De inzet van conventionele, strategische of tactische wapens: het zijn concrete nucleaire kwesties die zorgen baren. ‘Er is sprake van een soort terugkeer van de nucleaire dimensie op internationaal niveau en met name in de nucleaire retoriek na de verklaring van 27 februari , toen President Poetin zei dat hij het niveau van paraatheid verhoogde om de Russische afschrikkingsma cht te vergroten’, stelt onderzoeker Héloïse Fayet van het Franse Centre des études de sécurité de l’Institut Français des Relations Internationales (IFRI).
Ze wijst er echter ook op dat er in de wereld, en vooral bij de grote mogendheden die over kernwapens beschikken, sprake is van ‘permanente afschrikking’.
Als voorbeeld noemt ze dat Frankrijk altijd een of meer kernwapens op zee heeft, klaar om te worden gebruikt. ‘Dit betekent dat als president Macron morgen besluit dat het Franse grondgebied wordt aangevallen en dat er een kernkop richting Moskou moet worden afgeschoten, hij in staat is om dat te doen. Daarvoor hoeft hij zelfs het niveau van paraatheid van de Franse strijdkrachten niet te verhogen.’
De deskundige wil daarmee maar zeggen dat de stap van president Poetin om de nucleaire druk op te voeren niets anders is dan een ‘strategisch signaal aan de internationale gemeenschap, aan diplomaten, om hen eraan te herinneren dat Rusland een nucleaire mogendheid is die desgewenst het paraatheidsniveau van de strijdkrachten kan verhogen.’
Hans Kristensen, die aan het hoofd staat van het Nuclear Information Project van de Federation of American Scientists (FAS), is het met Fayet eens dat het gaat om een waarschuwingssignaal: ‘Het dient eerder als een waarschuwing aan NAVO-leden om zich buiten het conflict te houden. Als de andere mogendheden zich ermee gaan bemoeien, zou het kunnen escaleren. Het zou op een veel grotere oorlog kunnen uitlopen, waarbij uiteindelijk atoombommen worden ingezet.’
Fayet noemt het een ‘strategische stap, retorische afschrikking,’ hoewel president Vladimir Poetin de internationale gemeenschap wel verraste door zo snel het nucleaire schrikbeeld op te roepen.
Landen die conform het Non-proliferatieverdrag van de Verenigde Naties in het bezit zijn van kernwapens (de Verenigde Staten, Rusland, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, de Volksrepubliek China) en landen die hebben toegegeven dat ze over kernwapens beschikken (India, Pakistan, Noord-Korea) zetten nucleaire dreiging in als afschrikmiddel wanneer ze zich bedreigd voelen door een ander land. ‘Hiermee overtuig je je tegenstander of schrik je hem af. Je laat weten dat als hij een kernwapen tegen jou gebruikt, jij tijd genoeg hebt om terug te slaan en evenveel of meer schade toe te brengen dan hij met zijn wapen zou aanrichten. Zo werkt de ‘balans’ van afschrikking, aangezien een aantal landen kernwapens heeft,’ aldus Kristensen.
De Europese en mondiale zorgen zijn terecht, vooral gezien de omvang van het Russische wapenarsenaal. Volgens deskundigen beschikt Rusland over een van de indrukwekkendste nucleaire voorraden ter wereld. Het door Vladimir Poetin geleide land bezit alle componenten van de ‘nucleaire triade’: er kan worden aangevallen vanaf zee, vanuit de lucht en vanaf land. De NAVO neemt deze afschrikkingsmacht zeer serieus.
‘In dit geval hebben we het over strategische kernwapens, alles wat een lange afstand kan overbruggen; alles wat gebruikt wordt in het kader van nucleaire afschrikking en ingezet zou kunnen worden tegen Europa en de Verenigde Staten, met een bereik van meer dan 1500 kilometer,’ legt Fayet uit.
TACTISCHE, ZOGENAAMDE ‘NIET-STRATEGISCHE’ WAPENS
‘Voor alle duidelijkheid: de Russische nucleaire doctrine is in juni 2020 aangepast. Formeel gezien is het gebruik van kernwapens voor offensieve doeleinden uitgesloten. Kernwapens zijn alleen bedoeld om af te schrikken, om defensief te worden ingezet. Ze worden slechts in vier specifieke gevallen gebruikt,’ aldus Fayet.
In een officieel document dat ook online is gezet heeft Rusland toegezegd zich te houden aan ‘de fundamentele beginselen van het beleid van de Russische Federatie inzake nucleaire afschrikking’. In deze door Vladimir Poetin ondertekende verklaring worden in artikelen 17 en 19 de vier specifieke gevallen beschreven waarin het land zich het recht voorbehoudt kernwapens te gebruiken.
Het eerste geval is wanneer sprake is van een aanval met een ballistische raket, het tweede is bij een nucleaire aanval of de inzet van massavernietigingswapens. Ten derde wordt een aanval op Russische kerncentrales genoemd. Het vierde en laatste punt, dat sommige deskundigen met het oog op de huidige situatie zorgen baart, is het geval van een ‘conventionele’ aanval ‘die het bestaan van de staat Rusland’ in gevaar zou brengen.
