Majestueus priemen ze door het wolkendek boven het regenwoud en de savanne in het Hoogland van Guyana: de tepuis, of tafelbergen. Continentale platen stuwden hier zo’n 1,7 miljard jaar geleden de zeebodem op tot een gigantisch plateau: het Guianaschild.

In de loop van miljoenen jaren sleet de hoogvlakte af. Wat overbleef waren ongeveer honderd tepuis, waarvan sommige vele honderden meters hoog zijn. In het woud tussen twee van deze tafelbergen ontdekten wetenschappers een nieuwe slangensoort.

Unieke biodiversiteit op eilanden in de lucht

Het Hoogland van Guyana behoort tot de gebieden met de grootste biodiversiteit ter wereld. Op de tepuis hebben zich door hun geïsoleerde ligging unieke dier- en plantensoorten ontwikkeld, zoals dat ook op eilanden vaak het geval is. De soorten die daar leven laten zich echter niet makkelijk kennen: de tafelbergen zijn door de hoogte, de dichte begroeiing, de bewolking en verscholen locaties – grotten, zinkgaten, ondergrondse rivieren – moeilijk toegankelijk.

Dat ondervonden in 2021 ook de leden van een National Geographic-expeditie, onder wie de 79-jarige bioloog Bruce Means, een groot kenner van het gebied. De tocht had als doel de amfibieën en reptielen in het gebied in kaart te brengen.

Kikkers en een nieuwe slangensoort

De onderzoekers namen vooral kikkers mee, maar ook een jong slangetje van zo’n achttien centimeter lang, te zien op de foto onderaan. Means trof het aan tussen het bladafval in een ongerept stuk nevelwoud tussen de Roraima-tepui en de Weiassipu-tepui.

weiassiputepui met de roraimatepui op de achtergrond
Philippe Kok
Weiassipu-tepui met de Roraima-tepui op de achtergrond.

Means stuurde het exemplaar naar de Belgische evolutiebioloog Philippe Kok om het te laten determineren. Met morfologische en moleculaire analyse en een 3D-reconstructie van het skelet met een micro-CT-scanner stelde Kok vast dat de slang behoort tot een nog onbeschreven geslacht in de familie Dipsadidae. Kok en Means doopten het nieuwe genus Paikwaophis, naar de vindplaats, vlak bij de Paikwarivier in West-Guyana. De soortnaam, kruki, werd vernoemd naar hoogleraar Andrzej Kruk van de Universiteit van Łódź in Polen, waar Kok nu werkzaam is.

Paikwaophis kruki heeft prachtig rode ogen en is intrigerend in menig opzicht,’ zegt Kok. ‘Er is maar één exemplaar van waargenomen en we denken dat hij fossoriaal of semi-fossoriaal is – dat wil zeggen dat hij onder de grond of in spleten leeft.’ De slang is niet giftig en leeft van kleine hagedissen, zo wees de maaginhoud uit.

Bedreigde ecosystemen op tepuis

Kok werkt al geruime tijd samen met Means aan de evolutiestamboom van het kikkergeslacht Stefania, om zo de ontwikkeling van het leven op de tepuis beter te kunnen begrijpen. Daar is enige haast bij, want sommige van de unieke endemische soorten zijn door klimaatverandering sterk bedreigd.

Ook toenemend ecotoerisme brengt risico’s met zich mee, zo blijkt uit onderzoek van Kok en collega’s. ‘Mensen kunnen gemakkelijk ziekten verspreiden via bijvoorbeeld hun schoenen of uitrusting, zoals schimmels en bacteriën. Ongebreidelde toegang voor toeristen kan dramatische gevolgen hebben voor populaties die nooit met zulke ziekten in aanraking zijn gekomen.’

de nieuwe slang, paikwaophis kruki, gevonden bij een tepui in guyana
Bruce Means
De nieuwe slang, Paikwaophis kruki.