Bewegingen voor sociale verandering zijn overal ter wereld aangezwengeld door gepassioneerde jongeren.
Dat geldt ook voor de leiders van de ‘March for Our Lives’. Studenten uit Parkland in de Amerikaanse staat Florida – waar zich in februari een tragische schietpartij op een highschool afspeelde – organiseerden het protest om betere wapenwetten en een einde aan dit soort schietpartijen te eisen.
Hoewel de tieners door enkelen zijn bekritiseerd, zijn ze door velen geprezen om hun spirit, doelgerichtheid en zelfverzekerdheid. Ze hebben een duidelijke boodschap afgegeven, een heel land gemobiliseerd en steun van beroemdheden en politici losgekregen – zelfs van voormalig president Barack Obama en de voormalige First Lady, Michelle Obama.
Maar ze zijn geen uitzonderlijk verschijnsel. Deze studenten passen in een lange traditie van jongerenprotesten waarbij in een periode van tientallen jaren overal ter wereld sociale verandering werden afgedwongen.
Hieronder volgen vijf andere bewegingen die eveneens door jonge demonstranten werden aangevoerd.
Burgerrechtenbeweging
De ‘sit-ins’ in Greensboro. De Mars op Washington. De Edmund Pettus Bridge in Selma, Alabama…
Het zijn mijlpalen in de geschiedenis van de Amerikaanse burgerrechtenbeweging, waarin jongeren van cruciaal belang waren en ook achter de schermen een grote rol speelden. Gezamenlijk wisten ze het gesegregeerde schoolsysteem in het Amerikaanse Zuiden te ontmantelen, door met hun Freedom Rides (busritten met blanke en zwarte passagiers naar het Zuiden) het racisme in de VS aan de kaak te stellen en nieuwe wetgeving op het gebied van stem- en burgerrechten te eisen.
Tot de meest invloedrijke groep studenten behoorde het Student Nonviolent Coordinating Committee (SNCC), dat vreedzame demonstraties organiseerde en veel van de voetsoldaten van de burgerrechtenbeweging opleidde. Het strikt onafhankelijke comité was actief op talloze fronten ten behoeve van sociale verandering, in weerwil van fysiek geweld en repressieve maatregelen van sommige staten. De SNCC wees het idee van blanke superioriteit af en was een van de grootste en best georganiseerde burgerrechtengroepen van de VS.
De jongeren die waren betrokken bij de burgerrechtenbeweging, omarmden een concept dat door afgevaardigde John Lewis – destijds SNCC-voorzitter – als een ‘goed soort onrust’ werd omschreven: moedige agitatie die bedoeld was om te provoceren, uit te dagen en vervolgens vooruitgang te boeken.
Vietnamprotesten
Tijdens de Vietnamoorlog werden ruim twee miljoen jongemannen opgeroepen voor militaire dienst. Geen wonder dus dat veel jongeren vooropliepen in de protesten tegen het conflict. De studentenbeweging die erin slaagde de Amerikaanse publieke opinie tegen de oorlog te doen keren, begon in de vroeg jaren zestig met jonge activisten die zich lieten inspireren door de burgerrechtenbeweging en het linkse verzet tegen de Koude Oorlog.
In de hele VS organiseerden studenten protestmarsen, sit-ins en andere vormen van burgerlijk verzet tegen de oorlog. De protesten zorgden voor felle debatten onder de Amerikaanse bevolking, onder meer over de vraag of ze überhaupt mochten demonstreren of moesten worden tegengehouden. Tijdens een protestbijeenkomst op de Kent State University, op 4 mei 1970, werden vier ongewapende studenten gedood, liepen anderen schotwonden op, raakten gewond door traangas of werden mishandeld door politiemensen. Groepen als Students for a Democratic Society, een van de drijvende krachten achter de Vietnamprotesten, werden door de FBI in de gaten gehouden.
“We hadden gelijk wat betreft de oorlog,” zegt Michael S. Ansara, die de SDS-afdeling op de Harvard University leidde. “We wisten dat we een respons zouden uitlokken en dat we daardoor de kans kregen om te discussiëren en debatteren,” verklaarde Ansara tegenover Laszlo B. Herwitz van de Harvard-krant The Crimson. “Je lokt geen debat uit door beleefd te zijn.”
Tiananmenprotest
“Ik ben jaloers op de vrijheid die mijn studenten hier genieten,” zegt Rowena He, assistent-professor in de geschiedenis aan het St. Michael’s College in Vermont. He was in 1989 een tiener in China en vertelt: “Toen ik zo oud was als zij, gingen we in de grote steden van mijn geboorteland met miljoenen de straat op om die grondrechten te eisen waarmee Amerikaanse studenten worden geboren en die ze vaak als vanzelfsprekend beschouwen.”