Adaja Stoetman is onderzoeker Europese Defensie bij Instituut Clingendael. Door alleen wapens te leveren, houden de landen zich officieel afzijdig van de oorlog. ‘De Europese landen vechten niet actief mee. We ondersteunen het Oekraïense leger en dragen zelf niet bij door het sturen van troepen’, benadrukt Stoetman. Toch kleven er wel degelijk risico's aan deze tactiek. ‘Simpelweg omdat Rusland dit kan interpreteren alsof het Westen al betrokken is bij de oorlog’, legt Stoetman uit. ‘Rusland kan hierdoor van mening zijn dat het Westen de kant van Oekraïne heeft gekozen. Dit kan ertoe leiden dat het Westen toch onbedoeld en ongewenst meegezogen wordt in het conflict.’
Rusland bezit ook een uitgebreid arsenaal aan zogenaamde ‘niet-strategische’, wapens met een beperkt bereik voor militaire defensieve doeleinden. Vliegtuigen, kanonnen, raketten of houwitsers kunnen worden gebruikt als transportmiddel voor deze ‘tactische’ wapens.
‘Ze worden van oudsher tactische kernwapens genoemd, hoewel tactische dominantie veel minder gangbaar is. Het begrip ‘niet-strategisch’ heeft de voorkeur. De term tactisch duidt erop dat ze eenvoudig zijn in te zetten, terwijl het wel degelijk kernwapens blijven met de bijbehorende vernietigingskracht, vervuiling en risico’s op het doorbreken van het nucleaire taboe,’ stelt Fayet.
Kristensen wijst erop dat ‘de meeste, zo niet alle lanceerinrichtingen, transporthelikopters, schepen, raketwerpers, al deze lanceerinrichtingen kunnen worden ontmanteld. Ze kunnen zowel conventionele als nucleaire wapens lanceren, ze kunnen het allebei.’
De Russen hebben bijna 6.400 kernkoppen, ‘dat is een algemene term voor een atoomkop die je op een raket plaatst,’ legt Fayet uit. Van deze wapens worden er 1.500 bewerkt zodat ze niet meer ingezet kunnen worden, ‘die worden buiten gebruik gesteld’. Slechts 1500 van de resterende wapens zijn strategische wapens die intercontinentale gebieden kunnen bereiken. ‘Dit aantal is beperkt tot 1500 vanwege het meest recente verdrag dat nog steeds geldt, het New START-verdrag, waarin het aantal strategische kernkoppen wordt beperkt.’
Kristensen somt op welke soort kernwapens Rusland in zijn bezit heeft: ‘De marine beschikt over nucleaire mijnen, waarmee schepen of onderzeeërs aangevallen kunnen worden. Ze hebben ook bommen voor vliegtuigen. Scheepsbemanningen kunnen zich bovendien bewapenen met kernwapens om andere schepen aan te vallen. De luchtmacht bezit gravitatiebommen die kunnen worden afgeworpen door gevechtsvliegtuigen of bommenwerpers voor de middellange afstand. Het leger beschikt over ballistische raketten voor de korte afstand die gelanceerd kunnen worden.’
Over deze wapens moeten we ons zorgen maken, maar het afschrikkingseffect van kernwapens is voor Hans Kristensen nog verontrustender. ‘Omdat dit waarschijnlijk als eerste wordt ingezet als Rusland zou besluiten over te gaan op het gebruik van kernwapens. Maar dat is in mijn ogen onwaarschijnlijk. Ik ben niet zo bang dat er daadwerkelijk kernwapens worden gebruikt. Ze dienen om het Westen te bedreigen, om te zeggen: ‘Bemoei je er niet mee’. Het is echt gevaarlijk om nucleaire afschrikking te gebruiken. Als je echt een goede reden hebt om die tactiek in te zetten, moet je er zeker van zijn dat de vijand begrijpt dat de dreiging reëel is. Maar als je nucleaire afschrikking gebruikt terwijl de dreiging niet reëel is, hoe kun je er dan zeker van zijn dat je vijand die juist interpreteert?
Fayet merkt ter geruststelling op dat de aankondiging van president Poetin dat het niveau van paraatheid en de afschrikkingsmacht werden verhoogd ‘slechts heeft geleid tot meer personeel op de plekken waar de Russische afschrikkingscomponenten worden beheerd; er zijn tot nu toe geen nieuwe onderzeeërs of raketten in het veld opgesteld.’
Kristensen wijst tot slot op ‘goed nieuws’ ondanks de dreiging: ‘Tot dusver zijn er geen aanwijzingen of tekenen dat het Russische leger de wijze van inzetten van kernwapens heeft veranderd.’
Dit artikel werd oorspronkelijk in het Frans gepubliceerd op nationalgeographic.fr