In de Middeleeuwen gingen er in Europa regelmatig ziekten of plagen rond. Traden er gezondheidsproblemen op, dan deden mensen precies hetzelfde als wat wij nu doen: naar medicijnen grijpen. Ze kochten, slikten of smeerden allerlei middeltjes. Maar de chemische samenstelling van deze medicatie was wel heel anders.

Planten als belangrijkste medicijn

De drankjes, pillen en smeersels waren gemaakt van natuurlijke substanties, waarvan ooit werd geloofd dat ze helende en zelfs miraculeuze eigenschappen hadden. Zo zouden edelstenen als jaspis je van aambeien afhelpen. Zelfs menselijke en dierlijke ‘producten’ als nagels, urine en bloed zouden een genezende werking hebben. Maar het allerbelangrijkste medicijn van de Middeleeuwen: planten.

Het apothekersboekje De Materia Medica van de Griekse arts Pedanius Dioscorides was wijdverspreid in het Westen en de Arabische en moslimwereld. Hij beschreef botanische beschrijvingen en de medische toepassingen van honderden planten. Een drankje van cyclaam kon helpen tegen geelzucht, hoofdpijn, darmopstoppingen, wintertenen, acne en alopecia.

Leestip: De heksenfles – een bizar medicijn vol haren en tanden

Kruidenverkopers (épiciers in het Frans, speziali in het Italiaans) hadden nauwe banden met apothekers. Zij verhandelden Oosterse kruiden die medicinale eigenschappen zouden hebben. Anijs en kaneel zouden bijvoorbeeld slechte adem tegengaan.

Apotheken ontstonden in kloosters

Rondreizende genezers brachten hun lotions, drankjes en papjes aan de man via straat- of deur-tot-deurverkoop. Maar er waren ook apothekers, afkomstig van het Griekse woord apothḗkē, dat bergplaats betekent. Dit zijn de voorlopers van onze moderne drogisterijen en apothekers.

middeleeuwse kruidentuin
British Library
Kloosters hadden vaak een speciale tuin of herbularius, die speciaal bedoeld was om medicinale planten te kweken. De planten werden in vierkante bedjes geplaatst en van elkaar gescheiden door paden.

De oorsprong van deze apotheken ligt in de middeleeuwse kloosters en abdijen. Daar was vaak een ruimte waarin pelgrims en de armen verzorgd werden. Onder hen waren regelmatig zieken, dus de monniken zochten manieren om hun aandoeningen te behandelen.

Monniken waren de uitgelezen artsen. Ze hadden toegang tot wetenschappelijke boeken in hun grote bibliotheken, waaronder het boekje van Dioscorides. Ze beschikten ook over de benodigde fysieke middelen. In hun kloostertuinen groeiden alle medicinale planten die ze nodig hadden. Door deze kloostertraditie ontstonden de eerste apotheken in een afgesloten ruimte.

Leestip: Waarom associëren we monniken en kloosters zo vaak met bier?

In Camaldoli, een plaats ten oosten van Florence, stichtte de monnik Romuald in de elfde eeuw een gemeenschap van Benedictijnse monniken die een ziekenhuis voor de armen runden. De drogisterij van Camaldoli werd in 1048 al schriftelijk genoemd. In zestiende-eeuwse bronnen worden de medicinale kruiden in de goedgevulde botanische tuin genoemd.

Scheiding tussen arts en apotheker

In de dertiende eeuw werd de scheiding tussen de rol van dokter en apotheker strikter. Die verharding viel samen met de opkomst van het gilde voor artsen. Zij vonden pillen draaien beneden hun niveau, dus namen de apothekers deze taak op zich.

De Wetten van Melfi werden in 1231 door Frederik II, keizer van het Heilige Roomse Rijk, afgekondigd. Daarin werd vastgesteld dat artsen alleen medicijnen mochten voorschrijven, niet maken. Apothekers mochten juist niets voorschrijven, en alleen produceren, altijd onder toeziend oog van een arts.

oude apotheek in florence
SCALA, FLORENCE
De kruidenwinkel van Santa Maria Novella in Florence is de oudste apotheek ter wereld die nog steeds in gebruik is.

Sommige apothekers zochten de grenzen van de wet op. In Parijs maakten ze daar korte metten mee, door in 1281 in de statuten van de Faculteit Geneeskunde vast te leggen dat apothekers niet de zieken mochten bezoeken, noch medicijnen mochten verstrekken zonder briefje van de arts.

Giftige medicijnen verboden

Door de opkomst van gilden werd het werk van de apotheker aan wettelijke regulering onderworpen. In Parijs werd in 1353 in de koninklijke statuten vastgelegd dat niemand het beroep van apotheker mocht uitoefenen ‘als hij niet wist hoe hij recepten moest lezen of niemand had die dat kon’.

Leestip: Deze 5 medicijnen uit het verleden deden meer kwaad dan goed

De verkoop van ‘giftige of gevaarlijke medicijnen’ werd verboden, en flesjes moesten voortaan voorzien zijn van labels, met daarop het jaar en de maand waarin het medicijn gemaakt was. Ook moesten apothekers hun producten tegen een loyale, eerlijke en gematigde prijs verkopen.

Om te controleren of ze zich wel aan de regels hielden, werd iedere drogisterij zeker twee keer per jaar gecontroleerd door de meester van de apothekers en twee artsen, aangesteld door de Faculteit Geneeskunde.

Vrouwen als arts

De middeleeuwse gilden waren een echt mannenbolwerk, en voor vrouwen was amper ruimte. Ondanks dat er genoeg bewijs was dat vrouwen in de oudheid regelmatig de rol van dokter vervulden, konden ze in de Middeleeuwen op veel afkeer rekenen. Er werden pogingen gedaan om de medische activiteiten van vrouwen te beperken tot de verloskunde.

Maar dankzij hun traditionele rol als verzorger, hadden ze genoeg kennis opgedaan om als heler te werken. In de zeventiende eeuw ontstond er in Engeland een opkomst van geletterdheid onder vrouwen, en werd het modieus om receptenboeken te schrijven, waarin verschillende remedies voor een hele reeks aandoeningen stonden (pas later zouden recepten met voedsel geassocieerd worden).

Hannah Woolley (1622-1675) is een van de bekendste receptenschrijvers. In het boek The Gentlewoman’s Companion dringt ze er bij vrouwen op aan om zich te verdiepen in ‘Physick and Chyrurgery’ (geneeskunde en chirurgie).

Onder de Quakers die in 1682 vanuit Engeland naar Amerika vertrokken, bevonden zich ook vrouwen die bedreven waren in de geneeskunde. De kennis die zij aan hun medekolonisten doorgaven, was van levensbelang voor het dagelijkse leven in de kolonie Pennsylvania.

Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!