Dit interview verscheen in National Geographic Traveler editie 3, 2020.
Het is de droom van iedere duiker en snorkelaar: het verkennen van de onderwaterwereld van Raja Ampat. De wateren rond de archipel behoren tot de meest biodiverse ecosystemen ter wereld, met vrijwel onaangetast koraal, haaien, manta’s, sponzen en meer dan duizend soorten vissen. Het onderwaterparadijs staat echter onder grote druk, vooral doordat het de laatste jaren steeds nadrukkelijker als toeristische bestemming wordt gepromoot.
Wereldwijd verslechtert de staat van koraalriffen, maar tot nu toe leek Raja Ampat ongevoelig voor ziekte en klimaatverandering. Maar kunnen deze koraalriffen de almaar groeiende menselijke invloed weerstaan? De Nederlandse marien bioloog Lisa Becking reisde eind vorig jaar met een team van sociologen, economen en andere wetenschappers af naar de Indonesische archipel om onderzoek te doen naar de invloed van het toerisme op de ecosystemen onder water, maar ook naar de gevolgen ervan boven water, bijvoorbeeld voor de visserij en voor bewoners die afhankelijk zijn van de reisindustrie.
Lisa Becking: ‘Ik werk al sinds 2007 in Raja Ampat, en het is verreweg de mooiste locatie waar ik ooit heb gedoken. Het is een van de weinige plekken ter wereld waar geen bleaching (verbleking van het koraal onder invloed van onder meer opwarming van de aarde en het zeewater, red.) heeft plaatsgevonden. Dat toont aan dat het koraal hier nog redelijk intact is, ondanks de stijgende zeewatertemperatuur. Met ons onderzoek wilden we achterhalen wat de koraalriffen in dit gebied zo veerkrachtig maakt en wat we ervan kunnen leren om in andere gebieden de riffen gezond te houden.
Een mogelijke oorzaak van de veerkracht van Raja Ampat is dat het zo’n beetje het epicentrum van de mariene biodiversiteit is. Zo zijn er bijna zeshonderd koraalsoorten geïdentificeerd. Ter vergelijking: het Caribisch gebied kent er honderd tot honderdvijftig. Daarnaast komen er twee soorten manta’s, talloze haaien en allerlei wonderlijke wezens voor, zoals verschillende veelkleurige flasher wrasses, en zijn er veel weelderige groene mangrove- en zeegrasgebieden en riffen op verschillende diepten.
Als marien bioloog bestudeer ik het ecosysteem onder water, maar veel veranderingen worden ingezet door ontwikkelingen aan land. Of een systeem veerkrachtig is, is medeafhankelijk van alle keuzen die daar worden gemaakt. Daarom wilde ik voor dit onderzoek samenwerken met mensen uit andere disciplines: economen, sociologen en hydrodynamica-experts. We hebben een team samengesteld van Nederlandse en Indonesische universiteiten, onderzoeksinstituten, overheden en ngo’s.’
Het gaat dus goed in Raja Ampat – maar hoelang nog?
‘We hebben bewust gekozen om een plek te bestuderen waar het goed gaat en niet voor de ‘pathway to decline’, waarop de meeste studies zich richten. Ondanks de goede conditie van het rif, zijn er wel bedreigingen. Naast klimaatverandering vormt het snel toenemende toerisme een risico voor de riffen. Aan de ene kant kan toerisme de lokale economie stimuleren en inkomsten genereren voor bijvoorbeeld natuurbescherming. Toeristen betalen bijvoorbeeld vijftig dollar als ze in Raja Ampat willen duiken, en bij de Wayag- eilanden wordt een extra entreeprijs in rekening gebracht.
Aan de andere kant steekt de Indonesische overheid veel energie in het op de kaart zetten van het gebied. Sinds 2011 loopt de internationale campagne Wonderful Indonesia, die Raja Ampat als een paradijs aanprijst. Ik zag op treinstations in Nederland billboards waarop mensen wordt opgeroepen naar Raja Ampat te komen. Dat die campagne werkt, zie je bijvoorbeeld terug in de verkoopcijfers van duikvergunningen: in 2007 werden er ongeveer negenhonderd verkocht, nu zijn dat er bijna dertigduizend.
Ook de Google-statistieken spreken boekdelen: sinds de reclamecampagnes zijn gestart, is het aantal zoekopdrachten gigantisch gestegen, en daarmee de bezoekersaantallen en dus de druk op het ecosysteem. De lokale bevolking en infrastructuur zijn daar nog niet op ingesteld. Het gaat te snel: vaak hebben bewoners geen tijd gehad om zelf te bepalen wat ze willen met hun gebied, zijn ze niet goed op de hoogte van de toeristische waarde ervan en lopen ze zo het risico hun land uit handen te geven aan derden – partijen die veel beter inzien hoe ze kunnen verdienen aan toerisme.’
