Er zijn bijna vijftig jaar voorbijgegaan sinds de mens de laatste keer op de maan liep, toen de driekoppige bemanning van de NASA-missie Apollo 17 in de buurt van de rand van de oeroude lavazee Mare Serenitatis landde.
Maar het Amerikaanse ruimtevaartagentschap heeft zijn vizier nu opnieuw op de maan gericht en schroeft het tempo van het Artemis-programma op, dat tot doel heeft om binnen het decennium mensen op de maan te laten landen. Maar ditmaal zullen niet alleen mannen de reis maken: de NASA heeft toegezegd dat de eerste vrouw die haar haarscherpe voetafdrukken in het fijne maanstof zal achterlaten op de eerste landingsmissie van Artemis zal meevliegen.
En recent maakte de NASA bekend welke van zijn 47 astronauten in actieve dienst zijn geselecteerd voor het trainingsprogramma voor de historische terugkeer naar de maan.
“Ons doel is om op duurzame wijze naar de maan terug te keren, om te leren hoe we op een andere wereld kunnen wonen en werken,” zei NASA-baas Jim Bridenstine tijdens de bijeenkomst van de National Space Council waarop de namen van de achttien astronauten voor de trainingsmissie voor het Artemis-programma bekend werden gemaakt.
Mensen op een retourvlucht naar het oppervlak van een ander hemellichaam sturen is misschien wel de heilige graal voor elk ruimtevaartprogramma. Maar zulke reizen zijn uiterst gevaarlijk, en om ze met succes te kunnen uitvoeren, moeten astronauten jarenlang worden getraind. Vandaar dat de NASA-astronauten zich nu al beginnen voor te bereiden op een mogelijke reis naar de maan.
“Ruimtevaart is niet voor ongeduldige mensen. Het is gevaarlijk en zeer gecompliceerd,” zegt NASA-astronaute Nicole Mann, een testpilote en gevechtsveterane van de Amerikaanse marine die aan het opleidingsprogramma voor Artemis zal meedoen. “We hebben een groep van mensen die met elkaar samenwerken, niet alleen uit de VS. In feite is het een internationale groep die deze missie tot een succes zal maken.”
Geen van de achttien astronauten is nog ingedeeld voor een specifieke Artemis-missie. Volgens de NASA zullen er in de toekomst nog meer astronauten, waaronder enkele uit partnerlanden, aan de groep worden toegevoegd. Maar deze groep van achttien is de eerste die aan NASA’s maanmissies voor de 21ste eeuw zal beginnen.
Onder hen zijn negen vrouwen, en er bestaat een grote kans dat één ervan op een dag de eerste vrouw wordt die op de maan zal landen. De helft van de groep bestaat uit ervaren vliegers, onder wie Christina Koch, die onlangs het record voor het langste ruimteverblijf voor een vrouw vestigde, en Victor Glover en Kate Rubins, die zich momenteel aan boord van het International Space Station (ISS) bevinden. De andere astronauten zijn nieuwkomers die grotendeels uit de astronautenopleidingen van 2013 en 2017 afkomstig zijn.
“Als ik aan het Artemis-programma denk, denk ik dat net als bij iedereen het kind in me wakker wordt, die dit alles superspannend vindt,” zegt NASA-astronaut Frank Rubio, gevechtsveteraan van de Amerikaanse landmacht en legerarts bij de Amerikaanse commandotroepen. “Als Amerikaan en als mens vind ik dit echt heel bijzonder.”
Vlieg mee naar de maan
De maan is een wereld op zich, en gehuld in raadsels en mythologie. Onze reizen naar dit hemellichaam zijn tot nu toe fascinerende (en angstwekkend moeilijke) demonstraties van menselijk vernuft geweest.
Die epische reizen hebben ook de aarde zelf in een nieuw licht geplaatst, zoals uitgebeeld in de beroemde ‘Earthrise’-foto die op kerstavond 1968 door de bemanning van Apollo 8 werd genomen toen deze zich in een omloopbaan rond de maan bevond. Op de foto is te zien hoe onze veelkleurige planeet opkomt boven de horizon van een grijs en leeg landschap vol kraters. Het was voor het eerst dat de mensheid de aarde van een afstand aanschouwde die groot genoeg was om te beseffen hoe immens de ruimte is waarin onze planeet rondzweeft en daarmee hoe kwetsbaar onze kleine waterwereld eigenlijk is. De eerste bemande missie van het Artemis-programma, Artemis II, zal een soortgelijke reis moeten worden: misschien zal een bemanning al in 2023 in een omloopbaan rond de maan worden gebracht en daarna naar de aarde terugkeren.
