De kokoskrabben op het atol Nikumaroro zijn langer dan het notitieboek van de verslaggever, breder dan de troffel van een archeoloog en ongeveer zo groot als de bergschoen van een onderzoeker. De kokoskrab, het grootste ongewervelde landdier op aarde, kan ruim negentig centimeter in doorsnede worden en een gewicht van vier kilo bereiken. Kortom, ze zijn erg groot.
Leden van een door National Geographic gefinancierde expeditie die momenteel het eilandje afspeuren naar sporen van Amelia Earhart, weten dat ze moeten oppassen voor de reusachtige schaaldieren, want met hun scharen kunnen ze meer kracht uitoefenen dan de beet van de meeste dieren.
Overdag, wanneer de wetenschappers het meeste werk op dit atol in de Stille Oceaan verrichten, kun je de krabben gemakkelijk vermijden. De exemplaren die uit hun holen opduiken en zich in de intense tropische hitte wagen, brengen het grootste deel van de tijd door in de schaduw van kokospalmen of in het bladerdak van lotusbomen. (Inderdaad, deze krabben kunnen klimmen.)
Maar ’s nachts? “Dan sluiten ze ons in,” zegt John Clauss, lid van The International Group for Historic Aircraft Recovery (TIGHAR) en een oudgediende die aan meer dan tien expedities van deze groep naar het eilandje heeft meegedaan. “Als je met je zaklantaarn in de rondte schijnt, zie je buiten de lichtkring duizend krabben rondkruipen.” Althans, zo kan het overkomen. Clauss heeft geleerd om niet op de grond te slapen.
De kokoskrabben spelen een sleutelrol in de hypothese van TIGHAR over wat er met Amelia Earhart is gebeurd nadat zij en haar navigator Fred Noonan op 2 juli 1937 verdwenen tijdens de derde en laatste etappe van hun poging om rond de wereld te vliegen. Toen Earhart en Noonan hun beoogde tussenstation, het eilandje Howland in de Stille Oceaan, niet konden vinden, moeten ze volgens de hypothese in plaats daarvan op Nikumaroro zijn geland. Dat eilandje heette destijds Gardner Island en wordt omringd door een rif dat als een landingsbaan kan hebben gediend. Volgens de theorie moet Noonan zijn overleden en het vliegtuig door de vloed van het rif zijn getild, waarna Earhart moederziel alleen op het eilandje achterbleef.
Afgezien van de krabben dan.
In 1940 hadden de Britten inmiddels een nederzetting op het atol gevestigd, en in datzelfde jaar stuurde de koloniale beheerder van het eilandje, Gerald Gallagher, een telegram aan zijn meerderen om te melden dat hij delen van een menselijk skelet had gevonden, “dat heel misschien dat van Amelia Earhardt [sic] is.” De beenderen – dertien stuks – werden voor nader onderzoek naar Fiji gestuurd, waarna ze verloren zijn gegaan.
Het menselijk skelet telt 206 verschillende botten, dus wat is er gebeurd met de 193 botten die niet werden gevonden? Dat zou verklaard kunnen worden door de aanwezigheid van de kokoskrabben, die hun bijnaam – ‘grafroverskrabben’ – eer aandoen. Toen Gallagher de plek beschreef waar hij de beenderen had ontdekt, merkte hij op dat “veel botten door kokoskrabben waren verstrooid.” De omnivore krabben eten niet alleen kokosnoten, maar ook andere gevallen vruchten, vogels, knaagdieren, kleine krabben – en kadavers.
TIGHAR heeft meerdere experimenten uitgevoerd om uit te zoeken of de krabben beenderen naar hun holen zouden slepen. Bij een van die tests brachten ze het karkas van een big naar het eilandje en filmden op afstand wat ermee gebeurde. De krabben – kokoskrabben en de kleinere en talrijker aardbeiheremietkreeft en– stortten zich op het karkas en hadden het binnen twee weken van zijn vlees ontdaan.
“Dat zegt ons dat de krabben de botten verslepen,” zegt Tom King, voormalig hoofdarcheoloog van TIGHAR, “maar het zegt ons niet tot hoever ze de botten wegslepen.” Een jaar na het experiment ontdekten ze varkensbotten die zo’n achttien meter van de plek van het karkas waren versleept, maar ze konden niet alle resten van het varken terugvinden.
Volgens King is Earhart waarschijnlijk op het eilandje gestrand en daar aan haar einde gekomen. Na haar dood moeten de krabben haar lichaam hebben verorberd en haar beenderen naar hun holen hebben versleept – afgezien van de dertien botten die door Gallagher werden ontdekt.
Op deze expeditie doen King en zijn team opgravingen rond de stam van een lotusboom op het zuidwestelijk deel van Nikumaroro, waar speurhonden twee jaar geleden signalen oppikten dat op die plek iemand was gestorven. Ze vonden destijds geen botten, maar ditmaal hebben ze honden van de Canine Forensics Foundation meegenomen om te speuren op andere plekken rond de hoofdlocatie: een gat waarin het team denkt dat Gallagher een schedel heeft ontdekt, een plek waar opengebroken schaaldieren werden gevonden en de plek waar Earharts vliegtuig kan zijn geland.
Het team hoopt nog steeds de oorsprong te vinden van het geurspoor waarop de honden destijds aansloegen, mogelijk een in onbruik geraakt hol van een kokoskrab waar botten van Earhart hun laatste rustplaats hebben gevonden.
Dit artikel werd oorspronkelijk in het Engels gepubliceerd op NationalGeographic.com