11.000 jaar oude delfplaats in onderwatergrot verrast archeologen

Een duiker onderzoekt stenen die eeuwenlang geleden door mijnwerkers zijn opgestapeld in La Mina, een vindplaats diep in een grot in het Mexicaanse Yucatán, waar tussen de 10.000 en 12.000 jaar geleden okerpigment werd gewonnen. Door de stijgende zeespiegel kwam de grot later onder water te staan, waardoor het bewijs van de mijnbouw duizenden jaren lang bewaard is gebleven.
Opgestapelde stenen en brokken rotsformaties - stalactieten of stalagmieten - markeren de weg door de oude okermijn van La Mina.
De oude mijnwerkers groeven kuilen om de oker uit de bodem van de grot in La Mina te delven. De dieprode onderkant van de opzijgeschoven rotsen onthult het kostbare pigmentmateriaal dat ze zochten.
Een duiker verzamelt houtskool van de vuren die ooit de grot van La Mina hebben verlicht terwijl de mijnwerkers aan het werk waren. De grotplafonds tonen nog steeds donkere sporen van het roet dat uit de vlammen opsteeg.
De mijnwerkers gebruikten brokken rotsformaties als hamers om de grotbodem van La Mina te doorbreken en oker te delven.
Mensen gebruiken al honderdduizenden jaren oker voor allerlei rituele en praktische doeleinden. De mijn van La Mina biedt een zeldzame inkijk in deze vroegere activiteiten.