Bijna iedereen kent de fictieve draken uit Game of Thrones. Maar onder de kalkstenen heuvels van Postojna in Slovenië zijn draakachtige wezens met lange staarten geen sprookje. In geen enkele andere grot is de biologische diversiteit zo groot als hier: bezoekers komen er oog in oog te staan met krekels, miljoenpoten, kevers én babydraken.
Ze hebben weliswaar geen vleugels en spuwen geen vuur, maar deze bijna doorschijnende watersalamanders, olmen (Proteus anguinus) genoemd, beschikken over een ongekend aanpassingsvermogen. De amfibieën kunnen dertig centimeter lang worden, verloren ledematen weer laten aangroeien, maar liefst honderd jaar oud worden en twaalf jaar overleven zonder eten. Wetenschappers bestuderen hun DNA in de hoop deze unieke eigenschappen te kunnen verklaren.
Eeuwenlang werden de oogloze olmen in Slovenië beschouwd als nakomelingen van draken. En nog altijd zijn het wezens waar me maar weinig van weten. Wetenschappers hebben geen idee hoeveel er leven in het kleine territorium in de Dinarische karstvelden, die zich uitstrekken langs de Adriatische kust van Noord-Italië tot Albanië.
Draken in Slovenië
Draken spelen al heel lang een rol in Sloveense legenden en literatuur. Je komt ze overal in het land tegen. Ze brullen op een iconische brug in Ljubljana, bedekken putdeksels en figureren in straatkunst. Die liefde is best te verklaren in dit karstgebied vol zinkgaten, grotten en donkere spelonken: eeuwenlang geloofden de inwoners dat er draken woonden.
Vroeger dachten de inwoners van Postojna dat de warme nevel die in de winter uit de grot vloeit de adem was van een reusachtig wezen. In werkelijkheid is de mist het gevolg van de relatief stabiele temperatuur in de grot die botst met de koude buitenlucht. Nadat de rivieren in de grotten overstroomden en verdronken salamanders meevoerden naar buiten, dachten de mensen dat de salamanders drakenbaby’s waren. Voor hen was het een bewijs dat er veel grotere ouders in de grotten moesten schuilen.
‘De grotten waren de poort naar een andere wereld, een gevaarlijke en donkere wereld,’ zegt de gids Kevin Klun Valenčič uit Postojna. ‘Onder de grond moest je je angsten onder ogen zien en ertegen vechten, alsof je een draak versloeg.’
Op zoek naar de olmen
Een van de beste plekken om meer over olmen te weten te komen, én bij te dragen aan het behoud van de dieren, zijn de grotten van Postojna in Slovenië. De grotten, op minder dan een uur rijden van hoofdstad Ljubljana, trekken jaarlijks meer dan een half miljoen bezoekers. De meeste volgen een rondleiding langs de witte stalagmieten in de hoop een glimp op te vangen van de olmen en iets te leren over de manieren waarop onderzoekers zich inzetten om de dieren te beschermen.
Wie aan de drukte wil ontsnappen, kan meegaan op een avontuurlijke tocht bij lamplicht, diep de grotten in. Het aantal deelnemers van deze tours is beperkt, zodat de dieren niet worden gestoord. De tour duurt drie uur is een avontuur, geschiedenisles en escaperoom ineen. Tijdens de zoektocht naar olmen moet je abseilen, varen en klimmen. In het licht van de lamp heeft de dertig centimeter lange babydraak een bijna neonachtige glans.
Meeste eieren komen niet uit
Wanneer Valenčič niet in het lab is, geeft hij rondleidingen in de grot. Hij laat zich van modderige heuvels afglijden, zoekt op zijn hurken naar grotgarnalen en geniet af en toe van de stilte in het donker. Volgens hem vangen de meeste bezoekers in ieder geval een glimp op van de olmen in de lagergelegen rivier. Maar garanties om de dieren te zien, zijn er niet.
Wetenschappers schatten dat in het wild slechts een op de 250 olmeneieren uitkomen. In Postojna blijken de olmen vele malen productiever: uit minstens dertig van de 43 eieren is een jonge salamander gekropen. Een record, en een verdubbeling ten opzichte van 2016. Het toont aan dat de inspanningen van het Postojnateam effect sorteren.
Ondertussen blijven bezoekers naar de Sloveense grotten afreizen om de olm te ontmoeten. Zoals Primož Gnezda, een andere wetenschapper van het team, zegt: ‘Iedereen wil een draak zien.’