Op 21 januari reed het gezin Illman met wat vrienden over het strand ten noorden van het Wedge Island, voor de kust van West-Australië, zo’n 160 kilometer ten noorden van Perth. Toen de auto door het zand niet verder kon, besloten Tonya Illman en haar vriendin Grace Ricciardo uit te stappen en een strandwandeling te maken.

Toen ze weer terug naar de auto liepen, zagen ze wat afval liggen. Illman raapte een bruinige fles op met daarop in verhoogde letters een Nederlandse tekst (‘Daniel Visser & Zonen Schiedam’), omdat ze vond dat hij mooi in haar boekenkast zou staan; later bleek dat de fles in Nederland was gefabriceerd.

Eenmaal terug in de auto gaf Illman de oude fles aan de vriendin van haarzoon, Bree Del Borrello, zodat zij haar handen vrij had om haar man te helpen bij het uitgraven van de auto, die in het rulle zand was blijven steken. Toen Del Borrello in de fles zonder kurk keek, zag ze iets wat op een sigaret leek.

Ze haalden het kwetsbare voorwerp uit de fles en zagen dat het een strak opgerold stukje papier was, dichtgebonden met een touwtje. Pas toen ze weer thuis waren, in Lanceline, konden ze het vochtige papier in de oven te drogen leggen en het daarna uitrollen. Later kregen ze te horen dat dit stukje papier van vijftien bij twintig centimeter ’s werelds oudste flessenpost bleek te zijn die tot nu toe is gevonden.

“Het was een ongelooflijk toeval,” verklaarde Illmans man Kym tegenover The Guardian. “Beter dan dit kan niet.”

SOS aan de wereld?

De Illmans vertrouwden het eerst niet helemaal. Maar twee dagen na de vondst gingen ze met het bericht naar het Western Australian Museum, waar ze spraken met Ross Anderson, assistent-curator maritieme archeologie.

Anderson vergeleek de donkere tekst op het verouderde stukje papier van goedkope makelij met logboekpassages die met de hand waren geschreven door scheepskapiteins en kwam tot de conclusie dat het bericht op 12 juni 1886 was geschreven. Dat betekende dat deze flessenpost 131 jaar en 223 dagen oud was toen hij op het strand werd gevonden. Volgens Anderson was de fles overboord gegooid tijdens een oversteek van de Indische Oceaan door het Duitse zeilschip Paula, dat onderweg was van Cardiff in Wales naar Makassar in Nederlands-Indië, het huidige Indonesië. Deze conclusies werden later bevestigd door experts van de Deutsche Wetterdienst (DWD).

In die tijd namen Duitse scheepsbemanningen deel aan een experiment dat uiteindelijk 69 jaar zou duren en waarbij ze op verzoek van de Deutsche Seewarte (een voorloper van de DWD) duizenden flessen met een formuliertje erin overboord gooiden ten behoeve van een onderzoek naar wereldwijde oceaanstromingen. Elk bericht bevatte de coördinaten van het schip op het tijdstip dat de fles overboord was gegooid, naast de datum en de naam van het vaartuig. Al deze gegevens stonden ook op het briefje dat Illman in de aangespoelde fles vond.

Te oordelen naar de coördinaten op het briefje, werd de fles zo’n 950 kilometer verder naar het westen, ergens in de zuidoostelijke Indische Oceaan, in zee gegooid. Vandaar moet de fles binnen een jaar op de kust van West-Australië zijn aangespoeld en sindsdien onder het zand van het strand begraven hebben gelegen. Volgens Anderson droogde de kurk van de fles uit en werd losgewrikt door de inwerking van stormen en zware regenval. Uit nader onderzoek bleek dat de Paula in 1886 in het Duitse Elsfleth stond geregistreerd.

Tot nu toe zijn van het Duitse experiment 662 andere berichten gevonden en naar de afzender teruggestuurd. Vóór deze vondst in West-Australië was de oudste flessenpost een 108 jaar oude briefkaart afkomstig van een soortgelijk Brits zeeonderzoek, die in april 2015 op een Duits Waddeneiland was gevonden.

Het echtpaar Illman heeft de vondst tot 2020 uitgeleend aan het Western Australian Museum, waar de fles en het bericht voor het publiek zijn te bezichtigen.

“Dit is het meest opmerkelijke moment in mijn leven geweest,” schrijft Illman op een website die hij aan de vondst heeft gewijd. “Het idee dat deze fles bijna 132 jaar lang niet is aangeraakt en nog in perfecte staat verkeert, ondanks de elementen, is iets ongelooflijks. Ik ben nog steeds geschokt.”

De verroeste boeg van deTitanicligt op de bodem van de noordelijke Atlantische Oceaan