In het Museum für Naturkunde in het Duitse Maagdenburg worden de fossielen van dinosaurussen en uitgestorven zoogdieren geflankeerd door een wel heel opmerkelijke verschijning. De ‘eenhoorn van Maagdenburg’ toont het skelet van een mythisch wezen dat op twee poten liep, een lange staart had en een enorme hoorn boven op zijn schedel droeg. Wat is het verhaal achter dit fabelachtige fossiel?

De ontdekking in de Seweckenberge

In 1663 worden op de Seweckenberge, een heuvelrug in het middan van Duitsland, enkele versteende botten uit het Pleistoceen gevonden. In de eerste verslagen wordt vermeld dat ze moesten toebehoren aan een bijzondere, nog niet omschreven diersoort: een tweepotige eenhoorn.

Leestip: Het monster van Loch Ness: mythe, feiten en bedrog door de jaren heen

Die conclusie lijkt vergezocht, maar vindt in die tijd weerklank bij andere geleerden. Eén van hen is Otto von Guericke, een gerespecteerd wetenschapper die vooral bekendstaat als de uitvinder van de vacuümpomp. Ook hij beschrijft de vondst in verschillende publicaties. Omstreeks 1668 zou Von Guericke de botten zelfs hebben gereconstrueerd tot een skelet, al ontbreekt sluitend bewijs daarvoor.

De eenhoorn van Maagdenburg wordt ook wel bekend als de ‘eenhoorn van Von Guericke’. Toch betwijfelen historici of de reconstructie van de tweepotige eenhoorn kan worden toegeschreven aan Von Guericke – ook astronoom Johannes Meyer maakte schetsen van het dier. Wie van de twee als eerste kwam met zijn interpretatie van de eenhoorn is niet te achterhalen.

Een samengesteld dier

Pas veel later blijkt dat de botten toebehoren aan verschillende diersoorten en dat de resten ten onrechte in één reconstructie zijn verwerkt. Uit welke soorten deze in elkaar gepuzzelde eenhoorn werkelijk bestond, is onduidelijk. Doordat de originele fossielen verloren zijn gegaan, kunnen experts alleen vermoedens op tafel leggen.

Leestip: Waarvoor dient de slagtand van de narwal? Veel meer dan we dachten, blijkt uit nieuw onderzoek

Volgens Thijs van Kolfschoten, hoogleraar paleontologie aan de Universiteit Leiden, is de ‘hoorn’ waarschijnlijk een slagtand van een narwal. De schedel lijkt toe te behoren aan een wolharige neushoorn, en de schouderbladen en voorpoten waren waarschijnlijk van een mammoet. Van de overige botten blijft de herkomst onzeker.

Het eenhoornmysterie

De gipsen reconstructie die tegenwoordig in Maagdenburg te zien is, levert geregeld verbaasde gezichten op. Onze kennis van uitgestorven diersoorten is veel groter dan 350 jaar geleden, maar toch blijven experts vraagtekens zetten bij hoe het skelet destijds werd samengesteld.

Leestip: Mythe of grondduif, de bijzondere familiegeschiedenis van de dodo

De beperkte literatuur over de vondst en het ontbreken van de originele botten, verslagen en schetsen wekken alleen maar meer vragen op. Waarschijnlijk zullen we nooit precies weten hoe men tot deze bijzondere reconstructie kwam, en uit welke dieren deze ‘eenhoorn’ daadwerkelijk bestond.

Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!