De protesten, die wereldwijd werden gevolgd en eindigden in geweld op het Tiananmenplein, vonden ook op talloze andere plekken plaats. De beweging dook in heel China op, waarbij jongeren democratische hervormingen en economische liberalisatie eisten en protesteerden tegen nepotisme en economische stagnatie. Honderdduizenden activisten, onder wie veel studenten, protesteerden met banieren, toespraken en liederen.
Op 3 en 4 juni 1989 namen de emotioneel beladen protesten een vreselijke wending toen duizenden soldaten het Tiananmenplein – het Plein van de Hemelse Vrede – begonnen schoon te vegen, waarbij ze het vuur openden op de ongewapende studenten en het protest met tanks en geweren neersloegen. Het precieze aantal doden is nog altijd niet bekend.
China heeft het bloedbad nooit officieel erkend en oefent als vanouds censuur uit op alle informatie en debatten over de protesten. Volgens He kan ook dertig jaar na het neerslaan van de revolte “nog steeds geen recht worden gedaan aan de honderden jonge mensen die door geweren en tanks werden gedood.” He en andere collega’s die onderzoek doen naar de Tiananmenbeweging, moeten nog altijd rekening houden met represailles van de Chinese Communistische Partij.
Arabische Lente
Voor sommigen staan Twitter en Facebook symbool voor de wereldvreemde en in zijn smartphone verdiepte jongere. Maar tijdens de Arabische Lente van 2010 wisten jongeren juist via sociale media een ongekende revolutie op touw te zetten, die begon in Tunesië en zich snel uitbreidde naar Egypte, Libië, Jemen, Syrië, Bahrein en andere landen in het Midden-Oosten.
Getergd door corrupte politiekorpsen, economische malaise, schendingen van de mensenrechten en autoritaire regimes, begonnen jongeren een golf van demonstraties waarin ze democratie eisten en plekken als het Tahrirplein in Caïro omtoverden in strijdtonelen. De protesten ontvlamden na de dood van een jonge Tunesische straatverkoper, die zichzelf in brand stak nadat een politieagente zijn koopwaar in beslag had genomen.
Niet alleen jonge activisten deden mee aan de demonstraties, die de Arabische wereld ruim een jaar in hun greep hielden. De protestbeweging mondde ook uit in conflicten als de Syrische Burgeroorlog en bracht de val van onder anderen de Egyptische president Hosni Moebarak teweeg.
Volgens analisten als M. Chloe Mulderig van de Boston University zou de Arabische Lente zich nooit hebben voorgedaan “als er geen ideologische en numerieke druk vanuit een grote massa boze jongeren” was uitgeoefend.
Indiaanse waterrechten
“Jongeren zijn het zat te denken dat ze geen toekomst hebben,” Zegt Micaela Iron Shell-Dominguez. “Het is nog tot daar aan toe dat jullie ons land afpakken, maar nu komen jullie op ons land, leggen er een pijpleiding aan en verpesten ons water.”
Ze heeft het over de reeks omstreden pijpleidingen die bestemd zijn om aardolie door de hele VS te distribueren en die vaak ook door of vlak langs indiaans land en waterwegen lopen. Jeugdactivisten als Shell-Dominguez hebben zich fel tegen de komst van de leidingen verzet.
Een van de pijpleidingen, de Dakota Access Pipeline (DAPL), zette indiaanse jongeren aan tot actie. De DAPL loopt langs het indianenreservaat van Standing Rock, en de goedkeuring ervan in 2016 lokte veel verontwaardiging uit. Duizenden demonstranten kwamen bijeen in een kamp, dat al snel het toneel werd van protesten en arrestaties. Uit de demonstraties bij het Standing Rock-reservaat kwam ook de International Indigenous Youth Council (IIYC) voort, die streeft naar het inspireren, organiseren en ondersteunen van jonge milieuactivisten. Tegenwoordig is Iron Shell-Dominguez mentor en projectcoördinator bij de groep.
“Iedereen in onze gemeenschap zou toegang moeten hebben tot schoon water en schone lucht,” zegt zij. De aanleg van de DAPL ging ondanks de protesten verder, maar de IIYC en andere jongerengroepen blijven zich verzetten tegen de Keystone Pipeline, die indiaanse waterrechten bedreigt.
“Wij geloven dat we geen eigenaar van de aarde zijn, maar dat wij juist tot de aarde behoren,” zegt ze. “We zouden iets aan Moeder Aarde moeten teruggeven.”