Het jaar 2023 was er een van pieken en dalen. Dat cliché is op veel thema’s van toepassing, maar zeker ook op het milieu en klimaat. Met het einde van het jaar in zicht maken we de balans op met drie redenen tot zorg, en drie redenen die optimistischer stemmen.

1. Negatief: een jaar van hitterecords

        2023 is opnieuw een recordjaar: de gemiddelde temperatuur op aarde lag 1,4 graden Celsius hoger dan het pre-industriële tijdperk. Nooit eerder waren juli, augustus, september en oktober zo warm als dit jaar. Juli heeft daarbij de twijfelachtige eer van allerheetste maand ooit gemeten, met daarbij 6 juli als warmste dag ooit gedocumenteerd: geen dag was de afgelopen 125.000 jaar zo heet als die dinsdag.

        De hoofdoorzaak van die opwarming laat zich raden: de wereldwijde CO2-uitstoot door het verstoken van fossiele brandstoffen. En met een stijging van 1,1 procent ten opzichte van 2022, verbreekt 2023 ook dat record. Daarbij stak weerfenomeen El Niño de kop op, dat koel zeewater extra opwarmt en weerssystemen overal op aarde beïnvloedt. Een verlies-verliessituatie dus.

        2. Allesverwoestende bosbranden

        Bosbranden breken steeds vroeger in het seizoen uit, op meer plekken, en duren langer. In Europa werd dit jaar vooral Griekenland hard getroffen, nadat het land gebukt ging onder de langste hittegolf ooit. Maar ook in Italië, Frankrijk, Spanje en Portugal zagen grote hoeveelheden bos in vlammen opgaan.

        Aan de overkant van de Atlantische Oceaan spant Canada de kroon: een recordhoeveelheid bos van negentien miljoen hectare ging verloren – da’s ruim twee keer Portugal. En laten we de Braziliaanse Pantanal niet vergeten, een groot waterrijk natuurgebied grenzend aan het Amazonewoud: in plaats van de gemiddelde 442 bosbranden in november, noteerde satellieten er meer dan 2500. Tienduizenden dieren, waaronder toch al bedreigde jaguars, stierven.

        3. Broeiende en smeltende polen

        De Noordpool warmt vier keer zo snel op als de rest van de planeet. Niet geheel verrassend was ook 2023 er qua temperatuur een absoluut recordjaar. Bij het Summit Station op het hoogste punt van de Groenlandse ijskap – de op een na grootste ijskap ter wereld – schoot het kwik op 26 juni zelfs even boven het vriespunt.

        De Zuidpool verging het niet veel beter: nooit eerder zagen satellieten aan het einde van de winter zo weinig zee-ijs rond het continent liggen als nu. De maximale omvang bedroeg in 2023 op zijn hoogst 10,5 miljoen vierkante kilometer, flink lager dan ooit eerder werd gemeten. Een grote reden tot zorg voor niet alleen de zeespiegel, maar ook voor de vele dieren die er afhankelijk zijn van het zee-ijs.

        1. Positief: opmars duurzame energie zet door

        Het was een van de grote successen van de 28ste klimaattop in Dubai begin december: de afspraak om tegen 2030 duurzaam opgewekte energie wereldwijd te verdrievoudigen. En hoewel dat een gigantische extra inspanning van zowel overheden als industrie vergt, biedt 2023 op dat vlak perspectief. Volgens het Internationaal Energie Agentschap (IEA) kwam er dit jaar mondiaal meer dan 440 gigawatt aan capaciteit bij: 107 gigawatt meer dan vorig jaar.

        Een mooi voorbeeld, dicht bij huis: niet eerder wekte Europa zoveel energie op met behulp van de zon, waarbij Nederland met ruim veertien procent ook nog eens het hoogste aandeel zonne-energie heeft in de stroomproductie. Samen zijn wind- en zonne-energie inmiddels goed voor ruim een vijfde van de stroomproductie in de EU en wereldwijd voor een kwart.

        2. Recordverkoop elektrische auto's

        De transitie naar duurzame energieopwekking heeft ook zijn weerslag op onze mondiale mobiliteit. Wereldwijd steeg de verkoop van elektrische auto’s dit jaar met 35 procent ofwel een recordhoeveelheid van veertien miljoen stuks. 'Tegen 2023 zullen elektrische auto’s de dagelijkse vraag naar olie met minstens vijf miljoen vaten hebben teruggebracht,’ aldus de IEA. Overigens: van alle elektrische auto’s die nu rondrijden, maakt meer dan de helft zijn kilometers in China.

        3. Historische verdragen en wetgeving voor natuurbescherming

        Natuurlijk, de precaire staat van onze natuur geeft reden tot somberen. Maar op het vlak van natuurbehoud zijn in 2023 wel degelijk grote stappen gezet. Zo sloten de Verenigde Naties, na vijftien jaar onderhandelen, in maart een historisch oceaanverdrag. Met The High Seas Treaty moet in 2030 minstens dertig procent van internationale wateren officieel beschermd gebied zijn – nu is dat nog slechts één procent.

        Daarnaast kwam de EU tot een zwaarbevochten akkoord over het herstel van de Europese natuur. Weliswaar een afgezwakte versie van het oorspronkelijke concept, maar toch: alle lidstaten moeten tegen 2030 herstelmaatregelen hebben genomen voor ten minste twintig procent van hun land- en zeegebieden. In 2050 moet dat voor alle natuur gelden waar herstel nodig is.