Thomas Edison noemde slaap een ‘absurditeit’ en een ‘slechte gewoonte’. Is dat in onze cultuur een diep verankerd beeld?
Dat denk ik zeker, maar we staan nu voor een omwenteling. Wat sommige mensen weerhoudt om meer aandacht te hebben voor slaap, is de angst dat ze iets zullen missen. Sommige spreekwoorden bevestigen dat: ‘rust roest’ of ‘de morgenstond heeft goud in de mond’. Maar er staan nu rolmodellen op die slaap belangrijk vinden én supereffectief zijn.
Jij staat erom bekend er altijd volop tegenaan te gaan. Is er ooit een moment geweest dat je zei: ik moet het anders aanpakken?
Ja, in 2007 toen ik instortte door slaapgebrek, uitputting en een burnout. Als gescheiden moeder met twee tienerdochters had ik mezelf aangepraat dat dit de prijs was voor succes. Pas nadat ik was ingestort, begon ik me echt te interesseren voor het verschijnsel burn-out. Er is veel geschreven over het belang van voeding en lichamelijke oefening, maar niet over slaap. Daarom schreef ik dit boek.
Krijgt slaap genoeg aandacht?
Het belang ervan wordt nu vaker erkend. Er zijn natuurlijk nog steeds uitslovers die opscheppen over hoe weinig slaap ze nodig hebben, maar die gaan de kant op van de dinosauriërs. Ik vergelijk slaap graag met een wasmachine. Je haalt je was er niet tien minuten eerder uit om tijd te sparen. Je moet alle stappen van het programma afwerken, ook bij slaap. Anders voel je je ’s ochtends als een natte vaatdoek.
Dit interview is beknopt weergeven en werd oorspronkelijk gepubliceerd in het Engels.