Het flesje was klein maar breder dan een wijnfles. De hals was smal en er zat een handvat aan. De textuur had wel iets weg van een reptielenhuid. In tegenstelling tot de andere aardewerken overblijfselen, was dit exemplaar volledig intact.

Ellen Crozier zag het flesje in 2021 liggen in het magazijn van de privéschool in het Verenigd Koninkrijk waar ze werkt als onderdirecteur. De fles werd al in 2004 opgegraven uit een zeventiende-eeuws toilet onder de school, maar belandde vervolgens in de opslag. Tot Crozier het herontdekte.

‘Iemand grapte dat het misschien een heksenfles was,’ zegt ze. Maar toen de inhoud werd onderzocht, kreeg Crozier meteen kippenvel. De fles bevatte koperen nagels, een munt, een tand en haar dat afkomstig leek van een lichtblond kind. Volgens experts stamt het relikwie uit de late zeventiende eeuw.

De heksenfles, een zeldzaam object

Heksenflessen zijn zeldzaam, zegt Ceri Houlbrook, docent folklore en geschiedenis aan de University of Hertfordshire (VK). ‘Er zijn er slechts iets meer dan 100 van gevonden.’

Deze objecten zijn anders dan de schoenen, hoefijzers of takken die gedurende de zeventiende eeuw in muren van huizen werden verstopt om gevaar buiten de deur te houden. Heksenflessen werden gebruikt wanneer werd vermoed dat boosaardige krachten al aanwezig waren.

‘Heksenflessen werden ingezet wanneer men dacht dat iemand behekst was,’ zegt Nigel Jeffries van het Museum of London Archaeology. In medische boeken uit de zeventiende eeuw staan verschillende symptomen vermeld die in verband werden gebracht met deze diagnose: van 12 uur durende epileptische aanvallen tot het inslikken en uitbraken van pinnen. Elk soort excentriek gedrag kon in feite een teken zijn van een kwaadaardige invloed.

Zeventiende-eeuwse geneeskunde

Het gebruik van heksenflessen wordt evengoed beschreven in zeventiende-eeuwse teksten. In een daarvan staat het verhaal van een vrouw uit Suffolk die werd behandeld door een genezer. Haar man kreeg de volgende opdracht: ‘Neem de urine van uw vrouw en berg het op in een fles met spijkers, pinnen en naalden, en begraaf het.’ Nadat hij dit deed, begon de vrouw zich beter te voelen.

Leestip: Waarom geloofde men vroeger in vampiers?

Volgens Houlbrook was de opvallende inhoud – gebogen pinnen, afval, botten, urine – gebaseerd op ‘sympathische magie’, een onmisbaar onderdeel van zeventiende-eeuwse geneeskunde.

De inhoud verbond de fles symbolisch aan het slachtoffer en de vervloeker, zodat ‘alles wat met de fles gebeurde, ook zou gebeuren met de boosdoener’. De flessen werden meestal begraven onder de haard, hoewel rivierbeddingen, greppels en kerkhoven ook veelgebruikte plekken waren.

Hekserij of geneeskunde?

Een van de verwarrendste aspecten van de heksenfles is misschien wel de naam. Volgens Jeffries werd de term ‘heks’ pas vanaf ongeveer 1840 aan de objecten verbonden. In de zeventiende eeuw werd betovering beschouwd als iets doodnormaals. ‘Heksenflessen worden nu heel sterk gekoppeld aan hekserij, maar dat is een misvatting,’ zegt Jeffries.

Sinds 2019 werken Houlbrook en Jeffries aan een project om de betekenis van deze flessen beter te begrijpen. Hun onderzoek laat zien dat heksenflessen meer met geneeskunde te maken hadden dan met heksenvervolgingen – om nog maar te zwijgen over de mythen die rondgingen over deze griezelige heksen.

Ook blijkt dat heksenflessen niet uitsluitend werden gebruikt door één sociale klasse. ‘Ze worden niet alleen gevonden in boerenhutjes, maar ook in stedelijke gebieden. In landhuizen en zelfs in kerken,’ zegt Houlbrook.

Heksenflessen uit de Lage Landen

Vrijwel alle gevonden heksenflessen komen uit het oosten en zuidoosten van Engeland. Toch is het gebruik vermoedelijk overgekomen van het Europese vasteland.

‘In Nederland zijn zestiende-eeuwse beschrijvingen gevonden van een gebruik waarbij urine, nagels en haar werden gekookt, maar dan in metalen pannetjes,’ zegt Jeffries. In 2022 werd in het Belgische Turnhout de eerste heksenfles buiten Engeland gevonden. De fles stamt uit de zestiende eeuw en werd waarschijnlijk gemaakt in de omgeving van Keulen.

Jeffries twijfelt er naar eigen zeggen niet aan dat er nog tientallen van deze wonderlijke objecten verstopt liggen onder de haarden van gebouwen, klaar om te worden ontdekt en onderzocht. ‘Het zou fantastisch zijn om een verzegeld exemplaar te vinden. Om het zorgvuldig uit te graven, de urine te testen en dat soort dingen. We hebben nog niet de kans gekregen dat te doen.’

Nog niet uitgelezen? Schrijf je in voor de gratis nieuwsbrief van National Geographic en ontvang de favoriete verhalen van de redactie wekelijks in je mail.