Een droomreis door Indonesië verandert in een nachtmerrie als de boot die Wilbert en zijn vriendin Marjan in augustus 2014 van Lombok naar Komodo moet brengen, plotseling zinkt midden op zee. Wat volgt is een gevecht tussen leven en dood. Zonder water, eten of zonnebrandcrème brengen ze, samen met de andere 23 opvarenden, ruim 40 uur op zee door. Twee van de reizigers overleven het niet. Wij spreken Wilbert van Haneghem over zijn boek Schipbreuk in het paradijs, waarin hij de lezer meetrekt in een persoonlijk verhaal over de strijd voor het leven.

Allereerst: hoe gaat het nu met je?

‘Goed, ik heb een boek geschreven,’ grapt Wilbert, waarna hij op serieuze toon verder gaat. ‘Eerst zaten we in een bubbel, waarbij we ons erg terugtrokken. Het draaide om rouwen en overleven. Daar zijn we nu uit. Het leven is doorgegaan met alleen maar nieuwe dingen. Uit iets heel slechts is iets moois gekomen. Vandaag stond ik in de boekhandel en dacht ik: wauw, hier ligt gewoon een stapel van mijn boeken.’

De omslag van het boek Schipbreuk in het paradijs
De omslag van het boek ‘Schipbreuk in het paradijs’.

Wat was het eerste dat je deed toen je thuiskwam?

‘Ons terugtrekken. Waar ik normaal gesproken extravert ben en graag een leuk feestje bouw, trokken we vanaf het moment dat we aankwamen op Schiphol de stekker eruit. Daar zaten we dan… omringd door bloemen. Maar al snel moesten we weer het ziekenhuis in, dingen regelen en werden we overladen met belletjes en door media. We wilden vooral weer grip krijgen op ons eigen leven. Zowel tijdens als na de ramp zijn we geleefd. Ons lot lag in de handen van anderen – verzekeringsmaatschappijen, ziekenhuizen, onze redders, vrienden en familie. Daarna is thuis even heel fijn en veilig.’

Wilbert en Marjan in het ziekenhuis in Sape Soembawa
Wilbert en Marjan in het ziekenhuis in Sape Soembawa.
HH

Wat deed de gedachte dat je het misschien niet zou overleven met je?

‘Ik probeerde vooral de paniek in mijn hoofd de baas te blijven. Dat mocht niet de overhand nemen. Ik dacht: als dit het laatste moment is, wil ik in ieder geval aan mijn familie denken. Eigenlijk was de angst om vermist te raken op gegeven moment groter dan de angst om dood te gaan: die was te groot om erin te berusten dat we het misschien niet zouden overleven. Ik zie nu ook aan de familie van Jorge en Victor ­– die beiden vermist raakten tijdens de ramp – wat een vermissing teweeg brengt. Zij zijn kapot. Meerdere keren zijn ze teruggegaan zonder antwoorden te vinden.’

Hangend aan de sloep in de golven
Hangend aan de sloep in de golven.
Bertrand Homassel

Wat kan je mensen die in een schipbreuk terecht komen aanraden?

‘Trek je eigen plan, want dat doet een ander ook, maar wel met gebruik van ieders kwaliteiten. Iedereen heeft zijn kracht, gebruik dat om samen sterker te worden. Verder: niet alle bagage achterlaten, zoals ik het wel heb geleerd als steward. Probeer een aantal cruciale dingen mee te nemen, zoals een mes, nieuwe kleding, petje en zonnebrand. Die kunnen later van levensbelang blijken te zijn.’

De Versace Amara aangemeerd
De Versace Amara aangemeerd.
Keenan Lacey

Welke dingen zou je achteraf anders gedaan hebben?

‘Niet die boottrip boeken, maar met het vliegtuig en een korte boottrip via Flores gaan. Dat is het simpelste antwoord. Onze boot was net geverfd, dat gaf een andere blik. We hadden net een lange busreis gehad, alles gaat hop-hop snel. Nu, achteraf bezien, was ik niet aan boord gestapt. Dit soort boten zijn niet geschikt voor 16 uur op open zee. Ongelukken als deze gebeuren heel veel, maar negen van de tien keer niet met westerlingen. Plus: als iedereen het redt, is het geen wereldnieuws. Je gaat ervanuit dat er op zijn minst GPS, reddingsmiddelen en getrainde bemanning aanwezig is, maar dat bleek achteraf allemaal niet zo te zijn.’

De opvarenden in de sloep keren terug naar het zinkende schip dat op de voorgrond te zien is met de rest van de passagiers op het laatste stukje dat nog boven water steekt
De opvarenden in de sloep keren terug naar het zinkende schip, dat op de voorgrond te zien is met de rest van de passagiers op het laatste stukje dat nog boven water steekt.
Bertrand Homassel

Zie je het paradijs van de schipbreuk nog steeds als een paradijs?

‘Ja, dat bleef het wel. Zelfs tijdens de schipbreuk, terwijl we de eerste ochtend na de ramp van het schip naar het vulkanische eiland in de verte probeerden te gaan, zeiden we tegen elkaar: wauw, kijk eens om je heen: roggen, visjes. Als ik hier een zwembandje en een cocktail had gehad… En dan ’s nachts die sterrenhemel vanaf het water, zonder lichtvervuiling. Het oneindige waar je als reiziger naar op zoek bent, dat was er. Toch is het als schipbreukeling anders. Je krijgt een soort clash tussen twee gedachten: leuk het paradijs, maar wacht even, even doorzwemmen! Eigenlijk was onze grootste angst dat we bang zouden worden om te reizen. Daarom zijn we ook teruggegaan, om weer van de plek te kunnen genieten.’

Zonsondergang boven het eiland Gili Air
Zonsondergang boven het eiland Gili Air.

Op welke manier heeft deze ervaring jouw leven veranderd?

‘Op meerdere manieren. Het heeft me de kans geboden een boek te schrijven, niet alleen over de ramp, maar ook over mijn verleden, waardoor ik anders naar mezelf kijk. Ook heeft het mijn relatie met Marjan verdiept en die met vrienden en familie verbeterd. Het was de dood of de gladiolen: of ik schrijf een boek of ik ga dood. Het gevoel er nu echt wat van te willen maken, is zowel bij mij als Marjan sterk aanwezig. We willen niet meer ratrace of life en nemen nog meer de tijd voor dingen, zoeken verdieping, betere gesprekken. Ga ik een Ferrari kopen? Nee. Veel verre reizen maken? Ja. Carpe diem. Pluk de dag. Dat doen we nu.’

Het boek ‘Schipbreuk in het paradijs’ is vanaf nu verkrijgbaar in diverse boekhandels en o.a. hier online te bestellen.