‘De rots waar ik op sta is oud. Twee miljard jaar om precies te zijn.’ Per-Arne Olsson (54) houdt ervan om dingen in perspectief te plaatsen. We zijn in Blekinge, dat ‘kalm water’betekent, de op een na kleinste provincie van Zweden, enlopen een deel van de Blekingeleden, een langeafstandsroute (240 km) die grenst aan de Skåneleden (1000 km). Na het passeren van een groepje roomwitte koeien, waarvan enkele afkoeling zoeken in de Baltische zee, wacht aan het einde van onze trail de kajak. Het dekzeiltje is vandaag niet nodig, want de zee houdt zich koest. Ik laat me in de kajak zakken, test de voetpedalen, berg mijn telefoon op in de drybag en zet af van de kant, hortend en stotend, tot ik water onder de bodem voel en mijn wereld begint te wiebelen. Niet veel later peddel ik helemaal alleen op een zee die ooit bevroren was. Wat zal ik doen? Ga ik nog verder de zee op,into thegreat wide open, of peddel ik naar Tjärö, het eiland waar je heerlijk kunt lunchen? Ik zie de rood-witte huisjes al staan. Voor me een veel kleiner eilandje, meer een rots met vogels die in silhouetten zijn veranderd. Aalscholvers. Het bekende beeld: het verenkleed moet droog.

Bizons

Eriksberg in Blekinge telt meer dan 200 soorten vogels, leer ik later die dag van Per-Arne Olsson (54). Hij blijkt een man van de cijfers. ‘We hebben hierbijna 1200 soorten vlinders, 16 soorten vleermuizen, en 117 soorten muggen.’

‘Muggen!?!’ onderbreek ik.

‘Ze steken niet,’ stelt Olsson me gerust. Hij wijst in de lucht. ‘Met een beetje geluk zien we vandaag ook nog een visarend.’ De vinger gaat naar beneden. Voor ons ligt een meer. Erin drijven zes soorten waterlelies: gele, witte, roze.

Bizons in Blekinge
Bizons in Blekinge.
Frits Meyst, WideOyster.com

Stapje terug: waar zijn we precies?

We zijn zojuist het Eriksberg Natuurreservaat binnengereden, een private game park van 925 hectare groot waar Olsson al 18 jaar CEO is. Hij kent elk dier bij naam, inclusief bijnaam, vermoed ik. Zonet nog stak er een bizon over. Gelukkig zat ik veilig in de auto. Een kolos van 500 kilo. Geen paniek. Olsson weet precies wie ze is: ‘An ol’ lady.’

Onze Amerikaanse filmmaker, die speciaal is ingevlogen om beelden te schieten van Skåne en Blekingewordt helemaal gek: buffalos, kiddin? Is hij helemaal naar de Oude Wereld gekomen, blijken er gewoon bizons rond te lopen in Europa, als kind al zijn lievelingsdier. Alleen (bescheiden): klopt het dat deze veel kleiner zijn?

Olsson knikt: de Europese bizon, ook wel laaglandwisent genoemd, is het kleine neefje van de Amerikaanse bizon. In zijn park lopen 55 Europese bizons rond. In het wild vind je er 5000, verspreid over heel Europa. Tel je daar de afgesloten parken bij op, inclusief die van Eriksberg, dan kom je op een totaal van 7000 Europese bizons. Dat lijkt veel, maar op de wereld zijn er méér zwarte neushoorns dan Europese bizons. Just to get an idea.

Hoe zit het met de moose, wil ik weten. Krijgen we die nog te zien? In het wildpark zal je geen giraffen aantreffen, dat snap ik. In het park lopen alleen dieren rond die hier altijd hebben rondgelopen: edelherten, damherten, wilde zwijnen, moeflons.En dus ook Europese bizons. De Zweedse Big Five, zou je kunnen zeggen, al mist de eland. Bij navraag blijkt de vegetatie niet geschikt voor dit icoon van Zweden.

Een legend

Aan de wieg van het Eriksberg Natuurreservaatstond Bengt Berg. Over iconen gesproken, Bengt Magnus Kristoffer Berg (1885-1967) was naast ornitholoog een van de allereerste natuurfotografen ter wereld. Hij begon met fotograferen rond 1910. En had talent. Lef ook! Vanuit een heteluchtballon fotografeerde hij lammergieren in de Himalaya.

