Katie Cielinski en Aaron Regunberg zijn millennials, maar zelf zien ze zich als ‘klimaatbaby’s’. Ze groeiden op in een wereld die zich voor het eerst ging bezighouden met de rampzalige uitwerking van de mens op het milieu.
Voordat het stel in 2017 trouwde, worstelden ze bijna tien jaar lang met de vraag of het wel ethisch verantwoord is om een nieuw leven op een overbevolkte wereld te zetten. Katie wilde hun kind graag als ‘klimaatbondgenoot’ opvoeden, als iemand die voor een gezonde planeet zou vechten, maar Aaron maakte zich zorgen over de toekomst waarmee het kind geconfronteerd zou worden.
‘We laten nu de stabiele klimaatomstandigheden achter ons die gedurende de hele ontwikkeling van de beschaving hebben geheerst,’ zegt Aaron. ‘Dit is een volstrekt unieke ramp in het bestaan van onze soort, een ramp die we in het verleden niet eerder hebben meegemaakt.’
Ze zijn zeker niet de enigen die er zo over denken. Volgens een opiniepeiling die in 2020 in het tijdschrift Climatic Change verscheen, maakt bijna zestig procent van de Amerikanen tussen de 27 en 45 jaar zich zorgen over de voetafdruk die gepaard gaat met het op de wereld zetten van een kind. Uit dezelfde peiling bleek dat ruim 96 procent van de respondenten zich bezorgd toonde over het welzijn van een kind in een wereld van klimaatverandering.
Wijdverbreide bezorgdheid
De vraag of het wel verantwoord is om kinderen te krijgen is slechts één van een hele reeks existentiële dilemma’s die bepalend zijn voor de toekomst van jongeren die in de laatste decennia zijn geboren, dilemma’s die voor hun ouders en grootouders simpelweg ondenkbaar waren. Zou iemand van in de twintig in het westen van Kansas de familieboerderij wel moeten overnemen, nu de landbouw in de VS verandert door aanhoudende droogte en slinkende voorraden grondwater? Zou een pas afgestudeerde in Phoenix, waar het in 2019 meer dan honderd dagen lang ruim boven de 37 graden werd en in 2050 meer zal aanvoelen als Bagdad, niet beter naar een noordelijker en koelere regio moeten verhuizen? Moet een stel in Virginia Beach wel een hypotheek van dertig jaar afsluiten op een huis dat in overstromingsgebied ligt?
Dat soort moeilijke keuzes en de zorg over het lot van een opwarmende planeet creëren een steeds grotere kloof tussen jongeren, die hun toekomst door de lens van de komende klimaattransformatie zien, en oudere generaties, die de ergste gevolgen ervan niet meer zullen meemaken.
‘Mensen zeggen me steeds dat ik nog maar zestien ben en dat ik me daar op die leeftijd geen zorgen over moet maken,’ zegt Seryn Kim, die in Brooklyn, New York, woont. ‘Maar ik en mijn vrienden zijn opgegroeid in de schaduw van een tikkende klok.’
Over niet al te lange tijd zullen er meer ‘klimaatbaby’s’ zijn dan mensen die vóór de klimaatcrisis zijn opgegroeid. Uit opiniepeilingen blijkt dat jongeren zich veel meer zorgen maken dan ouderen, maar het is moeilijk in te schatten of dit snel groeiende deel van de bevolking de wereld zal dwingen om daadkrachtige maatregelen tegen de uitstoot van broeikasgassen te nemen.
De mate van bezorgdheid kan enorm zijn. In december vorig jaar publiceerde het tijdschrift The Lancet een wereldwijde opiniepeiling waaruit bleek dat ruim de helft van tienduizend ondervraagde jongeren het eens was met deze uitspraak: ‘De mensheid gaat ten onder.’ Bijna de helft van de ondervraagde jongeren meent dat hun bezorgdheid over de staat van de planeet een negatieve invloed heeft op hun slaap, concentratie en ontspanning.
‘Ik denk dat het een reactie is op het feit dat ze getuige zijn van klimaatrampen en van enorm machtige volwassenen die telkens weer hun kortzichtige eigenbelang belangrijker vinden dan ons collectieve voortbestaan,’ zegt klimaatactivist en schrijver Daniel Sherrell (31).
‘Wat ons heeft verrast, is hoe bezorgd ze zijn,’ zegt Caroline Hickman, psychotherapeute en hoofdauteur van de studie in The Lancet. ‘Kinderen vatten het zeer persoonlijk op. Dat wat wij de natuur aandoen, voelen ze als een aanval op zichzelf.’