Wordt er op dit moment iets gedaan om de bezoekersstroom te reguleren?
‘Voor bezoekers bestaat geen limiet, voor boten wel. Officieel is er een quotum voor liveaboards: er geldt een maximum van veertig, maar dit jaar zijn er al zo’n 160 geteld, dus daar gaat iets niet goed. Het quotum voor hotels en resorts wordt wel nageleefd, maar inmiddels is er een wildgroei aan homestays ontstaan, waarbij de vaak arme bevolking binnen haar gemeenschap onderdak verhuurt aan toeristen. Op zich een mooie manier om zelf inkomsten te verkrijgen, maar helaas zijn homestays niet aan regels gebonden. Daardoor zie je nu ook op onbewoonde percelen die in eigendom zijn van clans, hutjes opduiken die worden verhuurd aan toeristen. Door dit gebrek aan regulering is er onder meer een groeiend probleem met afval en sanitair. Er is geen riool op de eilanden, dus iemands behoeften verdwijnen rechtstreeks in zee. Hierdoor kunnen algen en bacteriën in de riffen opbloeien en kan koraalziekte ontstaan.
Hetzelfde probleem wordt veroorzaakt door liveaboards. We hebben met ons team zitten rekenen: op zo’n boot zitten vaak zo’n twaalf gasten en een achtkoppige bemanning. Twintig mensen die elke dag naar de wc gaan, wier behoeften allemaal in een vuilwatertank terechtkomen. Als je naar de bouw van de meeste boten kijkt, dan is het moeilijk te geloven dat ze gedurende de reis alles opslaan en het pas na afloop laten verwerken bij een waterzuiveringssysteem in Sorong, de dichtstbijgelegen stad. Dat moet dus wel betekenen dat er wordt geloosd in de wateren rond Raja Ampat. Formeel mag dit uitsluitend in heel diep water en enkele mijlen uit de kust, maar dat betekent dat een liveaboard een omweg moet nemen, en dat gebeurt lang niet altijd. We hebben sterk het vermoeden dat de tanks regelmatig op de overnachtingsplekken worden geleegd. Als je je dan bedenkt dat het niet om één, maar om 160 boten gaat... Dat is heel veel onverwerkt rioolafval dat direct in zee verdwijnt, vaak op dezelfde locatie.
Daarnaast hebben we geprobeerd in te schatten wat die liveaboards bijdragen aan de lokale economie. Voor zover wij kunnen nagaan, lijkt dat bijzonder weinig. De boten zijn veelal buiten het gebied geregistreerd en betalen dus geen lokale belastingen. Ze kopen hun voedselvoorraad buiten de regio, en de bemanningsleden komen bijna altijd van buiten Papoea. De liveaboards profiteren dus van de omgeving én zetten het systeem onder druk, maar dragen sociaal en economisch veel minder bij dan de resorts. Die betalen wel ter plekke belasting, nemen locals in dienst, leiden hen op en ondersteunen beschermingsprojecten die de omgeving helpen. Er zijn natuurlijk uitzonderingen. Ik raad reizigers aan om voorzichtig te zijn met het selecteren van een liveaboard en veel vragen te stellen voordat je er een boekt.’
Enerzijds zorgen toeristen dus voor inkomsten, anderzijds belasten ze het gebied. In hoeverre leeft dit broze evenwicht onder de toeristische aanbieders ter plaatse?
‘Gelukkig zijn er ook positieve kanten aan toerisme. Er wordt bijvoorbeeld minder met dynamiet gevist en er worden minder haaienvinnen afgesneden. De uitdaging is nu om duurzaam toerisme in te zetten voor natuurbescherming, en wel op een manier dat mensen die in de zeereservaten leven ervan profiteren. Uiteindelijk is het hun gebied en zijn zij degenen die keuzes moeten maken. Wij kunnen alleen helpen om kennis en informatie te delen. Wij hebben daarom een aantal partijen aan tafel uitgenodigd, waaronder The Nature Conservancy, de Universiteit van Papoea en lokale overheden, homestay- en resortorganisaties en ngo’s. Wat bleek: het probleem leeft enorm! Ze zijn er zich allemaal van bewust dat we nu op een kruispunt staan. Er werd letterlijk gezegd: we willen niet zoals Bali worden.
