Het mag duidelijk zijn dat het een vreselijk slecht idee is om je binnen de omheining van een roofdierenverblijf te wagen.
Maar in een poging om een mooie selfie te nemen klom een vrouw enkele dagen geleden over de betonnen muur van het jaguarverblijf in de Wildlife World Zoo, even buiten Phoenix, Arizona. De jaguar greep haar bij haar trui en haalde uit naar haar arm. Het gevolg was een diepe vleeswond, die op video werd vastgelegd. Omstanders trokken de vrouw weg voordat het dier haar zwaarder kon verwonden. Ze maakt het goed, evenals de jaguar, en ze heeft toegegeven dat ze iets heel stoms deed.
Het verhaal maakte furore op internet, waar men zich collectief afvroeg: wat bezielt iemand om zoiets te doen?
Het is zeker niet de eerste keer dat iemand zo roekeloos is om zich veel te dicht in de buurt van een wild dier te wagen en daardoor de krant haalt. Vorig jaar sprong een beschonken man in het leeuwenverblijf van een Indiase dierentuin omdat hij de grote katachtigen van dichtbij wilde zien. Een bezoeker van een dierentuin in China betrad zelfs meerdere dierenverblijven om selfies te nemen voordat hij door een walrus werd gedood. Soortgelijke incidenten doen zich ook in meer natuurlijke omgevingen voor: in het Yellowstone National Park zijn talloze bezoekers door bizons te grazen genomentoen ze te dichtbij kwamen om een foto te maken.
Het is natuurlijk een kwestie van gezond verstand dat je bij het maken van foto’s niet te dicht in de buurt van gevaarlijke dieren moet komen. Niet voor niets hebben dierentuinen stevige omheiningen (en soms dubbeldikke muren) rond dierenverblijven geplaatst om mens en dier gescheiden te houden. Overal hangen bordjes waarop het voor de hand liggende nog eens wordt benadrukt: steek je hand niet door de tralies.
Maar de drijfveer om wilde dieren toch van dichtbij te bekijken is voor sommigen blijkbaar sterk genoeg om elk gevoel voor realiteit te verliezen.
Dieren zijn voor ons minder reëel geworden,” zegt Susan Clayton, professor in de psychologie en milieustudies aan het College of Wooster in Ohio. Omdat we exotische dieren bijna altijd in strikt beheerde omgevingen als dierentuinen zien, zijn dieren volgens haar in zekere zin decorstukken geworden. Mensen die zich op roekeloze wijze te dicht bij wilde dieren wagen, hebben duidelijk niet goed nagedacht, zegt Clayton, “maar op een dieper niveau associëren ze dieren niet langer met gevaar.”
Daar zijn meerdere culturele redenen voor. Ten eerste schilderen de media ontmoetingen met wilde dieren vaak af als iets heel normaals, zegt Clayton. In tv-programma’s en YouTube-video’s worstelen sensatiebeluste dierenvrienden met wilde beesten en maken ze daardoor “symbolisch tandeloos.” Met andere woorden, als je iemand als ‘Leeuwenfluisteraar’ Kevin Richardson geregeld met leeuwen, jaguars en hyena’s ziet stoeien en deze dieren ziet aanhalen, dan kan dat het signaal afgeven dat deze dieren eigenlijk helemaal niet zo gevaarlijk zijn. Richardson heeft op zijn YouTube-kanaal iets minder dan één miljoen volgers, maar op zijn benadering is kritiek gekomen van de kant van milieugroepen, die menen dat het aanmoedigen van direct contact met leeuwen onverantwoordelijk is.
Ook op sociale platforms wemelt het van de selfies met wilde dieren. Veel dierentuinen, parken en avontuurlijke safari’s bieden het publiek aan om in direct contact met hun wilde dieren te treden, zoals ‘wandelen met leeuwen’, poseren met volwassen tijgers en duiken (in kooien) met haaien. Al deze activiteiten zijn potentieel gevaarlijk voor mensen en schadelijk voor de dieren.
