Verre voorouders van de moderne mens zijn veel eerder uit Afrika weggetrokken dan tot nu toe werd gedacht, een inzicht dat de voorgeschiedenis van de mensheid een nieuwe wending kan geven, zo blijkt uit een vondst die afgelopen woensdag in het tijdschrift Nature werd onthuld.

Dankzij de ontdekking van bijna honderd stenen werktuigen op de archeologische vindplaats van Shangchen in Centraal-China kan het moment waarop onze verre voorouders – de eerste mensensoorten – zich vanuit Afrika over de rest van de wereld begonnen te verspreiden, meer dan aan kwart miljoen jaar verder in het verleden worden geplaatst.

De werktuigmakers leefden met onderbrekingen gedurende achthonderdduizend jaar in Shangchen, in een periode die tussen de 2,1 en 1,3 miljoen jaar geleden kan worden gedateerd. Ze lieten werktuigen achter die nog nooit eerder buiten Afrika zijn gevonden. De oudste werktuigen van de vindplaats zijn zo’n driehonderdduizend jaar ouder dan die van Dmanisi, de 1,8 miljoen jaar oude plek in Georgië waar tot nu toe de oudste fossielen van Homo erectus, een uitgestorven voorouder van de mens, zijn gevonden.

Enkele van de stenen voorwerpen uit de oudste afzettingen in Shangchen
Enkele van de stenen voorwerpen uit de oudste afzettingen in Shangchen.
Zhaoyu Zhu

“Dat je artefacten vindt waarvan je weet dat ze rond de twee miljoen jaar oud zijn – en daarmee de oudste buiten Afrika – was voor mij als paleoantropoloog enorm spannend,” zegt Robin Dennell, onderzoeksleider en medeauteur van de nieuwe studie en professor aan de University of Exeter.

“Er zijn meer mensen die de Everest hebben beklommen dan wetenschappers die zulke oude werktuigen hebben gevonden.”

“Ik heb altijd gezegd dat als Chinese onderzoekers eenmaal naar bewijzen beginnen te zoeken op een schaal die vergelijkbaar is met wat er in Afrika aan onderzoek wordt uitgegeven, er wel dingen tevoorschijn moetenkomen!” zegt Gerrit van den Bergh, een paleoantropoloog van de University of Wollongong die niet bij de nieuwe studie was betrokken.

“Het toont eens te meer aan dat we eigenlijk nog heel weinig weten.”

Vroege landverhuizers

De moderne mens van vandaag, Homo sapiens, is te herleiden naar een periode van migratie die zestigduizend jaar geleden vanuit Afrika op gang kwam. Maar die migratie was zeker niet de eerste keer dat een groep oermensen uit het continent wegtrok – noch was de moderne mens de enige die deze reis ondernam. Resten van Homo erectus zijn overal ter wereld gevonden, van Georgië tot Java. De voorouders van de Neanderthalers trokken ongeveer een half miljoen jaar geledennaar Europa. En zo’n zevenhonderdduizend jaar geleden of misschien nog iets vroeger bereikten vroege mensensoorten ook Zuidoost-Azië, waar ze zich onder anderen ontwikkelden tot de ‘Hobbitmens’ Homo floresiensisen andere eilandbewoners en werktuigmakers.

Vondsten op sommige plekken wijzen erop dat er zelfs nog een oudere mensachtige in Azië moet hebben geleefd. In de jaren tachtig van de vorige eeuw vonden onderzoekers stenen werktuigen in Pakistan, die mogelijk twee miljoen jaar oud zijn. In 2004 ontdekte een Chinees team 1,66 miljoen jaar oude stenen werktuigenin het noorden van het bassin van Nihewan. En in 2015 meenden onderzoekers die op slechts vierenhalve kilometer van Shangchen de schedel van een Homo erectushadden gevonden dat het fossiel ruim 1,6 miljoen jaar oud is.

Overtuigd dat in China nóg oudere werktuigen gevonden konden worden, begon Zhaoyu Zhu, hoofdauteur van de nieuwe studie en geoloog aan de Chinese Academie van Wetenschappen, in 2004 met opgravingen in Shangchen.

In juli 2007 merkte een van Zhu’s collega’s een steen in een steil stuk ontsluiting op, daar waar een gesteentelaag aan de oppervlakte komt. De steen bleek een door een mens aangepast werktuig te zijn. In 2017 legde het team van Zhu in Shangchen een ruim zeventig meter dikke band aarde bloot die zeventien afzonderlijke aardlagen met stenen werktuigen bevatte.

