Wie terug kon reizen naar de latere Middeleeuwen zou ’s winters van het ene in het andere feest verzeild raken. Want hoewel er hard en veel werd gewerkt, maakten de middeleeuwers ook veel tijd vrij voor ontspanning. ‘Ze waren een derde van het jaar bezig met feesten,’ vertelt Rozanne Versendaal van de Universiteit Utrecht, die promoveerde op de middeleeuwse feestcultuur in de Lage Landen en Noord-Frankrijk. Wat gebeurde er tijdens die feesten en waarom waren ze zo belangrijk voor de samenleving?
Het Narrenfeest, waar arm en rijk van rol wisselden
Het Narrenfeest, officieel fête des fous, was een van de vele feestdagen in de Middeleeuwen en vond plaats in de winter. De koude maanden waren bij uitstek geschikt voor vieringen: de oogst was op dat moment al binnen en er hoefde ook nog niet gezaaid te worden. ‘De wereld stond even stil en er ontstond een parallelle wereld met allerlei feesten,’ vertelt Versendaal.
Leestip: Reizen in de Middeleeuwen: ‘Er was veel nieuwsgierigheid naar de buitenwereld’
Veel daarvan, zo ook het Narrenfeest, waren zogeheten omkeringsfeesten. Tijdens de festiviteiten ruilden zowel geestelijken als stedelingen van positie. Een bescheiden priester kon voor een paar dagen worden verkozen tot paus, terwijl rijkelui zich in vuile vodden over straat begaven. Sommigen torsten zelfs een kussen mee onder hun shirt om te doen alsof ze een bochel hadden. Zie ook de man in het paarsachtige gewaad in het midden van onderstaand schilderij.
Over hoe de armen zich voordeden als rijkelui is minder bekend. ‘Armen zijn bijna niet terug te vinden in de archieven. Ze hebben eigenlijk geen stem,’ legt Versendaal uit. Maar ze heeft wel zo haar vermoedens. ‘Ik vermoed dat de bedelaar die het hele jaar door op een vaste plek zat werd benaderd om de rol van rijkaard te spelen.’ Die kreeg dan een mooie mantel aangemeten.
Eten, toneel en spektakel in de straten
Op de pleinen en in de straten rook het naar vlees, dat in grote hoeveelheden op lange tafels stond waaraan arm en rijk samen hun maaltijd nuttigden. ‘Het eten werd bekostigd door financiers, dus het kostte niemand geld om aan de maaltijd deel te nemen,’ vertelt Versendaal.
Tussen de maaltijden door speelde men spelletjes of werd er gekeken naar toneelstukken. ‘In de stad waren verschillende podia en je moest van de een naar de ander. De decors waren ook vrij spectaculair, met bewegende delen en vuureffecten,’ weet Versendaal. Steden gingen in de Middeleeuwen zelfs met elkaar in competitie over wie het mooiste toneelstuk had.
Feestvreugde met een rauw randje
De podiums bevonden zich in de kerk, maar ook op straat. Dat bood dieven de uitgelezen kans om hun slag te slaan. Versendaal: ‘Die sneden de tassen gewoon door van mensen en gingen ermee vandoor. Ik heb zelfs een tekst gevonden waarin er in het toneelstuk zelf wordt gewaarschuwd voor zakkenrollers.’
De inhoud van de voorstellingen was soms komisch van aard, maar toneel werd ook gebruikt om serieuze en morele boodschappen over te brengen. Geestelijken voerden bijvoorbeeld Bijbelverhalen op, zoals de kindermoord in Betlehem na de geboorte van Jezus. ‘Lang niet iedereen kon lezen, maar op deze manier konden ze toch over de verhalen leren.’
Het feest van de Onnozele Kinderen
De omkeringsfeesten boden een zucht van verlichting in de donkere maanden. ‘De winter was voor veel mensen echt een beetje afzien. Het enige dat je in de Middeleeuwen had om je aan te warmen, was vuur. Het is vroeg donker, het is nat, vochtig. Al het comfort dat wij nu hebben, hadden zij niet. Zo’n feest was een welkome afleiding,’ vertelt Versendaal.
Wil je niets missen van onze verhalen? Volg National Geographic op Google Discover en zie onze verhalen vaker terug in je Google-feed!
Maar er zat ook een duidelijke symboliek achter. Allereerst hadden de feesten volgens Versendaal een duidelijk leerelement. ‘Lage geestelijken die tot paus werden verkozen konden tijdelijk ervaren hoe het is om in zo’n hoge positie te zitten.’ Dat gold ook voor kinderen. Tijdens het feest van de Onnozele Kinderen op 28 december werd een van hen tot kinderpaus verkozen.
Dat klinkt in moderne ogen misschien als heiligschennis, maar dat was het volgens Versendaal absoluut niet. Sterker nog: de middeleeuwse omkeringsfeesten werden geïnitieerd door de kerk. Het feest van de Onnozele Kinderen is bijvoorbeeld een verwijzing naar de kindermoord in Betlehem.
Leestip: Dit was het echte menu van de middeleeuwer – volgens een historicus
Versendaal: ’De omkering was dat kinderen juist op die dag een hoge positie kregen. Ze mochten dan ook belangrijke beslissingen nemen, met als idee dat hen dit voorbereidde op de toekomst.’
Hoe feesten de stad bij elkaar hielden
Daarnaast waren de feesten waren een sociaal bindmiddel. ‘Het hele jaar door kwamen mensen uit verschillende klassen door deze feesten met elkaar in contact,’ vertelt Versendaal. ‘Het ruilen van positie was een manier om de heersende maatschappelijke orde te herevalueren en een ander perspectief te krijgen. Dat vergrootte de sociale cohesie in de stad.’
Daarom is het ook niet verwonderlijk dat de feesten vooral werden gevierd in de Lage Landen en Noord-Frankrijk. Daar was al in de Middeleeuwen een sterke stedelijke cultuur. ‘In de steden lag altijd gevaar op de loer, zoals een stadsbrand of de pest. Mensen konden heel snel hun rijkdom kwijtraken. Dan is het belangrijk dat de stad een sterke gemeenschap kent om zulke problemen het hoofd te kunnen bieden,’ legt Versendaal uit.
Rond 1500, tijdens de opkomst van de Reformatie, ontstaan de eerste barsten in de feestcultuur. Al dat plezier is te extravagant voor de sobere protestanten. Als daarna de katholieke kerk zelf met een contra-reformatie komt, is het gedaan met de pret.
‘Die vindt het dan ook allemaal teveel, en in de loop van de zeventiende eeuw loopt het spoor naar feesten vaak dood. Maar de teksten die werden gelezen en voorgedragen werden wel nog decennialang in gedrukte vorm verspreid.’
Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!








