5 mei 2016

Er is veel wat we niet weten over de net onthulde planeten en er moet een enorme hoeveelheid gegevens worden verzameld voordat een wereld ter grootte van de aarde écht aardachtig kan zijn. Nieuw onderzoek heeft inmiddels gesuggereerd dat twee van de planeten uitgedroogd en bepaald onaards kunnen zijn.Toch is het trio, zelfs wanneer het niet zo aardachtig is als wordt beweerd, interessant en vermeldenswaardig.

“Al die gegevens over bewoonbaarheid, oppervlakteomgevingen en andere zaken vormen louter nutteloze speculaties en vermoedens”, stelt Greg Laughlin van de Universiteit van Californië in Santa Cruz. “Zelfs in ons eigen zonnestelsel is niemand er in geslaagd om te voorspellen hoe oppervlakteomgevingen of planeten eruitzien tenzij ze een voorwerp van dichtbij bekeken.”

Of een planeet als aardachtig kan worden bestempeld is afhankelijk van de definitie die voor het eindpunt wordt gehanteerd. Hoeveel overeenkomsten met de aarde moet een planeet hebben om binnen de beschrijving te passen? Gelden een soortgelijke omvang en temperatuur? Of zijn ook een baan rondom een ster, een aardachtige samenstelling en atmosfeer, en een mogelijkheid om leven te herbergen nodig? Ik gok dat de definitie verschilt per gebruiker en dat het steeds opnieuw de moeite waard is om hem te verduidelijken.

Trappist-1

Tot op dit moment zijn de meeste van deze laatste kenmerken compleet onbekend in het stelsel. Alle wetenschappers kennen met zekerheid de omvang, banen en mogelijke temperaturen van de twee binnenste planeten, die zo dicht bij de ster zijn dat ze altijd hetzelfde oppervlak naar binnen houden gericht. Het team kent de omvang van de derde planeet, maar zijn omlooptijd is nog een groot mysterie. Ook weet men dat de planeten infraroodlicht koesteren. Het grootste deel van het licht van de ster Trappist-1 bestaat hieruit, waardoor de ster heel anders is dan de zon.

Maar waar onderzoeken naar andere exoplaneten suggereren dat de planeten waarschijnlijk een mengsel van ijs en gesteente vormen, is het helemaal niet duidelijk waar ze uit bestaan, of ze atmosferen hebben die de oppervlaktetemperaturen beïnvloeden en of er vloeibaar water over de oppervlakten kan samenstromen.

En hoe zit het met het vermogen van de werelden om leven te ondersteunen – hetzij in de vorm die we kennen of in een vorm die zo is ontwikkeld dat hij kan gedijen bij infraroodfotonen? Dat is een vraag van een heel andere orde – een waarop we het antwoord nog niet weten. “Toch”, merkt Laughlin op, “lijkt het erop dat de middelste planeet, met een omlooptijd van 2,42 dagen, mogelijk aardachtige eigenschappen heeft. Ik ken geen andere exoplaneet die mogelijk zo op de aarde lijkt.”

Aardachtig?

Maar wat bedoelt Laughlin eigenlijk met de term ‘aardachtig’? “Ik bedoel een planeet die ongeveer de straal heeft van de aarde en die een soortgelijke energiestroom van het moederlichaam ontvangt. Ik bedoel absoluut geen oceanen, platentektoniek, dolfijnen, aandelenmarkten ...”, legt hij uit. „Maar zoals de andere auteurs betogen is de kans groot dat de planeet een gesynchroniseerde rotatie heeft, zodat hij een halfrond aan de ster laat zien. Dat is heel anders dan bij de aarde.”

De werelden zijn hoe dan ook toch opmerkenswaardig, en wel om tal van redenen. Ze bewegen zich rondom een kleine en koude ster, ook wel bekend als een superkoude dwerg; tot nu toe wisten wetenschappers niet zeker of deze sterren, die 15 procent van alle sterren in de buurt van de zon vormen, relatief grote werelden konden ondersteunen. Het blijkt dat het antwoord positief is, wat – simpel gezegd – betekent dat er meer planeten zijn! Ten tweede is het stelsel op pakweg 40 lichtjaar afstand zo dichtbij dat het niet alleen mogelijk is om de planeten aan een grondig onderzoek te onderwerpen, maar ook om dat nú te doen. Deze waarnemingen worden zelfs nog eenvoudiger omdat de ster zo donker is, waardoor veel gemakkelijker kan worden ontwaard welke informatie van de planeten komt en welke informatie afkomstig is van het sterrenlicht.

Het is, kortweg, de moeite waard om te onthouden dat verantwoordelijke wetenschap ook inhoudt dat je getrouw bent aan de ontdekkingen en de gegevens, inclusief hun tekortkomingen en grillen. Het is absoluut leuk om te speculeren over wat we eventueel kunnen leren, maar het is het niet waard om bevindingen te overdrijven en om lezers te misleiden om zoveel mogelijk aandacht te krijgen. De schoonheid van wetenschap schuilt in de complexiteit en rommeligheid, in grondige onderzoeken naar het onbekende en in het verzamelen van genoeg gegevens om redelijke interpretaties te kunnen doen – om die vervolgens te gebruiken als basis om het hele proces opnieuw uit te voeren met een andere reeks vragen.

Maar zeg nou eerlijk: drie vreemde werelden met de grootte van de aarde in een onderschat sterrenstelsel? Dat is toch fantastisch!