“Als ik op enigerlei wijze deel kan uitmaken van deze missies, zal dat echt een droom zijn die werkelijkheid wordt,” zegt NASA-astronaute Jessica Meir, die er al meer dan tweehonderd dagen aan boord van het International Space Station op heeft zitten. “Voor dit Artemis-programma is er zóveel om te ontdekken. We zullen nieuwe locaties bezoeken en we hebben een schat aan nieuwe hypotheses om te testen en wetenschappelijke experimenten om uit te voeren.”
Maar het is natuurlijk niet eenvoudig om de maan te bereiken en, belangrijker nog, om daarna weer veilig op aarde terug te keren. Het positioneren van een ruimtevaartuig in een omloopbaan rond de maan vereist een zeer gevoelige en nauwgezet uitgevoerde overgang van de aantrekkingskracht van de aarde naar die van de maan. En een landing op de maan – het wapenfeit dat Neil Armstrong en Buzz Aldrin op 20 juli 1969 behaalden, zij het op een haar na – is nog veel riskanter. En tenslotte zal het weer opstijgen van het maanoppervlak, het aandokken aan een ander ruimtevaartuig in een omloopbaan rond de maan en de terugkeer naar de aarde nog talloze andere, gevaarlijke manoeuvres vereisen, maar dan in omgekeerde volgorde.
Maar deze NASA-astronauten houden wel van een uitdaging en ze zijn er helemaal klaar voor.
Toen Meir als scholiere in groep twee werd gevraagd om haar droombaan te schetsen, “maakte ik een tekening van een astronaut die naast een Amerikaans vlaggetje op het maanoppervlak staat, dat herinner ik me nog heel goed. Ik tekende mezelf niet alleen als iemand in de ruimte, maar als iemand die op de maan staat. Dus ik denk dat zo’n missie altijd mijn droom is geweest en dat ik altijd een gedreven nieuwsgierigheid heb gehad.”
Toegangspoort naar de ruimte
De NASA heeft het momentum voor zijn Artemis-programma de laatste paar jaren steeds verder opgebouwd. Aanvankelijk werd het programma gezien als een soort kopie van het Apollo-programma, waarbij in wezen dezelfde reeks missies afgewikkeld zal worden als de beroemde serie maanreizen- en landingen in de jaren zestig en zeventig. Als Artemis II een succes wordt en uit zijn omloopbaan rond de maan veilig naar de aarde terugkeert, zou de NASA zelfs al in 2024 een maanlanding met Artemis III kunnen overwegen – hoewel zo’n missie vertraagd zou kunnen worden als het programma op nieuwe tegenslagen en kostenoverschrijdingen zou stuiten.
Voorlopig is het doel van Artemis om astronauten met behulp van de reusachtige NASA-raket Space Launch System (SLS) en de ruimtecapsule Orion in een omloopbaan rond de maan te brengen. Vervolgens, op de Artemis III-missie, zal Orion aandokken aan een ruimtevaartuig dat door een privébedrijf is ontworpen en gebouwd. Dat ruimtevaartuig zal de astronauten dan op het maanoppervlak afzetten, mogelijk op een locatie in de buurt van de ijzige zuidpool van de maan.
Maar met Artemis worden nog talloze andere ambities nagejaagd. Als het programma in zijn totaliteit zou worden gerealiseerd, zal het ook de bouw van een ruimtestation in een omloopbaan rond de maan behelzen, het maanstation Gateway. Deze kleine voorpost in de ruimte zou dan gebruikt kunnen worden als tussenstation voor astronauten op weg van en naar het maanoppervlak. En uiteindelijk zou Gateway ook missies naar andere bestemmingen in het zonnestelsel kunnen ondersteunen.
De NASA is van plan om met internationale partners samen te werken om op lange termijn de aanwezigheid van de mens op de maan te waarborgen. De hoop is dat buitenlandse partners in zullen stemmen met een reeks principes die is vastgelegd in de zogenaamde ‘Artemis-Akkoorden’. Daartoe behoren de verplichting om de maan alleen voor vreedzame doelen te gebruiken, om in het geval van noodsituaties samen te werken, om technische en wetenschappelijke kennis te delen en om locaties van historisch belang (zoals de plek waar Apollo 11 landde) in hun oorspronkelijke staat te bewaren.
