Met zijn pleidooi voor een Amerikaanse ‘Space Force’ bracht president Trump afgelopen maandag een nieuwscyclus op gang die in een trailer voor een sciencefictionfilm uit Hollywood niet zou misstaan. De president wil dat de Amerikaanse krijgsmacht zich met een zesde krijgsmachtonderdeel – naast de landmacht, luchtmacht, marine, het marinierskorps en de kustwacht – op activiteiten in de ruimte gaat richten.
“Ik heb hierbij het ministerie van Defensie en het Pentagon opgedragen met onmiddellijke ingang aan het proces te beginnen dat noodzakelijk is voor het opzetten van een zesde onderdeel van de krijgsmacht. Dit is een grote statement,” verklaarde Trump tijdens een bijeenkomst van de National Space Council. “We zullen de Air Force hebben en de Space Force - afzonderlijk maar gelijkwaardig.”
Na deze instructie van Trump zul je misschien wat vragen willen afvuren. Hebben de VS nu een afdeling Starship Troopers? Wat zijn de voor- en nadelen van zo’n ruimtemacht? En is zo’n militaire tak wel in overeenstemming met internationale verdragen? Wij hebben de antwoorden.
Heeft Trump zojuist een Amerikaanse Space Force opgezet?
Nee. Alleen door middel van een wet die door het Amerikaanse Congres wordt aangenomen, kan een nieuw onderdeel aan de krijgsmacht worden toegevoegd.
President Trump heeft al eerder met het idee van ruimtekrijgers gespeeld, eerst tijdens een toespraak in maart 2018 en later bij een ceremonie in de Rozentuin van het Witte Huis, in mei 2018. Maar vorig jaar was zijn kabinet nog tegen het plan.
“Het Pentagon is al complex genoeg,” verklaarde staatssecretaris voor de Luchtmacht Heather Wilson in juni 2017 tegenover de pers. “Dit zal de zaak nog ingewikkelder maken, meer kadertjes aan het organigram toevoegen en meer geld kosten. Als ik meer geld zou hebben, zou ik dat in dodelijke vuurkracht stoppen, niet in bureaucratie.”
In juli 2017 schreef minister van Defensie Jim Mattis aan het Congres dat het parlement zich moest uitspreken tegen een voorstel om een Ruimtekorps op te richten, dat uiteindelijk ook door de parlementariërs werd verworpen.
Maar het idee heeft zowel in als buiten het Congres voorstanders, die menen dat de ruimte inmiddels té belangrijk is geworden om niet door een aparte militaire tak in de gaten te worden gehouden.
“De ruimte is een plek waar nu tientallen miljarden dollars aan infrastructuur om de aarde draait”, zegt Mark Albrecht, van 1989 tot 1992 secretaris-generaal van de National Space Council. “Alles wordt vanuit de ruimte gecontroleerd of op z’n minst gefaciliteerd, van onze financiële overboekingen tot de GPS in onze auto’s.”
Hij stelt dat militaire activiteiten in de ruimte “in materiële zin niet verschillen van de activiteiten van de Amerikaanse marine, die in de Stille en Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee opereert, niet om problemen te zoeken of oorlogen te beginnen, maar om ervoor te zorgen dat de zaken die ons dierbaar zijn, worden beschermd.”
Met de National Defense Authorization Act van 2018 gaf het Congres het Pentagon de opdracht om op z’n minst te bestuderen of het Amerikaanse ministerie van Defensie zijn bestaande ruimteprogramma’s moest reorganiseren. De opstellers van een tussenrapport dat vorig jaar maart werd gepubliceerd, spraken zich noch voor noch tegen het plan uit om een verenigde Space Force op te zetten. Het volledige rapport zal op 1 augustus worden gepubliceerd.
Bekijk oude NASA-foto's uit de 'Golden Age of Space'
“Voordat het Congres ook maar iets doet, zullen ze volgens mij eerst dat rapport willen inzien en dan horen wat het ministerie van Defensie ervan vindt,” zegt Michael Dodge, expert in ruimterecht aan de Faculteit Ruimtestudies van de University of North Dakota.
De Washington Post berichtte dat de Joint Chiefs of Staff, het belangrijkste militaire adviesorgaan van de Amerikaans regering, en het ministerie van Defensie zijn begonnen de nieuwste aanwijzing van Trump te overdenken, maar het is onduidelijk of en wanneer het Witte Huis met wetgeving op dit gebied zal komen.
Is het idee van een Space Force geheel nieuw?
Nee. Over het idee van een ruimtemacht wordt al tientallen jaren nagedacht. In een beleidsnotitie uit 1999 speelde senator Bob Smith al met de gedachte, en in het jaar daarop stelde een commissie onder voorzitterschap van Donald Rumsfeld voor om binnen de Luchtmacht een aparte Space Force te creëren, net zoals het Amerikaanse Marinierskorps binnen de Amerikaanse Marine valt.