Hoe bijzonder men zijn werk vond blijkt wel uit het volgende. We schrijven 1925. Charlie Chaplins The Gold Rushgaat in première en de legendarische film Pantserkruiser Potjomkin. Maar in Berlijn staan de mensen voor een heel andere film in de rij. Vier maanden lang drommen de mensen samen voor de deur van het Victoria Theater, een van de grootste filmtheaters uit die tijd, met plek voor 2600 mensen. Twee keer per dag is het theater totaal uitverkocht. Spreker is de Zweedse natuurfilmmaker Bengt Berg. Terwijl het publiek dieren ziet die ze nog nooit gezien hebben, zoals schoenbekooievaars uit Zuid-Soedan, klinkt voorin de zaal de zachte stem van een man die overal is geweest: Afrika, India, Bhutan. Een wereldreiziger, natuurfilmpionier en bovenal dierenliefhebber. Die man richtte in 1938 het Eriksberg Natuurreservaat op. Dankzij hem is de zeearend van Zweden gered, de grauwe gans, de steenarend en de knobbelzwaan. Een legende.

Met een app worden alle routes in Blekinge  hiking biking  kayaktrails  duidelijk gemarkeerd
Met een app worden alle routes in Blekinge – hiking, biking & kayaktrails – duidelijk gemarkeerd.
Frits Meyst, WideOyster.com

Out of Africa

Op de een of andere manier doet de man die spontaan op onze safari meegaat, me een beetje aan Bengt Berg denken. ‘Aangenaam, Yngve Bergqvist is de naam.’ Pas later valt het kwartje. Het is de oprichter van het Zweedse Icehotel. De zakenman annex visionair, dressed for the occasion, zit in het bestuur van het Eriksberg Natuurreservaat. In zijn hand houdt hij een glas rode wijn, op zijn hoofd draagt hij een sigaarbruine pet, vintagelook. We kijken samen uit over het meer. En zwijgen.

Het mooie is dat je hier kunt kamperen. Precies op deze plek. Hoog op een berg, uitkijkend over duizend-en-een waterlelies in pasteltinten. Boven ons cirkelt een zeearend. En hé… ging daar in mijn linker ooghoek nou een everzwijntje? Nog een. Het groepje rent in kleine bange stapjes. Hup, moeder achterna. Het bos in.

We zitten op het terras van een glamping tent. Voor 560 euro per nacht kun je er logeren. A-locatie. De ‘architect-designed glamping tent’is ingericht als een filmset, inclusief retro verrekijker. Wij logeren er niet, maar eten ‘s avonds wel in het park. Malin Nilsson en Björn Palm zijn onze outdoorchefs. Beiden gekleed in roodgeruit overhemd, presenteren ze de borden: entrecote van damhert. Eten wat de pot schaft, luidt hier het devies. Je gaat niet naar de slager voor een onsje rundergehakt als je in Eriksberg bent. Hier eet je kogelvers hert.

Info: www.eriksberg.se

Sinds 2011 mag de archipel van Blekinge zich Unescobiosfeerreservaat noemen
Sinds 2011 mag de archipel van Blekinge zich Unesco-biosfeerreservaat noemen.

DE BALTISCHE ZEE

Met een oppervlakte van 2941 km2 (0,7% van de totale oppervlakte van het land) is Blekinge de op een na kleinste provincie van Zweden. Het telt 90 km kustlijn en meer dan duizend eilanden, groot en klein. Het grenst aan de Baltische zee: een zee die morfologisch gezien pas nét komt kijken. De Baltische zee bestaat namelijk pas sinds het zesde millennium voor Christus. Ze is ontstaan toen de Scandinavische ijskap aan het einde van de laatste IJstijd begon te smelten, eerst in de vorm van een zoetwatermeer. Het werd nog één keer flink koud, de periode die de Engelsen ‘The Big Freeze’ noemen. Hierna begon het zeewater mondiaal te stijgen en kwam alles onder water te liggen. Nog altijd is de Baltische zee minder zout dan bijvoorbeeld de Noordzee. Het brakke water is het gevolg van de aanvoer van rivierwater. Ook is er nauwelijks getijverschil.

ARK56

Sinds 2011 mag de archipel van Blekinge zich Unesco-biosfeerreservaat noemen. Diverse belangenorganisaties sloegen de handen ineen en hebben de oceaan aan mogelijkheden die de archipel biedt toegankelijk gemaakt voor vakantiegangers. Met een app. Alle routes – hiking, biking & kayaktrails – zijn verbonden met hubs voor transport, grillspots, aanlegsteigertjes, fijne lunchadresjes, hotelletjes en andere overnachtingsplekken. Alles duidelijk gemarkeerd. De app is ook in het Engels beschikbaar.

visitblekinge.se