‘Was zijn bestaan niet wetenschappelijk vastgesteld, dan zou men geneigd zijn aan de waarheid van de volgende beschrijving te twijfelen,’ aldus het Rotterdamsch Nieuwsblad in 1922. De journalist had het over de ‘aweto’, een rups die in Nieuw-Zeeland voorkomt en tijdens zijn leven verandert in een plant. Althans, dat dacht men toen. De werkelijkheid is een stuk grimmiger.
Van dierlijk naar plantaardig
Het moet een curieus gezicht zijn geweest, de eerste keer dat wetenschappers op een schimmel stuitten die we nu Ophiocordyceps robertsii noemen. Hij is te herkennen aan een lange stengel die vanuit het bladerdek omhoog spruit. Zou je die stengel volgen tot onder de grond, dan zie je hoe hij vastzit aan de nek van een uitgedroogde rups.
Leestip: Deze schimmel verandert cicaden in zombies die seks hebben tot ze erbij neervallen
Begin twintigste eeuw werd niet helemaal begrepen hoe dat kon. Het Rotterdamsch Nieuwsblad omschreef ‘de merkwaardige natuurschepping’ als volgt:
‘In den aanvang van zijn bestaan is de Aweto een volmaakte rups en krijgt hij een lengte van eenige centimeters. (…) Wanneer de Aweto geheel volwassen is, ondergaat hij een wonderbaarlijke verandering. Op onbegrijpelijke wijze ontwikkelt zich op den nek van het insect het zaad van een paddestoel, de Sphoeria Robertsii genaamd, waaruit zich de volkomen plant vormt, die een hoogte bereikt van eenige centimeters met kop, doch bladerloos. De wortels van deze plant vullen het lichaam van den Aweto geheel, zonder den vorm er van in het minst te veranderen. Hij verwisselt alleen van een dierlijk bestaan in een plantaardig.’
Rups wordt een mummie
De twintigste-eeuwse wetenschappers zaten er niet helemaal naast. De schimmel Ophiocordyceps robertsii (die toen dus nog een andere naam had) neemt inderdaad het lichaam van de rups over, specifiek de soorten Aoraia dinodes en Dumbletonius characterifer. Maar overleven doen ze niet. Ze veranderen niet op magische wijze in een plant.
Wil je niets missen van onze verhalen? Volg National Geographic op Google Discover en zie onze verhalen vaker terug in je Google-feed!
De schimmel doodt de rups door minuscule sporen achter te laten op gevallen bladeren. Deze worden opgegeten door de rups, die daardoor onbedoeld zijn doodsvonnis tekent. Ze graven zich in onder de grond om te verpoppen, maar terwijl ze dit doen, worden ze geconsumeerd door hun parasitaire gast.
Leestip: Van rups tot vlinder: zo werkt metamorfose van een insect
De rups droogt door de overname helemaal uit en wordt omhuld met een soort schil. De rupsen worden daarom ook wel vergeleken met mummies. De schimmel laat ook een stengel uit het hoofd van zijn slachtoffer groeien, die meerdere centimeters boven de grond uittorent. Daarin zitten de sporen om zich voort te planten en nieuwe rupsen mee in de val te lokken.
Symbiotische relatie
Aan de conclusie van het verhaal uit 1922 is te merken dat deze bijzondere levenscyclus van de schimmel niet volledig begrepen werd. De journalist lijkt een soort symbiotische relatie te beschrijven:
‘Zeker is het, dat de rups en de zich daaruit ontwikkelende zwamsoort voor elkanders bestaan noodzakelijk zijn, daar over en weer de rups (…) nimmer gevonden wordt zonder de Sphoeria Robertsii, die zich uit zijn nek ontwikkelt.’ Dat de schimmel de rups vermoordde en als voedselbron gebruikte, was kennelijk niet te bevatten.
Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!









