Er is tot op heden nog maar weinig bekend over het omstreden ‘verloren continent’. Daar wilde een groep wetenschappers verandering in brengen.
Gedurende twee maanden deed een team van 32 wetenschappers van het International Discovery Program onderzoek naar een gebied ten oosten van Australië, met de naam Zeelandië. Het gebied is ongeveer even groot als India en wordt nu pas onderzocht, omdat het jarenlang onontdekt op een diepte van 2500 tot 4000 meter onder zeeniveau lag. De onderzoekers verzamelden een schat aan gegevens. Ze deden onder meer boringen in de zeebodem, waarbij ze sedimentkernen van ruim 2500 meter naar boven haalden.
De expeditieleden vonden in deze kernen gegevens over het leven in het gebied die miljoenen jaren teruggaan.
“Er werden meer dan achtduizend specimen bestudeerd, en daarin werden enkele honderden soorten fossielen aangetroffen,” maakte een van de twee onderzoeksleiders van de expeditie, Gerald Dickens, in een persbericht bekend. Volgens Dickens is een van de belangrijkste resultaten die het onderzoek tot nu toe opleverde, dat Zeelandië ooit veel hoger lag dan nu.
“Uit de vondst van microscopisch kleine schelpen van organismen die in warme, ondiepe wateren leven en van sporen en pollen van landplanten, blijkt dat Zeelandië in het verleden een heel andere geografie en klimaat had,” voegde hij toe.
Wetenschappers weten nog niet precies hoe en wanneer Zeelandië losraakte van Australië. Er bestaat zelfs geen consensus over de vraag of sprake is van een continent.
In een interview met National Geographic eerder dit jaar omschreef Christopher Scotese, geoloog aan de Amerikaanse Northwestern University, het gebied als continentaal maar ‘geen continent’. In zijn ogen is het verschil dat een continent volgens de gangbare definitie een landmassa is die boven water ligt en omringd wordt door water. Maar andere wetenschappers stellen dat de geologische bijzonderheid van Zeelandië zwaarder zou moeten wegen dan het feit dat het gebied onder water ligt.
Volgens het National Science Foundation, het wetenschapsagentschap van de Amerikaanse overheid, is inmiddels wel bekend dat de regio boven twee tektonische platen ligt, de Australische Plaat en de Pacifische Plaat. De landmassa zou circa veertig tot vijftig miljoen jaar geleden van Australië zijn afgebroken. Toen dit gebeurde, schoof de Pacifische Plaat onder de Australische Plaat, waardoor een subductiezone ontstond. Daarmee is het een van de belangrijke componenten in de Pacifische Ring van Vuur, een gebied van grote seismische en vulkanische activiteit.
Waarom is Zeelandië zo belangrijk?
“Dit is een belangrijk deel van onze geschiedenis. Zeelandië zat vast aan Australië en het is nog onduidelijk waarom het gebied afbrak,” vertelt Jamie Allen, program director van de Division of Ocean Sciences van het National Science Foundation.
De verzamelde sedimenten vormen een paleoklimatologische databank die volgens Allen een soort ‘taperecorder’ is van de geschiedenis van het gebied.
Op basis van de kenmerken van de micro-organismen die diep in de aardkorst fossiliseerden, kunnen wetenschappers bepalen hoe warm het water was in verschillende perioden. Dit geeft een indicatie voor hoe diep Zeelandië lag gedurende miljoenen jaren van geschiedenis. Als wetenschappers weten wat deze veranderingen voor gevolgen hadden voor de aarde, wordt het mogelijk een model te maken voor de invloed van grote seismische en vulkanische activiteit op het klimaat in de komende jaren.
Het feit dat Zeelandië ooit veel hoger lag, biedt ook een theorie voor de manier waarop planten en dieren zich in het verleden in de Grote Oceaan verspreidden.
“Als je begrijpt wat in het verleden oorzaken waren van klimaatveranderingen, kun je betere modellen maken voor de toekomst,” aldus Allen.
De onderzoekers die deel uitmaakten van de expeditie zullen meer bevindingen bekendmaken. Ze gaan komend jaar onderzoek doen naar de enorme hoeveelheid verzamelde gegevens en zullen hun resultaten publiceren.