Van Eisenhower tot Obama hebben de VS de ruimte beschouwd als een zone voor zelfverdediging en niet-offensieve militaire activiteiten. Maar door nu voor een ruimtemacht te pleiten is Trump volgens commentatoren een ongebruikelijk voortvarende koers ingeslagen.
“Het geeft een signaal af aan andere landen in de wereld dat de VS proactief zullen kijken naar onze toekomst in de ruimte op het gebied van de nationale verdediging,” zegt Dodge. “Wat ik met ‘proactief’ bedoel, is dat de VS laten weten dat de ruimte een potentieel domein voor oorlogvoering is – wat niets nieuws is, maar de boodschap zal misschien niet erg bijdragen aan de discussies.”
Hoe zou een Space Force eruitzien?
Naar alle waarschijnlijkheid zou een Amerikaanse Ruimtemacht bestaan uit een samenraapsel van bestaande Amerikaanse programma’s. De kern ervan zou het Air Force Space Commandzijn, dat sinds 1982 de militaire operaties van de VS in de ruimte aanstuurt.
Nu al heeft het commando ruim 36.000 mensen in dienst en onderhoudt het een militair-technologische aanwezigheid in de ruimte, onder meer met het satellietnetwerk Global Positioning System (GPS) en het mysterieuze ruimtevliegtuig X-37B. Volgens de consultancy Avacent besteedt alleen al de Amerikaanse luchtmacht ruim zeven miljard dollar per jaar aan niet-geheime systemen in de ruimte.
In zijn meest uitgebreide versie zou een ruimtemacht dezelfde middelen krijgen als de Landmacht en de Marine, met zijn eigen kantoren in het Pentagon en een eigen academie als West Point. Maar de precieze opbouw van zo’n tak zou afhankelijk zijn van wetgeving, en daarvan is voorlopig geen sprake. Albrecht schat dat het op z’n snelst zeker een jaar zal duren om een Space Force tot een wettelijke eenheid te maken.
Zou militaire actie in de ruimte legaal zijn?
In één woord: ja. Maar als een Amerikaanse ruimtemacht ooit operationeel zou worden, zou die volgens juridische experts zijn gebonden aan internationale verdragen.
Alle landen met een belangrijke aanwezigheid in de ruimte, waaronder de VS, Rusland en China, hebben het Ruimteverdrag van 1967 ondertekend. Daarin is vastgelegd dat niets in de ruimte door een land als zijn exclusieve territorium kan worden geclaimd en wordt het landen verboden om kernwapens of andere massavernietigingswapens waar dan ook in de ruimte te stationeren, ook niet in een baan om de aarde.
Het verdrag wordt nog strikter als het gaat om hemellichamen als de maan of Mars. De ondertekenaars mogen daar geen militaire bases bouwen, militaire manoeuvres ondernemen of wapens van enige soort testen – ook geen conventionele wapens. Dus wie zich een heropvoering van Starship Troopersvoorstelt, zal teleurgesteld worden.
Maar het Ruimteverdrag geeft landen wel enige speelruimte. Volgens Dodge verbiedt dit verdrag uit de Koude Oorlog de deelnemende landen niet expliciet om intercontinentale ballistische raketten te gebruiken, die op weg naar hun doelen deels door de ruimte vliegen. Ook zegt het verdrag niets over de vraag welke conventionele wapens in de ruimte zelf of aan boord van ruimtestations gebruikt mogen worden. Dat laatste is in elk geval al één keer gebeurd: in januari 1975 vuurde de Sovjet-Unie bij wijze van test in het geheim een aangepast kanonaan boord van haar ruimtestation Almaz af.
“Ik denk niet dat zoiets per se tegen het verdrag indruiste, ook al was het strijdig met de geest van het verdrag,” zegt Dodge.
Dat gezegd hebbende, zijn het Ruimteverdrag en andere verdragen inzake het gebruik van de ruimte niet de enige regels die in die eindeloze leegte van kracht zijn.
“De ruimte is als de hoge zee of de Zuidpool – het is een gebied voor algemeen en gezamenlijk gebruik. En dat betekent dat het onder het volkenrecht valt,” zegt Joanne Gabrynowicz, expert in ruimterecht en emeritus professor aan de University of Mississippi. “Naast het Ruimteverdrag van 1967 bestaat er een heel arsenaal van internationale wetten die op de ruimte van toepassing zijn, waaronder het volkenrecht [zoals bijvoorbeeld de Geneefse Conventie] en het oorlogsrecht.”
Volgens Gabrynowicz kan zelfs de naam van het voorgestelde krijgsmachtonderdeel juridische problemen oproepen.
“Er bestaat het rechtsbegrip ‘gebruik van geweld,’” zegt ze, “en over de precieze invulling van die term bestaat een enorme hoeveelheid juridische literatuur.”