De ontdekking in 1985 van de Titanic was het resultaat van een geheim onderzoek van de Amerikaanse marine naar twee gezonken nucleaire onderzeeërs, aldus de oceanograaf die het wrak van de befaamde oceaanstomer heeft gevonden.
Delen van deze spannende episode uit de Koude Oorlog waren al halverwege de jaren negentig van de vorige eeuw bekend geworden, maar het complete verhaal komt nu pas aan het licht, zegt de ontdekker van de RMS Titanic, Robert Ballard.
“De marine praat er eindelijk over,” zei Ballard, oceanograaf aan de University of Rhode Island in Narragansett en het Mystic Aquarium and Institute for Exploration in Connecticut.
Ballard sprak in 1982 met de Amerikaanse marine over financiële steun voor de bouw van zijn robotonderzeeërs (ROV’s), de op afstand bestuurde technologie die hij nodig had om de Titanic te vinden.
Ballard is ook explorer-in-residence van de National Geographic Society (National Geographic News is onderdeel van de National Geographic Society.)
Verrassende vondst
Ronald Thunman, destijds onderdirecteur marineoperaties voor onderzeebootoorlogen, zei tegen Ballard dat het leger geïnteresseerd was in de technologie, maar dan met het doel om onderzoek te doen naar de wrakken van de USS Thresher en USS Scorpion.
Omdat de ROV’s van Ballard de gezonken onderzeeërs zouden kunnen bereiken en fotograferen, besloot de oceanograaf om het leger te helpen. Vervolgens vroeg hij de marine of hij tegelijkertijd naar de Titanic kon zoeken, die ergens tussen de wrakken van de beide onderzeeërs moest liggen.
“Ik deed een beetje kortaf tegen hem,” zei Thunman, die als viceadmiraal afzwaaide en nu in Springfield, Illinois, woont. Hij benadrukt dat de missie bedoeld was om de gezonken oorlogsonderzeeërs te bestuderen.
Als Ballard zijn militaire missie zou afronden en er nog tijd over zou zijn, zo zei Thunman, mocht de oceanograaf doen wat hij wilde, maar Thunman gaf hem nooit officieel toestemming om naar de Titanic te zoeken.
Ballard zei dat minister van Marine John Lehman van het plan op de hoogte was.
“Maar de marine had nooit verwacht dat ik de Titanic zou vinden, dus toen dat gebeurde, werden ze opeens heel zenuwachtig vanwege alle publiciteit,” zei Ballard.
“Het publiek richtte zich echter dusdanig op de legende van de Titanic dat het verband met militaire operaties nooit werd gelegd.”
Gezonken onderzeeërs
De Thresher en de Scorpion waren in de noordelijke Atlantische Oceaan op diepten tussen de drie en vier kilometer gezonken.
Het leger wilde weten wat er met de nucleaire reactors van de schepen was gebeurd, vertelde Ballard.
Met die kennis zouden ze kunnen bepalen of het dumpen van radioactief materiaal in zee veilig was voor het milieu.
De Amerikaanse marine wilde ook weten of er enig bewijs was voor de theorie dat de Scorpion door de Sovjets tot zinken zou zijn gebracht.
De gegevens van Ballard toonden aan dat de nucleaire reactors onbeschadigd op de bodem van de oceaan lagen en geen invloed op het milieu hadden, zei Thunman.
De gegevens lieten ook zien dat de Thresher waarschijnlijk was gezonken nadat een defect aan een leiding tot het uitvallen van de nucleaire aandrijving had geleid, voegde hij eraan toe. De details over de ondergang van de Scorpion waren minder eensluidend.
De onderzeeër moet zijn getroffen door een of ander catastrofaal defect, zei Thunman. De achtersteven bleef hermetisch afgesloten en implodeerde toen de onderzeeër tot onder een bepaalde diepte was gezonken.
“We zagen geen aanwijzingen voor wapengeweld van buitenaf waarmee het schip tot zinken zou zijn gebracht,” zei Thunman – waarmee hij afrekende met de theorie dat de Russen de onderzeeër hadden getorpedeerd uit wraak voor een spionagemissie.
Puinspoor
Terwijl hij naar de gezonken onderzeeërs op zoek was, leerde Ballard een les van onschatbare waarde over de effecten van zeestromingen op het puinspoor van een zinkend schip: de zwaarste onderdelen zinken het snelst.
Het resultaat was een puinspoor dat volgens de natuurkundige wetten van zeestromingen was neergelegd.
Met nog maar twaalf dagen van zijn missie te gaan begon Ballard naar de Titanic te zoeken, waarbij hij van dit nieuwe inzicht gebruik maakte om de locatie van de oceaanstomer op te sporen. Hij ging ervan uit dat het schip in tweeën was gebroken en tijdens het zinken een puinspoor had achtergelaten.
“Dat heeft ons gered,” zei Ballard. “Het bleek te kloppen.”
De ontdekker maakte daarna van dezelfde techniek gebruik om andere gezonken schepen en schatten te vinden, onder meer tijdens expedities naar de Zwarte Zee.
Waren deze expedities soms ook top secret? De Zwarte Zee ligt per slot van rekening in het onrustige Midden-Oosten.
“De Koude Oorlog is voorbij,” zei Ballard. “En ik zit niet meer bij de marine.”