Wetenschapper schatten dat er nu 235 wilde Bengaalse tijgers leven in Nepal. Dat is een enorme verbetering ten opzichte van de 120 bedreigde dieren in 2009.

Volgens analyses van het Department of National Parks and Wildlife Conservation van Nepal en organisaties voor natuurbehoud zoals Panthera en de Zoological Society of London is de populatie van 198 dieren in de afgelopen vier jaar met bijna twintig procent gestegen.

De organisaties gebruikten beelden van cameravallen en pasten statistische modellen toe om het aantal dieren in vijf nationale parken te schatten. Wetenschappers hopen dat het succes van het Nepalese ‘recept’ voor bescherming van de tijgers andere landen inspireert om de bescherming en bestudering van deze geliefde iconische grote katten op te schroeven.

A mother rests with her twomonthold in Bandhavgarh National Park wherecontrary to the global trendmanagers have built up tiger numbers Compensation for loss of life caused by cats outside the park gives villagers some consolation

235 lijkt misschien weinig. Toch is het een groot succes voor natuurbehoud volgens John Goodrich, tijgerprojectmanager bij Panthera, een organisatie die wereldwijd strijdt voor het behoud van katachtigen. Dit aantal vormt een aanzienlijk percentagevan de totale tijgerpopulatie ter wereld, die op minder dan vierduizend wordt geschat.

“Ze hebben uitstekend werk verricht,” zegt Goodrich.

Klein maar belangrijk

Uit de impact op één park blijkt het belang van kleine, maar belangrijke maatregelen. Voor 2010 waren er bijna geen tijgers in het Parsa National Park in Nepal. Het Terai-laagland is een dichtbebost stroomgebied aan de voet van de Himalaya, waar uitlopers en graslanden samenkomen. Hier leven ook andere dieren zoals de Aziatische olifant, de lippenbeer, de sambar, de dubbelhoornige neushoornvogel en de Indische neushoorn, een posterdier van Nepal.

Tijdens een bijeenkomst in 2010 van het Global Tiger Initiative, een programma van onder andere de Wereldbank, zegden Nepal en twaalf andere landen toe het aantal tijgers voor 2022 te laten verdubbelen. Goodrich: “Nepal nam die taak zeer ernstig en heeft het goed gedaan, ondanks dat het een van de armste landen in het programma is.”

De populatie in Parsa wordt nu geschat op achttien tijgers. In 2013 waren dat er nog zeven. Het succes is waarschijnlijk te danken aan onder meer het besluit van de overheid om de grenzen van het Parsagebied op te rekken en het aantal soldaten dat in de beschermde gebieden patrouilleert uit te breiden naar achtduizend. De vrijwillige verhuizing van dorpelingen die in het beschermde gebied woonden, de ontwikkeling van andere bestaansmiddelen om minder afhankelijk te zijn van woudproducten en het vermijden van conflicten tussen tijgers en mensen zoals vee dat wordt gedood, heeft ook bijgedragen.

“Tijgers en mensen gaan niet goed samen,” zegt Goodrich. “Er zijn altijd conflicten. Het is dan ook belangrijk dat er reservaten komen waar tijgers ongestoord kunnen leven.”

Speelse welpen

Goodrich voegt eraan toe dat tijgers ‘rust en prooidieren’ nodig hebben om te overleven. Doordat Parsa de tijgers rust, prooidieren en bescherming tegen stropen en habitatvernietiging biedt, konden ze zich relatief snel vermeerderen. Tijgers uit het naburige Chitwan National Park trokken al snel naar dit gebied. In deze beschermde omgeving met veel prooidieren en zonder bemoeienissen van de mens leven volwassen dieren langer en is er een overvloed aan welpen geboren. Zonder tijgers uit naburige gebieden, zou het misschien tien jaar of langer hebben geduurd om tot hetzelfde aantal te komen.

Het onderzoek naar de populatie bracht ook twee andere bemoedigende aanwijzingen over de Nepalese tijgers aan het licht: de levensverwachting van de volwassen dieren nam steeds meer toe en er werden speelse, ogenschijnlijk gezonde welpen geboren.

“Wat je graag wilt zien in een gezonde tijgerpopulatie is dat volwassen dieren goed kunnen overleven,” zegt dr. Goodrich. Een ander goed teken zijn speelse welpen, die niet alleen schattig zijn om te zien, maar ook belangrijke informatie opleveren voor wetenschappers.

“Het feit dat ze spelen, wijst erop dat ze goed doorvoed zijn en voldoende energie hebben. Als je ernaar kijkt, denk je: ‘Wow, dit is het bewijs dat de tijgerpopulatie gezond is.’”

Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op NationalGeographic.com