De natuur in Nederland en België heeft het zwaar. Een belangrijk puzzelstukje naar beterschap is het in stand houden van de biodiversiteit. Hoe dat zit en wat kun je zelf doen? We leggen het je uit in dit artikel.

Wat is biodiversiteit?

Kort gezegd is biodiversiteit de verscheidenheid aan plant- en diersoorten en de samenhang tussen die soorten. En die soortenverscheidenheid staat onder druk, met alle gevolgen van dien. Zo is het aantal wilde dieren in Nederland gehalveerd sinds 1990. Dat klinkt onschuldig, maar een rijke biodiversiteit is ontzettend belangrijk om het ecosysteem in balans te houden. Toch is er ook goed nieuws: de natuur is flexibel en met een aantal praktische maatregelen kunnen we voorkomen dat de biodiversiteit verder terugloopt. Hoe? Wij hebben een aantal tips voor je op een rijtje gezet.

1. Plant inheemse bloemen en planten

Bloemen en planten filteren de lucht en trekken insecten aan, die op hun beurt onmisbaar zijn voor de bestuiving van gewassen. Kort gezegd: zonder insecten geen voedsel. Veel Nederlandse insectensoorten zijn afhankelijk van inheemse planten (planten die van oudsher in Nederland en België voorkomen). Wil je de planten- en bloemencollectie in je tuin of op je balkon uitbreiden? Kies dan bij voorkeur voor inheemse soorten, zoals boerenwormkruid, duizendblad of watermunt (of vraag in het tuincentrum naar inheemse soorten). Je tuin groener maken is overigens niet alleen goed voor de biodiversiteit, maar ook voor je gezondheid. Dat komt door een microbe in de aarde.

2. Hang een nestkastje en insectenhotel op

Voor vogels en vleermuizen is het steeds lastiger om een geschikte plek te vinden voor een nestje. Een nestkastje kan daarbij helpen, en hang je eenvoudig op in je tuin of op het balkon. Ook insecten hebben steeds minder plek om hun eitjes te leggen. Een goed gebouwd insectenhotel biedt een veilige plaats voor de eitjes van bijen en andere insecten.

3. Maak een composthoop

Met een composthoop hoef je niet meer zo vaak de groencontainer te legen én creëer je een walhalla voor een hoop organismen. Win-win dus. Je bent van je tuinafval en gft af, om vervolgens de compost te gebruiken als natuurlijke bemesting voor de tuin. Een composthoop is ook een thuis voor bijvoorbeeld egels en hommels.

4. Gebruik geen synthetische onkruidverdelger

Sommige onkruidverdelgers hebben een vervelende bijwerking waarvan niet iedereen zich bewust is. Vooral als het product niet volgens de handleiding wordt gebruikt, doodt het meer dan alleen het onkruid: het is ook funest voor sommige andere plant- en diersoorten. Verwijder onkruid daarom liever met de hand of gebruik een borstel. Als dat niet werkt, ga dan voor een biologische bestrijder.

5. Vervang tegels voor bloemperken

In een tuin met alleen tegels en een (kunst)grasmat is de biodiversiteit doorgaans laag. Plant daarom meer bloemperken: insecten eten ervan, vogels schuilen erin en het ziet er ook nog eens prachtig uit.

6. Voorkom lichtvervuiling

’s Nachts je tuin verlichten is (op een paar zomeravonden na) onnodig, kost energie én verstoort het ritme van dieren als vleermuizen en nachtvlinders. Ook dieren die ’s nachts slapen hebben last van het licht. Laat lampjes dus achterwege als je ’s avonds niet in de tuin bent, of kies voor een lamp met bewegingssensor.