies vestigden zich in het verlaten dorpje in de jaren tachtig; nu wonen er ongeveer 50 permanente bewoners van verschillende generaties.