Lieve Blancquaert is jurylid van de National Geographic Fotowedstrijd. Ze werkt al ruim 35 jaar als freelance fotojournalist en is vooral bekend vooral voor haar sociaaldocumentaire series en portretten. In gesprek met Arne Van Ongeval vertelt ze over haar ontwikkeling als fotograaf en geeft ze enkele fotografietips.
Uit uw werk spreekt een duidelijke maatschappelijke betrokkenheid. Waar komt die vandaan?
Ik ben geboren in 1963, een tijd met een beeldcultuur die in niets is te vergelijken met die van vandaag. Destijds hadden foto’s een impact op mij, zelfs als kind. Een beeld dat me altijd zal bijblijven, is de foto van het negenjarig meisje Kim Phuc, dat in de Vietnamoorlog naakt, huilend en helemaal verbrand door napalm recht op de camera af liep. Dat ene beeld heeft zo veel veranderd: de opinie over de oorlog sloeg helemaal om, en mensen beseften toen dat er onschuldige kinderen getroffen werden. Dat was voor mij de trigger om fotograaf te worden. Het besef dat je echt iets in beweging kunt zetten met een enkele foto, paste volledig bij mijn idealisme dat ik had als kind. En dat is nu nog steeds het geval. Als iets als onrecht aanvoelt, ben ik zeer gemotiveerd om er iets aan te doen.
Wie zijn daarbij uw grote inspirators geweest?
Heel veel mensen hebben mij geïnspireerd. Ik steel een beetje van iedereen, en dat is oké. Alles is al weleens gedaan, maar niet door mij. Fotografie is sterk verbonden met wie je bent, hoe je je voelt op dat moment. Maar ook hoe groot je bent, hoe je beweegt, hoe je kijkt. Daarom ben je ook nooit klaar, het is nooit af. Een van mijn grootste voorbeelden is zonder twijfel Annie Leibovitz. Ik deed ooit nogal ophefmakende campagnes voor Oxfam, die vooral door haar werk geïnspireerd waren. Een andere grote inspiratie is James Nachtwey – zijn beelden kunnen zo scherp en hard zijn, dat het echt snijdt.
Wanneer is een portretfoto voor u geslaagd?
Heel moeilijk te beantwoorden. Een portret is in elk geval niet enkel geslaagd omdat de geportretteerde persoon er supergelukkig mee is. Als mensen kijken we anders naar onszelf; we kennen ons spiegelbeeld, dat we zeer subjectief zien, maar we kennen zelden ons echte beeld. Daarom zijn we niet vaak tevreden met een portret. Een goed portret moet tonen wie iemand echt is, wat soms confronterend kan zijn. Het moet nieuwsgierigheid opwekken, je iets laten voelen, je raken of je ergens toe laten bewegen. Het moet iets doen.
U bent ook dit jaar weer jurylid van de National Geographic Fotowedstrijd. Welke tips heeft u voor het vastleggen van mensen op beeld?
- Durf mensen aan te raken! Een portret is geen kiekje, je bent als het ware regisseur van het beeld, en je moet durven ingrijpen. Dat doe je door aanrakingen, maar evengoed door hoe je beweegt, hoe je kijkt, hoe je praat… Er is vooraf communicatie geweest bij een portret, je overlegt met elkaar. Blijf daarom communiceren, toon je beelden, praat erover en neem onzekerheden weg bij je modellen. Een portret maak je met zijn tweeën! De band tussen fotograaf en model is belangrijk.
- Leer naar het licht kijken. We leren eten, rekenen, schrijven, maar niet hoe je licht goed kunt beoordelen. Jezelf leren kijken naar lichtinval, spelen met schaduwen, bepaalde delen meer of minder belichten, dat maakt een portret meestal veel sterker.
- Gebruik zo mogelijk een statief. Je kunt dan de kadrering vasthouden en toch bewegen. Zo breng je eigenlijk meer rust in de kamer, omdat je meer interactie kunt hebben met je model.
- Heb durf. Spreek mensen aan! Als ik op reis of op straat iemand zie waarbij ik het gevoel heb dat die persoon een mooi portret kan opleveren, spreek ik hem of haar meteen aan. Mensen zeggen zelden ‘neen’ op de vraag of je ze mag fotograferen.
Is een goede camera een vereiste?
Het is geen vereiste, maar het helpt wel. Met een goede camera en een lichtsterke lens kun je zeer zeker een beter portret maken dan met een kwalitatief mindere lens. Maar, vandaag wordt er zo veel digitaal nabewerkt, dat het vaak moeilijk is om te zien of een sterk beeld het product is van een goede lens of goede nabewerkingssoftware.
Waarop zult als als jurylid letten?
Een foto moet mij raken. Een foto is niet per se geslaagd omdat die technisch goed is gemaakt. Natuurlijk is het belangrijk dat de scherpte van een foto op de juiste plaats ligt of dat de belichting het portret versterkt. Maar die extra laag – dat de foto iets met je doet – maakt voor mij het verschil tussen een goede foto en een winnende foto.
Wat maakt een foto tot een National Geographic-foto, voor uw gevoel?
National Geographic is al heel lang een begrip in de fotografiewereld! Fotografen kunnen zich voor een opdracht soms maandenlang ergens op toeleggen, wat altijd resulteert in kwaliteit. Mij klinkt het als een droom als je als fotograaf de kans krijgt weken bij een stam te gaan wonen om de mensen echt op beeld vast te leggen. De fotografen kunnen zich echt verdiepen in hun onderwerp, en dat zie je terug. Een National Geographic-foto geeft informatie, doet je in een onbekende wereld stappen, laat je verwonderen. Je krijgt goesting om ergens te zijn. Je stapt als het ware in een wereld waarvan je weet dat die er is, maar die je nog niet kent.
Bekijk meer werken van Lieve Blanquaert op haar site: lieveblancquaert.be