De selfie-impuls
De sociale media zijn ideale platformen om de groei van sensatiebeluste ontmoetingen met wilde dieren te stimuleren, meent Erin Vogel, postdoconderzoekster aan de faculteit voor psychologie van de University of California in San Francisco. Het ontvangen van likes en commentaren beantwoordt aan een directe behoeftebevrediging, zegt zij. Volgens haar blijkt uit onderzoek dat iemand die een item op sociale media plaatst, een kortstondige verhoging van zijn eigenwaarde ervaart.
Om dat gevoel vast te houden, als is het maar onbewust, kunnen mensen “steeds verder gaan” om de spannendste versie van zichzelf aan te prijzen, aldus Vogel. Het kan dan niet langer genoeg zijn om een foto van een prachtig maar gevaarlijk dier binnen zijn omheining of aan de overzijde van een vallei te posten, zegt zij. Door een selfie met het dier te nemen, word je zelf onderdeel van die ervaring.
Het gaat hier niet alleen om nauw contact met gevaarlijke dieren. Mensen wagen voortdurend hun leven om extreme selfies te maken, door vlakbij langsrijdende treinen te gaan staan, op de rand van steile klippen te poseren of zichzelf met een geladen pistool te fotograferen. De gevolgen zijn vaak tragisch. Vorig jaar bleek uit onderzoek dat er tussen 2011 en 2017 wereldwijd 259 gedocumenteerde ‘selfie-doden’ zijn gevallen. Bij de meeste incidenten was sprake van roekeloos gedrag, en de slachtoffers waren grotendeels mannen van begin twintig.
“Mensen hebben het altijd al leuk gevonden om gevaarlijke dingen te doen,” zegt Vogel, ook voordat er sociale media bestonden. “Maar we zien wel dat mensen zich op sociale media anders gedragen dan ze normaal zouden doen.” Het gaat daarbij om dezelfde impuls die je ook op vakanties of tijdens spannende ervaringen met vrienden ervaart: als je helemaal opgaat in het fotograferen van het moment, ben je je niet volledig bewust van dat moment.
“Als je al weet dat je een selfie op sociale media gaat posten, concentreer je je minder op wat er zich voor je ogen afspeelt - in dit geval het gedrag van een gevaarlijk wild dier,” zegt Vogel. En dat plaveit de weg voor domme beslissingen.
Losgezongen van de natuur
Als het gaat om ontmoetingen met wilde dieren, kunnen dat soort beslissingen ook de dieren in gevaar brengen. Dierentuindieren moeten vaak worden gedood om de persoon te beschermen die in hun verblijf is doorgedrongen. Neem de 17-jarige gorilla Harambe, die in 2015 werd doodgeschotenin de dierentuin van Cincinnati toen een jongetje in zijn verblijf viel.
Vaak ook brengen sensatiezoekers de levens van dieren actief in gevaar. Op een video was vorige week te zien hoe een man van een steiger in Florida op de rug van een wilde pelikaan sprong. De pelikaan worstelt zich onder de man uit terwijl omstanders lachen. In 2015 was op een veelbekeken video te zien hoe een man in een meer in het Canadese British Columbia op de rug van een zwemmende eland sprong.
Wat al deze incidenten volgens psychologie- en milieuexpert Clayton gemeen hebben, is dat mensen de wereld van deze dieren niet respecteren. “De omgeving van de dierentuin kan bijdragen aan het gezichtspunt dat dieren er voor ons zijn,” zegt zij.
Volgens haar leren mensen vaak in hun kindertijd om dieren hetzij als voorwerpen te zien hetzij ze met respect te behandelen, afhankelijk van de opvoeding die ze krijgen. In de dierentuin kan een “vader of moeder lachend naar een beer wijzen en zeggen: ‘Ziet-ie er niet stom uit?’ Óf je kunt de dierentuinervaring gebruiken als een manier om kinderen respect voor dieren bij te brengen.”
Wat betreft de selfie-impuls zegt zij dat mensen in de buurt van een tijgerverblijf de aandrang om iets doms voor een foto te doen moeten weerstaan: “Jouw selfie hoeft niet alles of niets te zijn.”
Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op NationalGeographic.com