Hoewel vaak wordt gedacht dat middeleeuwse burgers weinig aan hun tanden deden, was een schoon en gezond gebit juist erg belangrijk voor ze. Ze poetsten hun tanden, zorgden voor een frisse adem en bezochten de tandarts bij kiespijn.
Maar hoe zorgde men voor hun tanden zonder moderne hulpmiddelen? En wat deden ze als er toch een kies getrokken moest worden?
Tandheelkunde in de Late Middeleeuwen
‘Een gezond gebit maakte zeker deel uit van het dagelijks leven in de Middeleeuwen,’ zegt dr. Lola Digard. Ze is onderzoeker aan de Universiteit Utrecht en gespecialiseerd in geneeskunde in de Late Middeleeuwen. ‘In grote mate zelfs, al verschilden hun ideeën over gezondheid wel van die van ons.’
In de Late Middeleeuwen werd de gezondheid van het gebit, net als die van de rest van het lichaam, verbonden aan de humorenleer: het evenwicht tussen bloed, gele gal, zwarte gal en slijm. Als die vier lichaamssappen in balans waren, was je gezond. Raakte dat evenwicht verstoord? Dan kon dat allerlei klachten veroorzaken, ook in de mond.
Leestip: Vier hardnekkige fabels over de Middeleeuwen ontkracht
‘Een ontstoken kies werd dan ook niet gezien als een op zichzelf staand probleem, maar als een signaal dat er iets mis was in het hele lichaam,’ legt Digard uit. ‘Soms was een operatie nodig, maar de middeleeuwse benadering draaide zeker niet alleen om genezen. Ook preventie speelde een belangrijke rol.’
Frisse adem en schone tanden
Een van de belangrijkste manieren om het gebit gezond te houden in de Late Middeleeuwen is iets wat we vandaag de dag nog steeds doen: tandenpoetsen. ‘Er zijn teksten uit de twaalfde eeuw die laten zien dat mensen hiermee bezig waren. In plaats van tandpasta gebruikte men bijvoorbeeld een mengsel van wijn, munt en andere planten. Maar het idee was hetzelfde.’
Daarnaast hechtte men veel waarde aan een frisse adem en bestond er een afkeer van gele of zwarte tanden. Door goed op het dieet te letten, kon je dit voorkomen. ‘Een dieet dat rijk is aan suikers bestond toen nog niet, maar men geloofde bijvoorbeeld dat knoflook slecht was voor je gebit.’
Tandwormen
Al verzorgden mensen hun tanden nog zo goed, toch konden ze last krijgen van kiespijn of ontstoken tandvlees. Over de oorzaak van die pijn bestonden verschillende ideeën, waarbij de theorie van de ‘tandwormen’ één van de bekendste was.
‘Men geloofde dat het kloppende, zeurende gevoel kwam door kleine wormpjes die zich ín je tanden of tandvlees hadden genesteld,’ vertelt Digard. ‘Dat idee duikt regelmatig op in medische teksten, maar we weten ook dat dit idee wijdverspreid was onder het volk. Het was een populair geloof in die tijd.’
Leestip: Hoe zag het leven in een middeleeuwse stad eruit?
Om de wormen te verjagen, waren er allerlei middeltjes. Je kon bijvoorbeeld rook inademen in de hoop dat de beestjes zouden verdwijnen. Maar als dat niet werkte, restte er maar één ding: de tand moest eruit. ‘En dat kon een bijzonder pijnlijke en gewelddadige ingreep zijn,’ aldus Digard.
De middeleeuwse ‘tandarts’
In de Late Middeleeuwen was de tandarts nog geen aparte specialist – tandheelkunde viel simpelweg onder het vakgebied van de chirurgijn. Voor het trekken van een tand was hij degene waar je terechtkon.
Vanaf de 14de eeuw werd daar een zogenoemde ‘pelikaan’ voor gebruikt – een metalen instrument dat qua vorm deed denken aan de snavel van een pelikaan. Een haak werd over de tand geplaatst, waarna het geheel met een hefboombeweging tegen het tandvlees werd losgewrikt.
‘Het was zonder twijfel een onverdraaglijk pijnlijke ingreep,’ vertelt Digard. ‘Soms gebruikte men verdovingsmiddelen, zoals melksap van de opiumpapaver, maar meestal werd de tand gewoon zonder verdoving getrokken.’
De behandeling was zó heftig dat steden er specifieke regels voor opstelden. In Gent werden zulke operaties bijvoorbeeld bij voorkeur aan de achterkant van de praktijk gedaan. ‘Zo werden voorbijgangers niet opgeschrikt door het gekerm van de patiënt.’
Losse tanden en protheses
Ook voor losse tanden bestond er een oplossing. ‘Guy de Chauliac, een bekende chirurgijn uit Frankrijk, beschrijft hoe men met gouden draadjes een losse tand op zijn plek hield door deze aan de omliggende tanden vast te binden.’
Leestip: Wat aten mensen in de Middeleeuwen? ‘Er was een grote fastfoodcultuur’
Raakte een tand helemaal verloren? Dan waren er zelfs protheses mogelijk. Digard: ‘Soms werden menselijke botten in de vorm van een tand geschaafd, of maakte men gebruik van een tand van een ander persoon. Dit was vooral weggelegd voor de rijkere klasse.’ Ook deze ‘protheses’ werden met gouden draadjes stevig op hun plek gehouden.
Middeleeuws leedvermaak
Digard onderstreept dat veel van de kennis die we nu hebben over tandheelkunde in de Middeleeuwen, afkomstig is uit medische teksten van toen. ‘Maar wat de gewone burger er over dacht? Dat is lastiger te bepalen.’
Leestip: Vikingen hadden gaatjes én tandartsbehandelingen
Uit sommige bronnen kunnen we echter wel een beeld krijgen van de middeleeuwse beleving – bijvoorbeeld uit theatervoorstellingen. ‘Er bestaan bijvoorbeeld stukken waarin de pijn van tandartsbehandelingen juist werd gebruikt als amusement. Zo kennen we een stuk waarin een vrouw wraak neemt op haar overspelige man door zonder reden zijn kies te laten trekken. Ook toen kenden mensen al leedvermaak.’
Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!