Het uitvergroten van een wereld van wezens die we met het blote oog niet kunnen waarnemen, betekende voor de wetenschap een belangrijke stap voorwaarts. Het was de Nederlandse stoffenhandelaar Antoni van Leeuwenhoek die in de zeventiende-eeuw met zijn zelfgemaakte microscoop als eerste bacteriën kon zien. Van Leeuwenhoek tuurde door kraalvormige lenzen die hij zelf had geslepen en beschreef (en tekende soms ook) de bizarre vormen van algen, bloedcellen, spiervezels en andere wonderen die hij door zijn vroege microscopen ontwaarde.
De capaciteit van moderne microscopen is heel wat groter dan die van de primitieve instrumenten van Van Leeuwenhoek en de wetenschappers van nu kunnen beschikken over de nieuwste technologieën op het gebied van digitale verwerking, fluorescentiemarkering en andere methoden om in verbluffende details foto’s van microscopisch kleine objecten vast te leggen. Maar ook ruim drie eeuwen na Van Leeuwenhoeks ontdekkingen is één ding hetzelfde gebleven: de immense schoonheid van de natuur op haar kleinst.
Dat is ook de reden waarom Nikon Instruments sinds 1974 de gestage vooruitgang in de microfotografie erkent met zijn fotoprijsvraag Nikon Small World, die dit jaar voor de 45e keer werd gehouden. Wetenschappers uit meer dan honderd landen zonden in totaal ruim tweeduizend foto’s in, waaruit deze week de twintig winnaars werden geselecteerd en gepresenteerd.
“Met behulp van de microscopie kunnen we inzoomen op de kleinste organismen en bouwsteentjes waaruit onze wereld bestaat, waardoor we een diepe waardering krijgen voor de onooglijke dingen van het leven, dingen die we maar al te vaak over het hoofd zien,” zegt Teresa Kugler, een van de winnaars van de prijsvraag van dit jaar, in een persverklaring.
Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op NationalGeographic.com