Dit artikel is opgesteld in samenwerking met de National Geographic Society.
Mantelschelpen die voor de kust van Engeland worden gevangen, kunnen miljarden plastic deeltjes opnemen die zich door het lichaam naar de nier, kieuwen, spieren en andere organen verspreiden.
Dat gebeurt in slechts zes uur tijd.
Dit zijn de laatste bevindingen van een groeiende verzameling studies die bevestigen dat microplastics en nog kleinere deeltjes, zogeheten nanoplastics, door een toenemend aantal dieren worden gegeten. Het onderzoek heeft vragen opgeworpen over de mogelijke effecten op de voedselketen en de gezondheid van de mens, die vooralsnog onbeantwoord blijven.
Wat nieuw en anders is aan dit project, is dat niet alleen de consumptie werd gedocumenteerd, maar dat de onderzoekers probeerden te begrijpen wat de gevolgen zijn voor dieren die nu ook regelmatig plastic op het menu hebben staan. Ze waren verrast door de hoge snelheid waarmee plastic deeltjes zich door de meeste grote organen van het lichaam verspreidden.
Het onderzoeksteam stond onder leiding van de University of Plymouth in het zuidoosten van Engeland en bestond onder meer uit wetenschappers uit Schotland en Canada. De resultaten werden gepubliceerd in het vakblad Environmental Science & Technology.
Richard Thompson, hoofd van het internationale marien onderzoekscentrum van de University of Plymouth, noemde de studie ‘baanbrekend’, zowel wat betreft de methode die werd gebruikt om de deeltjes te volgen als wat betreft de bevindingen.
In een verklaring zei hij: “Om de mogelijke effecten op organismen te begrijpen, is het essentieel dat we de dynamiek van opname en afgifte van deeltjes alsmede de verspreiding ervan in lichaamsweefsels begrijpen.”
Volgens de studie bevat het oppervlaktewater van de oceanen naar schatting 51 biljoen microplastics.
Maya Al Sid Cheikh, een onderzoeker aan de University of Plymouth die leidinggaf aan de studie, vertelt dat het team een ‘nieuwe benadering’ gebruikte om de deeltjes te kunnen volgen nadat ze door de schelpdieren waren opgegeten. In het laboratorium werden nanoplastics met een label gemaakt. De schelpdieren werden ondergedompeld in tanks die de kustregio’s waar de schaaldieren leven nabootsten en concentraties bevatten die vergelijkbaar zijn met die in de oceanen.
Nadat de schaaldieren naar schoon water waren overgebracht, duurde het veertien dagen voordat de kleinere nanodeeltjes uit hun lichamen waren verdwenen. Sommige grotere deeltjes waren nog steeds aanwezig na 48 dagen. Het is nog steeds niet bekend wat de gevolgen zijn van langere blootstelling aan plastic en of er een risico is voor mensen die schelpdieren eten.
Lees meer op natgeo.nl/stopmetplastic
Dit artikel verscheen oorspronkelijk in het Engels op NationalGeographic.com