Op een helling bij Shangchen in de Chinese provincie Shaanxi zijn de oudste stenen werktuigen buiten Afrika gevonden Geoloog Zhaoyu Zhu van de Chinese Academie van Wetenschappen en zijn collegas doen al dertien jaar opgravingen in het gebied
Op een helling bij Shangchen, in de Chinese provincie Shaanxi, zijn de oudste stenen werktuigen buiten Afrika gevonden. Geoloog Zhaoyu Zhu van de Chinese Academie van Wetenschappen en zijn collega’s doen al dertien jaar opgravingen in het gebied.
Zhaoyu Zhu

“Mijn collega’s en ik waren allemaal zeer opgewonden,” vertelt Zhu. “Deze opeenvolging van lagen is enorm en spectaculair.”

Maar wanneer precies werden deze werktuigen vervaardigd? Om dat uit te vinden deed het team van Zhu metingen naar de verschillende magnetische velden in de aardlagen waarin de stenen waren gevonden.

Bij de vorming van elke aardlaag werd de oriëntatie van het destijds bestaande aardmagnetische veld voor altijd vastgelegd in mineralen in de aarde. Omdat de polariteit van het aardmagnetisch veld af en toe omkeert, draaien de magnetische velden binnen deze aardlagen eveneens om – net als alle sedimenten van die ouderdom in de rest van de wereld.

Door de afzettingen in Shangchen te vergelijken met nauwkeurig gedateerde sedimenten in Afrika die dezelfde magnetische ompoling vertonen, kon Zhu precies bepalen hoe oud de verschillende lagen in Shangchen waren. Zes van de 96 werktuigen die in de studie worden beschreven, zijn aangetroffen in een laag met een ouderdom van 2,12 miljoen jaar.

Wie maakte de werktuigen?

Omdat er naast de werktuigen in Shangchen geen fossielen van vroege mensensoorten zijn gevonden, weet niemand door wie ze zijn gemaakt.

Homo erectus, de werktuigmaker in Dmanisi, is een van de kandidaten. Deze vroege mensensoort maakte stenen werktuigen en had het soort lichaamsbouw en gang die nodig is om als migrerende soort in aanmerking te komen. Maar de oudste fossielen die tot nu toe van deze soort zijn gevonden, zijn ongeveer 1,8 miljoen jaar oud – veel jonger dan de oudste werktuigen in Shangchen.

“Het is zeer goed mogelijk dat Homo erectus in deze tijd al in China leefde, maar gezien de hoge ouderdom van deze vindplaats en de mogelijkheid dat er nóg oudere voorwerpen gevonden zullen worden, zou ook een andere vroege mens uit het geslacht Homo in Azië kunnen hebben geleefd, bijvoorbeeld een Homo habilis-achtige voorouder,” zegt Michael Petraglia, een paleoantropoloog aan het Max-Planck-Institut für Menschheitsgeschichte in Jena die onderzoek doet naar de oeroude werktuigen die in Azië zijn ontdekt.

Volgens María Martinón-Torres, directeur van het Spaanse Centro Nacional de Investigación sobre la Evolución Humana (CENIEH) en expert op het gebied van fossielen van vroege mensachtigen in Azië, is het zelfs de moeite waard om opnieuw naar fossielen van Chinese mensachtigen te kijken die bij hun ontdekking als die van H. erectus werden aangeduid.

“Het wordt tijd om te erkennen dat niet alle mensachtigen die in Azië zijn gevonden, binnen de Aziatische groep van H. erectus vallen. Deze soort is maar al te vaak gebruikt als overkoepelende term,” zegt zij. “Ik denk dat de vraag naar de identiteit van de eerste Aziatische mensachtigen nog lang niet is beantwoord.”

Hoe het ook zij, de werktuigmakers van Shangchen moeten een herseninhoud hebben gehad die ongeveer een derde bedroeg van die van de moderne mens. Hoewel het niet alleen om herseninhoud gaat, menen experts dat het verbluffend is dat een zo vroege mensensoort met zo’n kleine herseninhoud in staat is geweest om twee miljoen jaar geleden vanuit Afrika naar China te migreren.

Toekomstig onderzoek moet uitmaken wie deze mysterieuze mensen waren. Volgens Dennell zou hij graag afzettingen onder de loep nemen die nog ouder zijn dan 2,1 miljoen jaar. In Shangchen konden de onderzoekers dat niet ter plekke doen, omdat die lagen onder landbouwgrond lagen. Elders in Azië wordt gerekend op nog spectaculairdere vondsten.

“Lange tijd heeft de wetenschappelijke gemeenschap bij het zoeken naar een verklaring voor belangrijke episoden in onze evolutie relatief weinig aandacht besteed aan Azië, vergeleken met Afrika,” zegt Martinón-Torres. “Nu er veel meer veldwerk in Azië wordt verricht, ben ik er zeker van dat ons nog meer verrassingen te wachten staan.”

Alejandra Borunda droeg bij aan de berichtgeving voor dit artikel.