Onder het weelderige groen, is het Mexicaanse schiereiland Yucatán als Zwitserse kaas. Het vaste gesteente heeft duizenden zinkgaten, die gevormd worden wanneer kalksteen instort en gevuld wordt met koud grondwater.
Eeuwen geleden waren de Maya’s afhankelijk van cenodes voor vers water en geloofden dat het deuren van de goden waren. Nu verkennen duikers de diepten, maar er zijn geen speciale certificaten nodig om van de poelen te genieten aan het oppervlak.
Gelegen aan een zandweggetje in de wildernis, stond Dos Ojos Cenote op het punt om te gaan sluiten toen we aankwamen. Duikers in wetsuits en kinderen in zwemkleding rolden richting de parkeerplaats, maar – gelukkig – liet de receptionist ons nog binnen. Toen we de krakende houten trap afkwamen die naar de poel leidde, ontdekten we dat we helemaal alleen waren.
Het water was 24 graden en leek blauw en groen te kleuren door het licht van de namiddag. Onze zachte stemmen echode tegen de top van de grot, waardoor het klonk alsof we in een operahuis waren.
Er waren rotsformaties die je in de 9 meter diepe poel zag verdwijnen, en openingen die nog veel verder gingen dan dat. We dreven en zwommen tot onze vingers rimpelig werden terwijl we genoten van de stilte in dit “raam van de aarde”.
Een paar dagen later gingen we naar Gran Cenote, waar we een hele andere ervaring hadden: een levendig feestje. Families en stelletjes waren aan het picknicken op een smal grasveldje toen we de trap afkwamen met onze snorkels. Door onze maskers zagen we vissen en schildpadden om druipstenen heen zwemmen. Ongeveer 9 meter onder ons in de diepte zag je de lampen van de duikers.
We zwommen onder water heen en weer en warmden onszelf daarna op het gras op, samen met anderen die kwamen genieten van de helderheid en wild wonders van dit door steen omgeven zwembad in de jungle.
Cenotes
Een grot of poel in Yucatán die vol staat met water heet een cenote. In totaal zijn er ruim 3.000 cenotes. Het woord komt van het tso'ono'ot, dat afgrond betekent bij de Maya's.