Op Dominica is het de natuur die het ritme van de dagen bepaalt, vooral voor avontuurlijke reizigers. Deze eilandstaat met zijn bergachtige regenwouden, stranden van zwart zand en spectaculaire onderwaterwereld ligt tussen Guadeloupe en Martinique,en is uitgegroeid tot een van ’s werelds meest geliefde ecotoeristische bestemmingen.

Verwacht hier niet het typische Caribische massatoerisme, wantin tegenstelling tot zijn meer ontwikkelde buren heeft Dominica de verleiding van grootschalige projectontwikkelingen kunnen weerstaan. Sommige vakantie-ervaringen, zoals snorkelen met plaatselijke potvissen, zijn hier bewust kleinschalig gehouden om het welzijn van de zoogdieren te beschermen. Elk jaar wordt slechts een handvol vergunningen aan geaccrediteerde touroperators verleend, zoals Wildlife Photo Tours, die zich aan strikte regels moeten houden.

Dominica heeft zich wonderbaarlijk goed hersteld van hurricane Maria, die het eiland in 2017 trof, en kan bezoekers met minder alledaagse uitstapjes een geweldige vakantie bezorgen. Daartoe behoren vissen op een invasieve vissoort, voettochten naar een grote heetwaterbron en trektochten door diepe kloven.

Hieronder lees je hoe je dit natuurparadijs kunt verkennen.

Wandelen naar een kokend meer

Door de bergregio’s van Dominica slingeren zich talloze wandelpaden, vlak langs steile klippen boven stranden van zwart zand en dwars door weelderige jungle. Sommige routes, zoals de Syndicate Nature Trail en het pad naar de Emerald Pool, belonen wandelaars vrijwel meteen met uitzichten op watervallen en papegaaien, terwijl op de 185 kilometer lange Waitukubuli National Trail – de langste in het Caribisch gebied – het natuurschoon zich meer geleidelijk ontvouwt.

Maar de bekendste route op Dominica is die naar het Boiling Lake, een ondergelopen fumarole die diep in het regenwoud ligt verscholen. De zes uur durende wandeling (heen en terug) loopt door het Morne Trois Pitons National Park naar een buitenaards ogend landschap van stomende vulkanische uitlaten, modderpoelen en de zwavelbronnen van de Valley of Desolation.

Een wandelaar loopt op een route door het Morne Trois Pitons National Park een Werelderfgoed richting het Boiling Lake
Een wandelaar loopt op een route door het Morne Trois Pitons National Park, een Werelderfgoed, richting het Boiling Lake.
Hemis, ALAMY STOCK PHOTO

Abseilen in een canyon

Elk jaar valt er op Dominica meer dan zevenenhalve meter regen – of ‘vloeibare zonneschijn’, zoals de eilandbewoners het noemen. Al dat water heeft in duizenden jaren tijd diepe kloven met ongerepte watervallen en bruisende riviertjes uitgesleten. Het landschap op Dominica doet dan ook denken aan een natuurlijk waterpark en is ideaal voor avontuurlijke canyontochten, waarbij deelnemers niet alleen lopen maar ook klimmen en klauteren, abseilen en zwemmen.

Binnenin de diep uitgesneden kloven groeien epifyten en varens op de hoge, met mos begroeide rotswanden, die poelen met kristalhelder water omsluiten. Ga op avontuur met Extreme Dominica, dat ook dagtrips voor beginnelingen verzorgt. Nadat je de kleinere canyons als oefenterrein hebt gebruikt, kun je tachtig meter naar beneden abseilen vanaf de Trafalgar Falls of met een helmlamp op nachtelijk avontuur gaan.

Jagen op eten

De koraalduivel is inheems in de Indische en Stille Oceaan maar heeft zich nu als invasieve soort in de Caribische Zee gevestigd, waar deze vissen een grote vraatzucht aan de dag leggen en geen natuurlijke vijanden hebben – afgezien natuurlijk van hongerige mensen. Voor de zuidwestpunt van Dominica geeft Simon Walsh van Nature Island Dive les in jachttechnieken voor duikliefhebbers en leidt ze daarna naar de beste plekken voor de jacht met harpoengeweren op koraalduivels.

Een van die plekken is het Soufrière-Scott’s Head Marine Reserve, een onderzeese krater. Daar vormen koralen en rotsformaties een onderwaterwereld met een veelheid aan kleurrijke zeedieren. Het gebied is goed vanaf de wal te bereiken, zodat ook snorkelaars het onderzeese landschap van Soufrière Bay kunnen verkennen.

Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op NationalGeographic.com