Zodra je de toegangspoorten van Chichén Itzá binnenloopt, torent een dertig meter hoge piramide boven je uit. Naast je staan tientallen andere toeristen selfies te maken en proberen lokale ondernemers souvenirs aan je te slijten. Wanneer je dat allemaal even negeert en je fantasie de vrije loop laat, kun je je best inbeelden hoe deze Mayastad er duizend jaar geleden uitzag.

Chichén Itzá is namelijk een van de best bewaarde Mayasteden in Midden-Amerika. Het complex staat op de werelderfgoedlijst van Unesco en werd uitgeroepen tot een van de zeven nieuwe wereldwonderen.

Hoe oud is Chichén Itzá?

De Maya’s woonden van ongeveer 750 tot 1200 in Chichén Itzá. Daarna werd de stad plotseling verlaten en duurde het vele eeuwen voordat de stadsruïnes in de zestiende eeuw – inmiddels flink overwoekerd door de jungle – weer werden ontdekt door de Spanjaarden.

Waarom vertrokken de Maya’s uit Chichén Itzá? Dat is tot nu toe nog een raadsel. Wetenschappers speculeren dat droogte, bodemuitputting en rooftochten door nabijgelegen koninkrijken hebben bijgedragen aan de teloorgang van Chichén Itzá. Maar welke van deze theorieën het dichtst bij de waarheid liggen, weten we niet.

De bouwwerken die je vandaag de dag in Chichén Itzá kunt bewonderen, tonen niet alleen de cultuur en architectuur van de Maya’s, maar ook van de Tolteken. Dit volk viel de stad rond het jaar 1000 binnen, wat leidde tot een samensmelting van beide culturen.

De piramide van Kukulcán in Chichén Itzá

De piramide van Kukulcán is de bekendste bezienswaardigheid van Chichén Itzá. Het bouwwerk diende als tempel voor de god van Kukulcán (‘gevederde slang’ in het Nederlands). De piramide laat zien hoe sterk ontwikkeld de kennis van de Maya’s op het gebied van astrologie was. Zo heeft de piramide van Kukulcán vier trappen die samen 365 traptreden tellen: één voor elke dag van het jaar.

Daarnaast kun je twee keer per jaar, op de lente- en herfstequinox (de dag waarop de dag en nacht even lang duren), een bijzonder verschijnsel waarnemen. Door de stand van de zon lijken de schaduwen over de piramide op een kruipende slang die over de trappen naar beneden kronkelt. Geen toeval, want de piramide van Kukulcán is vernoemd naar de god van de gevederde slang.

Wil je dit fenomeen met eigen ogen zien, zorg dan dat je Chichén Itzá rond de eerste dag van de lente (21 maart) of de eerste dag van de herfst (21 september) bezoekt. Je zult echter niet de enige toerist zijn met dit plan: dit zijn de drukste dagen van het jaar in de Mayastad. Ook op andere dagen is een avondbezoek aan Chichén Itzá de moeite waard. Elke avond is er de licht- en geluidsshow Noches de Kukulkan. Goed om te weten: hier moet je een apart toegangsticket voor kopen.

Klap ook eens in je handen wanneer je voor de piramide van Kukulcán staat. Door de bijzondere akoestiek van het bouwwerk, hoor je dan vanuit de top van de tempel een echo weerklinken.

Wat is er nog meer te zien in Chichén Itzá?

De piramide van Kukulcán is voor veel reizigers dé trekpleister van Chichén Itzá, maar er is in de Mayastad nog zo veel meer bijzonders te zien. In de hoogtijdagen woonden er duizenden mensen in deze stad. Welke bezienswaardigheden in Chichén Itzá mag je niet missen?

Juego de Pelota Principal

Juego de Pelota Principal, ook wel bekend als de Great Ball Court, was een van de sportvelden in Chichén Itzá. Bij een van de sporten die de Maya’s hier speelden, moesten spelers een rubberen bal van 5,4 kilo door stenen ringen gooien die hoog op de muren waren bevestigd. Een behoorlijke uitdaging, want de spelers mochten hierbij hun handen en voeten niet gebruiken.

Met hun ellebogen, knieën en heupen probeerden ze de bal door de ringen te werpen. Een wedstrijd kon uren tot dagen duren en had altijd een luguber einde: de verliezers werden geofferd en moesten hun nederlaag met de dood bekopen.