Wat me vooral verbaasde, was dat het sanitaire probleem hoog op de agenda staat. Een aantal dorpen is overgestapt van toiletten direct boven het water naar beerputten. Zelf noemen ze die putten septic tanks; dat zijn het nog niet, maar het idee is er. Nu moet de stap worden gezet naar echte septic tanks – voor zover dat kan, want het gesteente van het gebied is heel poreus en er is een grote kans op lekkage naar het rif. De volgende keer willen we technici meenemen die hiervoor een eenvoudige en goedkope oplossing kunnen vinden.’
Welke positieve en negatieve gevolgen hebben de reisbeperkingen door de coronapandemie op het onder- en bovenwaterleven in Raja Ampat?
‘Een eigenaar van een resort vertelde me dat het er zo stil was zonder het geluid van boten. Hij was met een groepje gaan duiken en zei dat er nu veel meer vissen zitten. Wij willen dat graag wetenschappelijk bevestigd zien. Zodra het kan, gaat een team van The Nature Conservancy, ook onderdeel van onze wetenschappelijke groep, onderzoek doen in gebieden waarvan het al jarenlang de visstanden heeft bijgehouden.
De keerzijde van het wegblijven van toeristen is dat grootschalige visserij mogelijk weer de ruimte krijgt. Mensen moeten toch ergens van leven. Of misschien nog erger: mijnen worden weer geopend. Nu promoot de overheid Raja Ampat als natuurpark en trekpleister, waarmee mijnbouw op afstand wordt gehouden.
Uiteindelijk speelt toerisme een belangrijke rol in de bescherming van de riffen. In afgelegen, dunbevolkte gebieden is er doorgaans geen geld om permanente handhaving te bekostigen. Voor een deel komt het toezicht aan op touroperators die met duikers ter plaatse zijn. Als zij bijvoorbeeld dynamietvissers spotten, geven ze dat door: kapotte riffen passen nu eenmaal niet bij die magische duikervaring. De positieve effecten van toerisme moeten wel op een eerlijke manier worden afgewogen tegen de kosten ervan: de aanleg en het gebruik van riolering en de verstoring van het leven van bewoners. Die balans zou kunnen worden aangebracht door het instellen van een bezoekersquotum en hoge toegangsprijzen. Want moeten unieke natuurgebieden wel voor iedereen toegankelijk zijn?’
Zijn jullie op tijd om het tij te keren?
‘Ja! Dat denk ik zeker, we zijn met zo veel verschillende partijen die hetzelfde doel voor ogen hebben. Het leeft. En lokaal beheer heeft zin. Al moeten we nu wel doorpakken. De drie belangrijkste oorzaken van de aantasting van koraalriffen zijn klimaatverandering, overbevissing en watervervuiling. Als we ten minste de lokale druk op de riffen kunnen wegnemen of verminderen, is er een kans dat ze veerkrachtig genoeg worden om de gevolgen van klimaatverandering op te vangen.’
Tips: wat kun je doen als reiziger om te zorgen dat je verantwoord reist en duikt?
1. ‘Ga niet voor goedkoop. Paradise shouldn’t be cheap.’
2. ‘Verdiep je goed in waar je wilt verblijven. Wordt er verantwoord met afval en rioolwater omgegaan? Wordt er geïnvesteerd in de lokale gemeenschap? Maak duidelijk aan touroperators en hotels dat je het belangrijk vindt. Zo kan er een cultuuromslag komen. Wat mij betreft zou Tripadvisor een waarderingssysteem moeten hebben voor het riool van een hotel.’
3. ‘Dubbelcheck bij liveaboards over wat voor vuilwatertank en welke motor ze gebruiken. Wat is hun standplaats? Hebben ze een vergunning voor Raja Ampat? Zorg dat je erachter komt of jouw geld lokaal terechtkomt, en niet slechts bij één duikboer.
4. 'Overweeg op één plek te verblijven. Er zijn een paar echt goede ecoresorts, die zijn alleen niet goedkoop.’
Waar kun je overnachten?
Misool Eco Resort
Dit duurzame en intieme onderkomen gevestigd op een privé-eiland, steunt met de Misool Foundation het werk van natuurbeschermers en het welzijn van de lokale gemeenschap.
Papua Diving Resorts
Papua Diving doneert een deel van zijn winst aan lokale gemeenschappen en initiatieven voor natuurbehoud. Ongeveer negentig procent van het personeel is afkomstig uit de regio.
Volg het onderzoek van Lisa Becking en haar team op Twitter en Instagram, via @beckinglisa en @richestreefs, en via weblog.wur.eu en via marinelakes.com