De Amerikaanse minister van Binnenlandse Zaken Ryan Zinke bezoekt deze week te paard een tweetal controversiële parken in Utah. Hij doet dat op verzoek van president Trump, die de waarde van de parken wil heroverwegen. Tijdens zijn vierdaagse tour zal Zinke de Bears Ears en de Grand Staircase-Escalante in zuidelijk Utah bekijken, de twee parken die het meest onder vuur liggen van een reeks van 27 grote nationale monumenten die op bevel van Trump opnieuw op hun waarde worden beoordeeld. Afgelopen maand werd Zinke door de president benoemd om te onderzoeken of vorige presidenten hun bevoegdheden niet hadden overschreden en deze monumenten te groot hadden gemaakt of klachten uit de bevolking hadden genegeerd.
De monumenten die onder vuur liggen, werden vanaf 1996 gecreëerd door de presidenten Clinton, Bush en Obama. Op één na zijn ze allemaal minstens 400 vierkante kilometer groot. Met een totaal oppervlak van een kleine 5500 vierkante kilometer werd de Bears Ears in de laatste dagen van Obama’s ambtsperiode gevormd, terwijl het bijna 7000 vierkante kilometer grote Grand Staircase in 1996 door president Clinton werd ingesteld.
Wetgevers in Utah zijn al twee decennia verontwaardigd over de vorming van de Grand Staircase, die de ontginning van Utah’s grootste steenkoolader feitelijk onmogelijk maakt. Zij willen dat de omvang van het park wordt verkleind, zodat de steenkool kan worden gedolven. Ook streven ze ernaar om de creatie van de Bear Ears door Obama te herroepen.
De inspraakprocedure begint op 12 mei. Informatie over het inzenden van commentaren via internet of per post zijn op de website van het Amerikaanse ministerie van Binnenlandse Zaken te vinden.
Met de Antiquities Act (‘Wet op de Oudheden’), die in 1906 door het Amerikaanse Congres werd aangenomen en door president Theodore Roosevelt werd geratificeerd, kregen Amerikaanse presidenten het recht om federaal grondgebied te reserveren als beschermde ‘nationale monumenten’. Geen enkele president heeft de instelling van monumenten door zijn voorgangers ooit herroepen en de vraag of een president dat überhaupt mag doen, is nog nooit in een rechtszaak getoetst. De wet vereist niet dat een president moet overleggen alvorens hij een nationaal monument creëert. Wel boog het Opperste Gerechtshof van de VS zich in 1908 over de kwestie van de omvang van deze parken, toen het de vorming van het Grand Canyon National Monument door Roosevelt in stand hield.
Het Congres heeft de bevoegdheid om nationale monumenten zonder meer te schrappen, maar dat gebeurt zelden omdat ze populair zijn bij het grote publiek. Wel gebeurt het dat het Congres de omvang van een park aanpast, zoals in het geval van de Grand Staircase.
Naast de monumenten in Utah liggen nog andere parken onder vuur van de regering-Trump.
De vorming van de 12.700 vierkante kilometer tellende Northeast Canyons and Seamounts Marine National Monuments, voor de Atlantische kust van New England, wordt door vijf visserijorganisaties aangevochten, deels omdat commerciële visvangst binnen de grenzen van dit zeereservaat nu is verboden. En het 350 vierkante kilometer grote Katahdin Woods and Waters National Monument in Maine, dat eveneens door Obama werd ingesteld, werd aan het lijstje van Trump toegevoegd nadat gouverneur Paul LePage zich beklaagde over het feit dat er geen behoorlijke inspraak over de vorming van het park had plaatsgevonden. Van de parken die opnieuw worden beoordeeld, is dit het enige dat kleiner is dan vierhonderd vierkante kilometer.
De republikein Zinke komt uit een oude familie in Montana en beroept zich op zijn Wildwest-achtergrond: op zijn eerste dag als minister van Binnenlandse Zaken kwam hij te paard naar zijn werk. Als Republikein diende hij als (het enige) Congreslid voor Montana, waarna Trump hem vroeg op Binnenlandse Zaken; volgens Zinke weerspiegelt hij in zijn stemgedrag een filosofie over federaal gebied die aansluit op de nalatenschap van Theodore Roosevelt, die het natuurbehoud in de VS op de kaart zette.
Vorige zomer trok Zinke zich als gedelegeerde op de Republikeinse Nationale Conventie terug, omdat hij zich niet kon vinden in een partijstandpunt waarin steun werd uitgesproken aan de overdracht van openbaar grondgebied aan de afzonderlijke staten.
Het ministerie van Binnenlandse Zaken “is de beschermheer van Amerika’s grootste schatten en beheert een vijfde van ons grondgebied,” zei Zinke in een verklaring. “Wie een goed beschermheer wil zijn, moet ook een goede buur zijn en luisteren naar het Amerikaanse volk dat wij vertegenwoordigen.”
Hij meende dat de herziening “eindelijk een stem geeft aan plaatselijke gemeenschappen en staten,” eraan toevoegend dat “de uitkomst [van de herziening] voor geen enkel monument een uitgemaakte zaak is.”
De bronnen die voor dit artikel zijn gebruikt, zijn officiële presidentiële verklaringen en de websites die het ministerie van Binnenlandse Zaken over de verschillende parken aanbiedt.