Tegen een achtergrond van wisselend politiek leiderschap, onzekere begrotingen en een aanhoudende pandemie, en ook gezien de vele vertragingen die zowel het SLS- als het Orion-programma heeft opgelopen, is het allerminst zeker of Artemis op schema zal blijven.
“Het is tot nu toe een uiterst kostbare aangelegenheid,” zegt Rubio. “Maar ik denk dat keer op keer is bewezen dat als je moeilijke dingen doet en jezelf als mensheid uitdaagt om iets grootst te ondernemen, je dichter bij elkaar komt. En het brengt ons ertoe nieuwe technologie en nieuwe ideeën te ontwikkelen.”
Uitzicht vanaf de maan
Tot de wetenschappelijke doelstellingen voor Artemis III, die deze week werden gepresenteerd, behoren het verzamelen en mee naar de aarde nemen van meer maanstenen. De astronauten van de missie zullen ook het verleden van inslagen van asteroïden op de aarde en de maan bestuderen en op zoek gaan naar chemische verbindingen onder het maanoppervlak, waaronder waterijs. Uiteindelijk hoopt de NASA ijs op de maan te verzamelen dat gebruikt kan worden om er raketbrandstof van te maken en levensonderhoudssystemen mee van zuurstof te voorzien.
Hoewel alle astronauten die met National Geographic hebben gesproken, benadrukten dat het succesvol afsluiten van hun maanmissie hun voornaamste prioriteit was, zeiden ze dat ze met wat geluk daarboven ook het nodige plezier wilden beleven.
“Ik zou er zeker willen rondhuppelen – weet je, zo hoog mogelijk proberen te springen,” zegt Mann. “God verhoede dat ze ons een soort maanwagentje geven,” zegt Rubio. “Hoe belangrijk de wetenschap ook is, ik denk dat iedereen in zo’n wagentje wel een donut op de maan zou willen trekken.”
Volgens Meir zou ze met volle teugen genieten van de schoonheid en bijzonderheid om vanaf het maanoppervlak de aarde te zien. “Ik zou echt willen dat ik alle ogen van alle mensen op aarde zou kunnen meenemen om tezamen van dat uitzicht te genieten,” zegt zij. “Het beeld van de aarde dat ik vanuit het International Space Station had, was al zo geweldig voor mij, in de zin dat je je bewust wordt van de kwetsbaarheid van onze planeet, hoe mooi de aarde is, dat we haar moeten beschermen en dat we allemaal met elkaar verbonden zijn.”
Maar voorlopig richten de Artemis-astronauten zich op het zetten van de volgende ‘bold step’ in de ruimte. En kijken ze, net als Mann en haar acht jaar oude zoontje, af en toe omhoog naar de maan.
“We zitten heel vaak buiten en dan vinden we het heerlijk om naar de sterren en de maan te kijken – maar nu kijken we denk ik met een iets ander licht in onze ogen, een iets andere twinkeling,” zegt zij. “Hopelijk zal hij zijn moeder op een dag voorbij zien vliegen en op de maan zien lopen.”
De NASA-astronauten voor het Artemis-programma:Joe Acaba (astronautenklas van 2004, 306 dagen in de ruimte)
Kayla Barron (astronautenklas van 2017)
Raja Chari (astronautenklas van 2017)
Matthew Dominick (astronautenklas van 2017)
Victor Glover (astronautenklas van 2013, momenteel aan boord van het ISS)
Woody Hoburg (astronautenklas van 2017)
Jonny Kim (astronautenklas van 2017)
Christina Koch (astronautenklas van 2013, 328 dagen in de ruimte)
Kjell Lindgren (astronautenklas van 2009, 141 dagen in de ruimte)
Nicole Mann (astronautenklas van 2013)
Anne McClain (astronautenklas van 2013, 204 dagen in de ruimte)
Jessica Meir (astronautenklas van 2013, 205 dagen in de ruimte)
Jasmin Moghbeli (astronautenklas van 2017)
Kate Rubins (astronautenklas van 2009, momenteel aan boord van het ISS)
Frank Rubio (astronautenklas van 2017)
Scott Tingle (astronautenklas van 2009, 168 dagen in de ruimte)
Jessica Watkins (astronautenklas van 2017)
Stephanie Wilson (astronautenklas van 1996, 43 dagen in de ruimte)Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op NationalGeographic.com