Een ander doemdenken
Russell Behr (17), leerling van de Saint Ann’s School in Brooklyn, voelt dat inderdaad zo. Hij heeft er geen vertrouwen in dat de wereldleiders op tijd zullen reageren.
‘Leraren en anderen zeggen me dat hun generatie het heeft verpest en dat het nu aan ons jongeren is om het te repareren,’ zegt hij. Dat stoort hem, want hij denkt dat jongeren pas de macht zullen hebben om de situatie te verbeteren als het al te laat is.
In een poging om hem gerust te stellen vertelde Behrs moeder, Danielle Ausrotas, hem dat elke generatie haar eigen uitdagingen kent en dat het in de geschiedenis wemelt van de oorlogen en zware tijden. Als kind ervoer zij de dreiging van een mogelijke kernoorlog en nam ze geregeld deel aan oefeningen waarbij kinderen werd geleerd om in geval van een kernaanval onder de schoolbankjes te schuilen.
Maar Russell ziet een fundamenteel verschil tussen toen en nu. ‘Tijdens de Koude Oorlog moest iemand iets doen om de situatie te verergeren, iemand moest een aanval uitvoeren,’ zegt hij. ‘Maar tegenwoordig is gebrek aan actie het probleem.’
Behr stopte met het eten van vlees omdat rundvee het krachtige broeikasgas methaan produceert. Hij maakt steeds vaker gebruik van het openbaar vervoer en hij neemt op school af en toe deel aan demonstraties of klimaatstakingen. Als hij gaat trouwen, overweegt hij om een kind te adopteren in plaats van zelf kinderen te nemen. Maar hij zegt ook dat hij niet te veel wil nadenken over wat hem te wachten staat, omdat dat zijn ambities verstikt.
‘Ik heb altijd geschiedenis willen studeren en leraar willen worden,’ zegt hij. ‘Maar dan denk aan wat ik aan de kinderen van de toekomst moet vertellen, over wat er in deze tijd is gebeurd en waarom we toen niets hebben gedaan.’
Van ‘eco-bezorgdheid’ naar actie
Emily Balcetis (42), professor in de psychologie aan de New York University, heeft de kloof tussen de generaties in haar eigen huis zien groeien, en wel op een manier die het verschil overduidelijk maakte en haar verraste. Ze is nog maar twee jaar ouder dan de oudste millennial, maar ze herinnert zich hoe ze als schoolmeisje voor het eerst een documentaire over verhongerende ijsberen zag. Ze kon daar ‘helemaal niet tegen’ en zette de tv uit, vertelt ze. ‘Ik denk dat ik het niet wilde horen.’ Nu maakt haar zoon Matty op de lagere school kennis met diezelfde bedreigingen van de ijsbeer.
In de jaren negentig was het onderwerp klimaatverandering voor kinderen misschien nog iets abstracts. Maar dat ligt nu anders, zoals Balcetis op een avond duidelijk werd toen ze het avondeten in wegwerpbakjes opdiende. Matty barstte in tranen uit. ‘Ma, we kunnen deze bordjes niet hergebruiken of recyclen,’ snikte hij.
‘Dat heeft me enorm geraakt,’ zegt ze. ‘Ik behoor tot een oudere generatie die deze bezorgdheid niet voelt.’ Matty is vier.
Als reactie op de soms overweldigende bezorgdheid onder jongeren biedt de University of Washington in Bothell een cursus ‘eco-rouw’ aan, die door docente Jennifer Atkinson wordt gegeven. Zij reikt de jongeren instrumenten voor rouwverwerking en oefeningen in mindfulness aan waarmee ze beter met hun gevoelens kunnen omgaan. Volgens haar is de eerste stap een volledige erkenning van het verdriet.
‘De zomer was in deze contreien altijd de grote beloning, na de eindeloze grauwe winter,’ herinnert Atkinson zich. ‘Maar tegenwoordig wordt dat verwachtingspatroon weggekaapt door een bosbrandseizoen waarin je buiten amper kunt ademhalen.’ Om de zaken nog erger te maken, nestelde zich vorige zomer een enorme ‘hittekoepel’ boven het Pacifische noordwesten van de VS, die wekenlang zorgde voor de hoogste temperaturen die ooit in deze regio zijn gemeten.
Volgens Atkinson ervoeren haar studenten een mix van ‘verdriet, angst en verontwaardiging’ over de veranderingen die ze in hun twintigjarige bestaan zagen ontvouwen. Ze vertelt jongeren niet om deze ‘negatieve gevoelens’ uit de weg te gaan, omdat het eigenlijk helemaal niet om negatieve emoties gaat maar om een gezonde reactie op verlies.