Tzompantli

Het balspel was niet de enige manier waarop de Maya’s offers brachten. Uit Spaanse overleveringen blijkt dat jonge vrouwen levend in het water van cenotes (grotten gevuld met water in de Mexicaanse regio Yucatán) werden geworpen. Zij dienden als offer voor de regengod van de Maya’s. De vrouwen moesten in de diepte van het water voor hem ‘leven’. Archeologen vonden botten, evenals juwelen en andere kostbare objecten die de vrouwen in hun laatste uren droegen.

De rijke offertraditie van de Maya’s is ook terug te zien bij Tzompantli, ook wel het ‘platform van de schedels’ genoemd: in deze muur zijn honderden doodshoofden vewerkt.

El Caracol

Uit de 365 traptreden van de piramide van Kukulcán bleek al dat de Maya’s een uitgebreide kennis van astronomie hadden. In Chichén Itzá kun je ook de voormalige sterrenwacht, El Caracol, bezoeken. Dit is een voorloper van observatoria zoals we die vandaag de dag kennen. Vanwege haar unieke vorm wordt dit gebouw ook weleens ‘het Slakkenhuis’ genoemd.

Praktische tips voor een bezoek aan Chichén Itzá

Chichén Itzá ligt op het Mexicaanse schiereiland Yucatán en is dagelijks van acht uur ’s ochtends tot vijf uur ’s middags geopend. Om vier uur kunnen de laatste bezoekers het complex binnengaan. Maar één uur is sowieso te kort om het hele terrein goed te zien. Trek zeker een paar uur uit voor je bezoek aan Chichén Itzá, zodat je langs alle bouwwerken en bezienswaardigheden kunt wandelen.

De beste tijd om Chichén Itzá te bezoeken is ’s ochtends vroeg, direct wanneer het complex opent. In deze Mexicaanse regio is het vrijwel altijd tropisch warm en in de Mayastad is er weinig schaduw om aan de zon te ontsnappen. ’s Ochtends vroeg zijn de temperaturen nog wat aangenamer én ontloop je de enorme toeristenmassa die later op de dag het complex bezichtigt.

In de loop van de dag komt de ene na de andere georganiseerde tour aan bij Chichén Itzá, met bussen vol nieuwsgierige toeristen. Elk jaar bezoeken meer dan een miljoen mensen de Mayastad en het is er eigenlijk altijd druk. Zondag is doorgaans de drukste dag, omdat het complex dan gratis te bezoeken is voor Mexicanen.

Wat kost een kaartje voor Chichén Itzá?

Als buitenlandse toerist betaal je een hogere entreeprijs dan lokale bezoekers. Je kunt ter plekke bij de ingang een kaartje voor Chichén Itza kopen. Volwassenen betalen 614 Mexicaanse peso, wat gelijkstaat aan ongeveer 32 euro. Je kunt ook online een ticket kopen zodat je de rij bij de ingang kunt overslaan, maar dan betaal je wel twee keer zoveel. Voor een avondticket inclusief de lichtshow bij de piramide betaal je 708 Mexicaanse peso (36 euro).

Hoe kom je bij Chichén Itzá?

Vanuit populaire plaatsen, zoals Cancún en Playa del Carmen, kun je bij een van de tours naar Chichén Itzá aansluiten. Als je niet van tours houdt, kun je de Mayastad ook prima op eigen gelegenheid bezoeken. Rijd met een huurauto naar het complex of stap in een lokale bus. Je kunt dan ook iets dichter bij Chichén Itzá overnachten, bijvoorbeeld in Valladolid of Mérida. Vanuit beiden steden vertrekken er bussen naar deze highlight van Mexico.

Beste reistijd voor Chichén Itzá

Yucatán in Mexico kun je het hele jaar door goed bezoeken, maar de periode tussen november en april geldt als de beste reistijd voor Chichén Itzá. Dit is de droge periode in Yucatán, wat zorgt voor een fijn klimaat om de Mayaruïnes te bezoeken. Houd er wel rekening mee dat het vrijwel altijd flink warm is in dit deel van Mexico. Draag lekker luchtige kleding en neem een petje of hoed mee, want veel schaduw is er tussen de ruïnes niet.

Headshot of Willeke van Doorn
Willeke van Doorn

Willeke van Doorn studeerde journalistiek, reisde een tijdje de wereld rond en kwam uiteindelijk via de Verenigde Staten, Australië en Nieuw-Zeeland bij de redacties van Quest, National Geographic en Runner’s World terecht. Ze is nieuwsgierig naar de wereld, gaat het liefst elke maand even op reis en neemt dan ook altijd haar hardloopschoenen mee.