Aquariums waren al een poosje in de mode voordat de walvis in New York arriveerde. Mensen vonden het leuk om naar visjes te kijken vanachter een glazen plaat.

De Amerikaanse zakenman William Cameron Coup besloot een aardig slaatje te slaan uit deze nieuwe hobby. Hij pakte op 11 oktober 1876 groots uit toen hij The Great New York Aquarium opende aan Broadway. Duizenden bezoekers kwamen af op zijn spectaculaire belofte: het kunnen bewonderen van een levende walvis.

Gevangen in Canada

Het dier, een beloega, was op 9 oktober 1876 in New York gearriveerd in een houten kist. Vier dagen daarvoor zwom de walvis nog rond in de Saint Lawrencebaai in Canada, waar hij gevangen werd genomen. Om dat voor elkaar te krijgen, graafden de walvisvangers een kuil in het getijdengebied en omheinden het met palen. Met vloed zwom het dier in zijn val en bij eb kon het geen kant meer op.

Leestip: De Groenlandse haai kan eeuwenoud worden. We begrijpen eindelijk hoe dat kan

Het Volksblad van 1872 schreef: ‘Met een schoener werd de walvisch van Quebec (Kanada) vervoerd; daar kreeg hij een houten kast tot verblijf, en hierin bracht men hem per as naar Montreal, van waar hij per extra spoortrein naar New-York werd getransporteerd.’

Al met al duurde de reis vier dagen. De walvis werd met zeewater besproeid en kreeg verse haringen te eten. Eenmaal in New York werden er riemen onder het dier geschoven en was het aan dertig sterke mannen om het in zijn bassin te takelen.

Gemiddelde levensduur: drie maanden

Het was niet de eerste beloega die op deze manier in New York arriveerde. Eerdere pogingen om een walvis tentoon te stellen mislukten, omdat de glazen tanks barstten – met dode walvissen tot gevolg.

De open tank van The Great New York Aquarium barstte weliswaar niet, maar de walvis hield het ook niet lang uit. Het dier was 5,5 meter lang en het bassin waar hij in ‘zwom’ slechts 2,5 meter diep en 9 meter breed.

Leestip: De walvisvaart in IJsland is weer hervat

Op welke datum hij precies overleed is niet duidelijk, maar de gemiddelde levensduur van een aquariumwalvis was zo’n drie maanden. Inderdaad, de gemiddelde levensduur. Het was namelijk een komen en gaan van Canadese walvissen in het Amerikaanse aquarium.

Walvissen vervangen

De bioloog Frank Butler was in dienst van het aquarium en had als taak de gezondheid van de dieren in de gaten te houden. Als hij merkte dat er eentje zwak begon te worden, werd er gewoon weer een nieuwe gevangen.

Het management zorgde ervoor dat er altijd een paar walvissen in de val zaten in de Saint Lawrencebaai, zodat ze dode exemplaren snel konden vervangen. Het publiek dacht altijd dezelfde walvissen te zien, maar niets was minder waar.

In het blad Appleton’s Popular Science Monthly van 1899 schreef visteler Fred Mather een uitgebreid artikel over de witte walvissen in gevangenschap. Hij schreef dat geen enkele walvis het langer dan 4,5 maand volhield. In 1877 kreeg hij een van de aquariumlocaties van Coup op Coney Island onder zijn hoede.

De walvis zwemt rondjes

Mather schreef dat de witte walvis – eenmaal in de tank geplaatst – linksom rondjes begon te zwemmen en ‘tevreden spuit in intervallen van vijf tot vijftien minuten, en net zo tevreden lijkt als een kanarie in zijn kooi.’

Leestip: Kun je ingeslikt worden door een walvis?

Waarom de walvis in het wild niet uitsluitend linksdraaiende rondjes zwom, was hem niet duidelijk, schreef hij. Tegenwoordig zien we dit als een duidelijk teken van stress en verveling.

Dood door longontsteking

Op Coney Island zwommen volgens Mather twee walvissen urenlang naast elkaar nadat ze in hun tank waren geplaatst. Pas na twee uur namen ze een hap van de palingen in hun tank, ondanks dat ze al zeven dagen niets gegeten hadden.

Het mannetje begon al vrij snel raar te ademen en overleed 26 dagen na zijn gevangenneming aan een longontsteking. De laatste vijf dagen, zo schreef Mather, ‘vertraagde het vrouwtje haar tempo dag na dag om zich aan te passen aan dat van haar steeds zwakker wordende metgezel, en toen het einde naderde, legde ze haar brede staart onder de zijne en stuwde hem voort.’

Het aquarium in New York sloot in 1881 zijn deuren. Mather sloot zijn bijdrage in Appleton’s Popular Science Monthly af met de volgende woorden: ‘Als we ze (de walvissen, red.) willen houden, dan moeten we ze betere kansen geven om te overleven dan in open aquaria in de zomerse temperaturen van New York.’

Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!