Twee fotografen, twee creatieve stijlen, één land. Raymond Rutting en Sacha de Boer reisden eind juni in opdracht van Traveler naar Guatemala. Daar gingen ze een fotografische strijd aan in het hartland van de Maya’s.
Voor de fotoreis naar Guatemala, mede mogelijk gemaakt door Avila Reizen, gingen Raymond en Sacha samen op pad, om te werken aan een uitgebreide fotoreportage over onder meer Antigua, het Meer van Atitlán en het ruïnecomplex Tikal. Hun foto’s geven bij elkaar een mooi compleet beeld van deze schitterende bestemming en verschijnen in de volgende uitgave van Traveler (vanaf 4 december). Tot die publicatie doen ze hier geregeld verslag van hun ervaringen en geven ze ook tips voor reisfotografie.
Dezelfde camera, andere stijl
Raymond had een D800, D800E, 17-35mm f2.8, 70-200mm f2.8 en 24mm f1.4 bij zich. Sacha ging met dezelfde body’s op pad, maar had daarbij een 24-70mm f2.8, 105mm f1.8 en 70-200mm f2.8 ingepakt. ‘Deze camera’s zijn het meest geschikt voor reisreportages,’ vertelt Raymond, ‘zeker voor een blad als Traveler dat bestanden van de hoogste kwaliteit eist.’ Sacha: ‘Bij reisreportages als deze werkt het heel prettig om licht te reizen,maar wil ik wel voldoende bij me hebben. Vandaar de 24-70mm en 105mm.’
Hoewel ze dus allebei werken met Nikon, is het fotoproject een clash van visuele stijlen. Het resultaat laat zien dat hun benadering van het onderwerp totaal verschillend is. Raymond en Sacha bewijzen dat ze ‘anders’ zijn: het reisjournalistieke werk van Raymond contrasteert sterk met de stille composities van Sacha, zoals bijgaande foto’s van een katholieke processie laten zien. Daarom een aantal vragen aan beide fotografen:
Raymond, Sacha, hoe ging het daar?
Raymond: In het begin merk je dat de batterij door de vermoeiende lange reis snel leeg is. Maar de mensen zijn vriendelijk en fotograferen is meestal geen probleem in Antigua. Behalve bij sommige indianen die dan hun hoofd omdraaien. In het algemeen een kleurrijk land!
Sacha: De samenwerking verliep prima, al moest je er natuurlijk voor uitkijken dat je niet voortdurend in elkaars beeld loopt. Het allereerste fotomoment ging heel grappig en is best tekenend voor onze verschillende karakters. We waren het hotel nog niet uit om in het busje te stappen, of ik zag een man die religieuze beelden langs de weg verkocht. Ik loop snel Raymond voorbij en fotografeer de man van achter terwijl hij zo'n beeld omhoog houdt. Maar ik wil de anderen niet te snel laten wachten en loop weer terug. Op dat moment passeert Raymond mij, en de man, en hij schiet. En schiet. En schiet. Zodat je hem in zijn gezicht ziet. Natuurlijk! Had ik ook moeten doen! Maar ik wist niet hoe ze hier in Guatemala reageren op camera's en was nog te schuchter. Die schroom heeft Raymond helemaal niet en dat levert natuurlijk veel betere beelden op. Zoals Robert Capa de rest van de dag in mijn hoofd zat en fluisterde: ‘If your pictures aren't good enough, you're not close enough.’
Wat viel jullie op?
R: Het licht was wisselend en kan in Guatemala soms vrij hard zijn. Vooral in de belichting van de beelden moest je alert zijn en soms wat aanpassingen doen. De Nikon camera's functioneerden weer uitstekend en de resultaten zijn, durf ik wel te zeggen, bij beiden van een hoge kwaliteit.
S: In Antigua vind je een mooie mix van Spaanse en Maya-invloeden. En er waren enorm veel restaurantjes, de een nog schattiger dan de ander, veel met een hofje. Of tafeltjes bij de openslaande ramen. Je zou het bijna jammer vinden dat we geen Guatemalteekse restaurantgids maakten! Je merkte dat veel locals er wel aan gewend waren gefotografeerd te worden, maar sommigen wilden er geld voor, al is het maar een paar cent. Dat vond ik lastig, want ik ben van mening dat je uit principe niet moet betalen voor een foto. Aan de andere kant vraag je ook wel iets van hen. Gelukkig waren er ook nog voldoende mensen die dat niet vragen!
Waar letten jullie vooral op tijdens deze reportage?
S: Ik wilde proberen de essentie te vangen van Guatemala. Wat voor soort sfeer hangt daar, wat kun je tegenkomen? Ik dook al snel in details, stillevens en patronen die daarover iets kunnen vertellen.
R: Ik deed mijn gebruikelijke ding. Mensen in bepaalde compositie in hun omgeving in beeld brengen, of het nu een kerk is of een busstation. Ik probeerde de kleuren van het land te vangen in combinatie met de folklore van de oorspronkelijke inwoners. Maar onverwachte situaties zijn ook altijd leuk, zoals marktlui die sleepten met een halve paspop, jongeren die in elkaars armen lagen terwijl er een traditioneel geklede vrouw langsliep...
Hoe was het, om met een ‘concurrent’ samen te werken aan één verhaal?
R: Haha, concurrenten, dat valt wel mee hoor. Soms zagen we hetzelfde beeld en dan ging het er even om het wie er het eerste was... Dan maakte de ander het later wel. Maar over het algemeen letten we op andere dingen. Sacha keek veel meer naar structuur en details, waar ik me meer op het weidse beeld richtte en op mensen in hun omgeving.
S: Het samenwerken was zowel lastig als een uitdaging. Het was eigenlijk een wedstrijdje om het mooiste beeld. Maar ik wilde ook weer niet exact dezelfde foto maken, dus toen Raymond bij een plas hurkte waarin de reflectie van een kerk te zien was, liep ik daar toch maar aan voorbij. Het was ook heel leerzaam: als je ziet hoe doortastend Raymond omgaat met mensen en ze ervan weet te overtuigen om te poseren, dan weet ik dat ik echt over mijn aanvankelijke schroom heen moet stappen.