Ze gaan gekleed in kleurrijke rokken en zijn bewapend met hellebaarden en zwaarden: de pauselijke Zwitserse garde is de officiële bewakingseenheid van Vaticaanstad en de paus. De garde fungeert sinds 1506 als lijfwacht van de paus en zijn residentie, en is met 130 leden het kleinste leger ter wereld. Hoe ziet hun takenpakket eruit?

Wat doet de Zwitserse garde?

De Zwitserse garde is verantwoordelijk voor de persoonlijke bescherming van de paus, zijn residentie en objecten in het Vaticaan. Het korps is aanwezig bij officiële bezoeken, en begeleidt de paus op zijn reizen buiten het Vaticaan. Je kunt ze dan ook in en rondom het Vaticaan vinden – met een beetje geluk in hun kleurrijke wapenuitrusting.

De Zwitserse garde bestaat – zoals de naam doet vermoeden – uitsluitend uit mannen met de Zwitserse nationaliteit. Maar niet iedere Zwitser komt voor deze bijzondere functie in aanmerking: geïnteresseerden moeten praktiserend rooms-katholiek zijn, tussen de 19 en 30 jaar oud zijn en minstens 1,74 meter lang zijn. Tot slot moet een sollicitant fysiek in goede conditie verkeren.

De opleiding van de Zwitserse garde

Aspirant-gardisten worden naar Rome gevlogen, waar ze eerst een medische keuring ondergaan. Hierna volgen vier weken aan militaire training in Zwitserland, gegeven door de Zwitserse politie en defensie. De gardisten leren onder andere over rechten, EHBO, zelfverdediging, brandbestrijding en wapengebruik.

Hierna volgt een training in het Vaticaan, waar de studenten les krijgen in Italiaans, theologie, marcheren en het gebruik van zwaard en hellebaard, de klassieke wapens van de Zwitserse garde. De opleiding wordt afgesloten met theoretische en praktische examens.

Het uniform van de garde

Eenmaal afgestudeerd mag de gardist de bekende uniformen van de garde dragen. Bij dagelijkse werkzaamheden gaat men gekleed in een donkerblauw uniform met witte accenten. De Zwitserse garde staat echter vooral bekend om het klassieke rood-geel-blauw verticaal gestreepte kostuum, dat alleen bij ceremonies wordt gedragen. De gardisten dragen dan ook een zwaard, hellebaard en een automatisch vuurwapen.

Wil je niets missen van onze verhalen? Volg National Geographic op Google Discover en zie onze verhalen vaker terug in je Google-feed!

Bij speciale diensten wisselt de garde de baret in voor een stalen helm met rode veren. Bij de jaarlijkse beëdiging van nieuwe rekruten op 6 mei draagt de garde ook een stalen borstharnas over de jas, als referentie naar de plundering van Rome in 1527.

Waarom gardisten uit Zwitserland?

In de veertiende en vijftiende eeuw stonden Zwitserse huurlingen bekend om hun formidabele slagkracht, waardoor verschillende Europese hoven Zwitsers in dienst namen. Zodoende benaderde paus Julius II in 1505 Zwitserse hellebaardiers om in pauselijke dienst te treden. Een jaar later werd de Zwitserse garde officieel opgericht.

Leestip: Zo ontstond de maffia in Italië

Dat was geen overbodige luxe, bleek een aantal jaar later. Op 6 mei 1527 plunderden de muitende Duitse en Spaanse troepen van Karel V de stad Rome, waarbij ze moordden, roofden en verkrachtten.

De 189 leden van de Zwitserse garde maakten geen kans tegen de 25.000 plunderaars. Het grootste deel van de gardisten kwam hierbij om het leven, en de resterende 42 gardisten brachten de paus via ondergrondse gangen in veiligheid naar de Engelenburcht.

De militaire eenheden van paus

In de afgelopen eeuwen was de Zwitserse garde niet de enige militaire eenheid die de paus en zijn kerkelijke staat diende. Vanaf 1801 werd de paus beschermd door de Nobelwacht, een garde bestaande uit negentig adellijke Italianen. De Palatijnse garde was op haar beurt verantwoordelijk voor de bewaking van de grenzen van de Kerkelijke Staat, en leverde in 1940 slag tegen SS-troepen die Castel Gandolfo, het zomerverblijf van de paus, wilden innemen.

Leestip: Hoe de enige Nederlandse paus het Vaticaan wilde hervormen – en faalde

Tijdens de rumoerige Risorgimento, de Italiaanse eenwording in de negentiende eeuw, werd de paus bijgestaan door de pauselijke zoeaven: katholieke vrijwilligers – onder wie ruim drieduizend Nederlanders en Belgen – die de Kerkelijke Staat tegen de Italiaanse nationalisten van Garibaldi verdedigden. Op 20 september 1870 werd Rome ondanks het verzet van de zoeaven ingenomen, waarna het leger werd ontbonden.

Paus Paulus VI ontbond in 1970 de Nobelwacht en de Palatijnse garde, waardoor de Zwitserse garde als enige pauselijke wacht overbleef. Overigens hoeft de Zwitserse garde de paus tegenwoordig niet in zijn eentje te beschermen. Ze wordt bijgestaan door de Vaticaanse gendarmerie en undercover-beambten.

Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!