“Een paar jaar geleden was ik op een camping in de Pyreneeën en kwam er een haan op me af. Ik ging door de knieën en keek ’m eens goed in de ogen. Ik dacht: wat een leuk beest ben jij! Van bovenaf zie je zijn schoonheid en karakter niet, nu had ik echt contact. In het Pluimveemuseum in Barneveld kwam ik op het spoor van fokker Gerrit Simmelink. Hij werkt met barnevelders, een tam ras. In zijn schuur bouwde ik een studiootje met een tafel, waarop ik ze liet poseren.
Ik heb daarna door heel Nederland kippen gefotografeerd. Ik herinner me een uilenbaard in Epe, een moorkop, met een zwarte kop. De fokker, Rolinka Snijders, wist het beest niet rustig te houden. Toen ik hem een poosje vasthield, gaf hij zich over en bleef hij zitten. ‘Wat gebeurt hier nu?’ zei Snijders. Jarenlang fotografeerde ik alleen mensen: dementerende ouderen, kinderen. Bij hen is de spanningsboog erg kort. Bij de hoenders kon ik zo lang nemen als ik wilde.
De zeventiende-eeuwse vogelschilder Melchior d’Hondecoeter was een inspiratie voor me, hij werkte mooi met licht. Ik plaatste een grote lamp vóór mijn onderwerp, een erachter en dan nog een om de schaduwen in te flitsen. Ik stelde mijn camera, een oude Hasselblad, handmatig scherp en bewoog mee met de kip. Ik liet ’m soms naar de rand van de tafel lopen, waar de fokker stond, en dan moest-ie een draai maken, heel mooi. Het is alsof de dieren op de catwalk staan. De hennetjes vond ik nog het leukst. Een haan imponeert vooral; een hen, die ontroert me echt.”
Portretfotograaf Alex ten Napel doorliep de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Robbert Vermue tekende zijn verhaal op. Dit verhaal verscheen in de februari 2019 editie van National Geographic Magazine.
Lees ook: In beeld: de helden van Vrygrond
Lees ook: Vechten voor het waaierhoen