‘Rouw geeft ons inzicht in hetgeen we liefhebben en niet kwijt willen raken, terwijl boosheid ons motiveert om tegen onrecht in het geweer te komen,’ zegt zij. ‘Ik moedig mijn studenten aan om deze intense gevoelens te zien als een soort superkracht, die ze kunnen aanwenden om een betere wereld te creëren.’
Een van Atkinsons studenten die deze boodschap ter harte heeft genomen is Tara Fisher. Zij besloot haar werkende bestaan te wijden aan het helpen van mensen die door klimaatrampen zijn getraumatiseerd. Vorige zomer meldde Fisher zich als vrijwilligster aan om de daklozen van Seattle van de rokerige en bloedhete straten te halen. Als er al iets positiefs aan zulke omstandigheden kleeft, dan is dat volgens Fisher het feit dat mensen in welvarende samenlevingen inmiddels inzien dat we wat betreft het klimaat allemaal in hetzelfde schuitje zitten.
‘Het heeft ons geleerd om empathie voor mensen in ontwikkelingslanden te voelen, mensen wier bestaan nu al door de klimaatverandering wordt verwoest,’ zegt zij.
Jong en betrokken
Te midden van al deze bezorgdheid gloort een klein beetje hoop. Volgens Alec Tyson, codirecteur van het PEW Research Center, een denktank in Washington DC, zijn de Amerikaanse jongeren die zich het meest zorgen maken tegelijkertijd ook degenen die het meeste vertrouwen hebben in de mogelijkheid om iets aan de klimaatverandering te doen. Millennials en volwassenen uit de Generatie-Z (‘Zoomers’ die na 1996 zijn geboren) vertonen online een hoog niveau aan betrokkenheid bij het thema en doen meer om groener te leven.
Ook hebben ze een geduchte protestbeweging opgebouwd om overheden ertoe aan te zetten méér te doen. In 2019 gingen miljoenen jongeren in de hele wereld de straat op, van Sydney tot New York en Mumbai, de grootste stad van India.
‘Klimaatstakingen zijn belangrijker dan opleiding, want in de toekomst heb je misschien geen reden meer om een opleiding te volgen,’ zegt Anna Grace Hottinger (19), die haar medestudenten traint in het aanpakken van klimaatthema’s. Ze heeft campagne gevoerd voor de eerste wetgeving die in het kader van de Green New Deal in een Amerikaanse staat – haar thuisstaat Minnesota – is aangenomen en ze voert momenteel een opiniepeiling onder medestudenten uit om te achterhalen hoe ze emotioneel door het thema worden beïnvloed. Door jongeren te laten praten over hun gevoelens en ze die niet te laten opkroppen, voelen studenten zich volgens Hottinger meer empowered en minder eenzaam.
Hoop in luiers
Intussen is het leven van Katie Cielinski en Aaron Regunberg verdergegaan. Ze hebben hun twijfels overwonnen en zijn nu de trotse ouders van zoon Asa, die in maart 2021 is geboren. Het stel woont in Providence, Rhode Island. Katie, een advocate, doet pro-bonowerk, terwijl Aaron, die vier jaar in het staatsparlement heeft gewerkt, vorige maand is afgestudeerd aan de Harvard Law School. Na een administratieve baan bij een federale rechter wil hij werken op het gebied van het milieurecht.
‘Ik wil dat de juiste mensen van deze generatie zullen vechten voor rechtvaardigheid,’ zegt Katie. Ze leggen uit waarom ze toch een kind hebben genomen.
‘Wat mij uiteindelijk heeft overtuigd, is het inzicht dat het bij de strijd om een leefbare toekomst niet alleen maar draait om overleven en stabiliteit,’ zegt Aaron. ‘Het gaat er ook om dat we voorkomen dat onze wereld een armere, eenzamere en duisterder plek wordt. Voor Katie en mij betekent het dat we nu deze baby hebben, dat we hem leren dat er heel veel in deze wereld is om van te houden en dat we voor hem vechten en op den duur samen met hem en anderen deze onzekere tijd aangaan.’
Asa heeft hen een nieuw perspectief op de toekomst gegeven, zegt het stel.
‘Ik worstelde vaak met een gevoel van wanhoop over het klimaat, waar mijn activisme onder leed,’ zegt Aaron. ‘Maar sinds Asa is geboren, heb ik daar absoluut geen last meer van. Wanneer je eenmaal inzet op een toekomst die de moeite waard is, is nihilisme geen optie meer.’
Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op nationalgeographic.com