Aan de onderkant van de aarde, in een gebied met onstuimige weersomstandigheden, leven mysterieuze zwaardwalvissen die er heel anders uitzien dan andere orka's.
Onderzoekers hebben deze dieren onlangs voor het eerst in het wild aangetroffen en bestudeerd. De orka's zijn “hoogstwaarschijnlijk” een nieuwe soort, aldus Robert Pitman, een onderzoeker bij de National Oceanic and Atmospheric Administration, het Amerikaanse overheidsagentschap dat zich bezighoudt met meteorologie en oceanografie.
De wetenschappers deden de waarneming afgelopen januari op zo'n honderd kilometer uit de kust van Kaap Hoorn in Chili, het uiterste puntje van Zuid-Amerika. In dit gebied heersen “de beroerdste weersomstandigheden ter wereld", stelt Pitman.
Dit soort orka's, type D genoemd, waren eerder alleen bekend van amateurfoto's, beschrijvingen van vissers en één incident waarbij een hele groep van deze dieren bleek aangespoeld. Deskundigen hadden ze echter nog nooit in hun natuurlijke omgeving aangetroffen. In vergelijking met andere orka's hebben de zwaardwalvissen van dit type een rondere kop, en een puntige en smallere rugvin. Ook is de vlek bij hun oog heel klein. Ze zijn ook ongeveer een meter kleiner dan hun soortgenoten, aldus Pitman. (Bekijk een exclusieve onderwatervideo van type-D-orka's.)
Het team ging met het schip Australis naar een gebied waar vissers de dieren niet lang daarvoor hadden gezien. Daar gingen de onderzoekers een week lang voor anker. Uiteindelijk zwom er een groep van zo'n 25 zwaardwalvissen naar het schip.
De onderzoekers filmden de roofdieren boven en onder water, en namen bij één exemplaar een beetje huid en blubber weg met behulp van een vaak gebruikte, onschadelijke onderzoeksmethode. Het DNA van de orka wordt binnenkort bestudeerd, en dan kan definitief worden bepaald of het inderdaad om een nieuwe soort orka gaat. (Het onderzoeksteam is momenteel in afwachting van een vergunning om het verkregen materiaal uit Chili uit te voeren.)
De orka's zwommen enkele uren rond de boot. Ze leken nieuwsgierig te zijn naar het vaartuig en zijn bemanning. Hoewel ze de hydrofoon die de onderzoekers in het water lieten zakken aandachtig inspecteerden, maakten ze geen geluiden.
Fotobewijs
Er werd voor het eerst melding gemaakt van orka's van het type D toen in 1955 een groep van meer dan tien dieren in Nieuw-Zeeland aanspoelde. Een halve eeuw later, in 2005, zag Pitman foto's die waren verzameld door Paul Tixier, een Franse wetenschapper die onderzoek doet in een gebied voor de kust van de Crozeteilanden, een afgelegen eilandengroep in het zuidelijke deel van de Indische Oceaan.
Op de foto's was duidelijk te zien dat deze dieren van hetzelfde type waren als de zwaardwalvissen die in 1955 waren aangespoeld. “Mijn mond viel open toen ik de foto's zag,” vertelt Pitman. “Daar waren ze dan, vijftig jaar later.”
Deze orka's staan erom bekend dat ze er regelmatig vandoor gaan met de Antarctische diepzeeheken die vissers in de buurt van de Crozeteilanden en Chili aan de haak weten te slaan. De diefstal loopt soms op tot een derde van de vangst, aldus Pitman.
Aan de hand van foto's en beschrijvingen publiceerden de twee onderzoekers samen met anderen het eerste artikel over zwaardwalvissen van het type D in 2010 in het tijdschrift Polar Biology. Maar Pitman wilde de dieren ook per se in het wild zien.
“Doordat Pitman voor het eerst een biopt heeft afgenomen bij dit type zwaardwalvis, gaat deze expeditie [hoogstwaarschijnlijk] bijdragen aan onze kennis over het DNA, de evolutie, de voedselvoorkeuren en de niche-differentiatie bij type-D-orka's en bij orka's als gehele soort,” stelt Tixier in een e-mail. Hij werkt inmiddels als onderzoeker bij de Deakin University in het Australische Melbourne.
Er bestaan andere ‘typen’ orka's, die soms mogelijk een andere soort zijn. In de buurt van Antarctica zijn al vier variëteiten onderscheiden. Zwaardwalvissen van het type A zien eruit als gewone orka's (die overal ter wereld voorkomen), maar voeden zich voornamelijk met dwergvinvissen, type B is kleiner en eet vooral zeehonden, type C heeft een voorkeur voor vissen.
Maar het uiterlijk van zwaardwalvissen van het type D is nog ongebruikelijker. “Deze ziet er verreweg het afwijkendst uit,” stelt Pitman.
Een of vele?
De zwaardwalvis wordt officieel nog steeds als één soort beschouwd, de Orcinus orca, maar sommige van de verschillende typen zijn dermate afwijkend dat ze een eigenwetenschappelijke naam zouden moeten hebben, stelt John Ford, die als onderzoeker werkzaam is bij de Canadese overheidsorganisatie Fisheries and Oceans en bij de University of British Columbia.
Daarvoor is echter een officiële wetenschappelijke procedure nodig, waar onder meer uitgebreide metingen en DNA-analyse onderdeel van uitmaken.
“Er zijn allerlei goede argumenten om ook andere zwaardwalvissen als een aparte soort aan te merken, maar het is moeilijk te bepalen waar je de grens moet trekken,” stelt Ford.
In de ogen van Pitman zou ‘subantarctische zwaardwalvis’ een goede overkoepelende naam zijn voor deze orka's. Dat zou een correcte weergave zijn van hun leefgebied, in de oceaan voor de kust van Antarctica, maar niet in de koudste wateren.
In het gebied waarin ze worden aangetroffen, tussen veertig en zestig graden zuiderbreedte, komen de meest onstuimige weersomstandigheden op aarde voor. Vanwege de harde wind en regelmatige onweersbuien wordt dit gebied ook wel aangeduid als de Roaring Forties of de Furious Fifties.
Hun leefgebied, in combinatie met het feit dat ze op open zee leven, vormt de verklaring waarom deze zwaardwalvissen zo onbekend zijn.
“Als je een groot dier zou willen verstoppen voor onderzoekers, dan is dat de perfecte plek,” aldus Pitman.
Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op NationalGeographic.com