De woestijn die eigenlijk geen woestijn is: zo staat de Kalahari ook wel bekend. Naast uitgestrekte roodbruine zandvlaktes spot je in de halfwoestijn ook grassige steppes en savanne, stekelige bosjes en in het noorden zo nu en dan een Boabab. De blauwe lucht steekt fel af tegen de terracotta zandbodem, die je om de oren stuift zodra de leeuwen, hyena’s en antilopen er overheen draven. Met een leeftijd van 3,5 miljard jaar is de Kalahari één van ’s werelds oudste en spectaculairste aardkorsten. De reusachtige oppervlakte van 900.000 m2 – bijna 22 keer groter dan Nederland! – beslaat naast het grootste deel van Botswana, ook delen van Namibië en Zuid-Afrika.
Een park dat je niet mag missen is het Central Kalahari Game Reserve: het grootste en meest uitgestrekte wildpark van Botswana. Ontmoet de Bosjesmannen, die je vertellen over hun eeuwenoude cultuur en je leren overleven in de Kalahari. Om dieren te spotten bezoek je Deception Valley, Sunday Pan en Passarge Valley, waar grote kuddes dieren zich verzamelen. Avontuurlijk aangelegd? Doorkruis het gehele wildreservaat, inclusief de Khutse: een gebied dat met grasland, rivierbeddingen, fossielduinen en gras-en zoutpannen het meest diverse landschap van de Kalahari toont.
Voor een echte back to basic-experience kun je terecht bij de verschillende campings in het gebied. Als je op zoek bent naar een luxere overnachtingsplek, is de Tau Lodge een aanrader. Op deze intieme plek kom je tot rust met de prachtige zonsondergangen. Trek overdag met een 4X4 de savanne op om leeuwen, giraffes en 240 vogelsoorten te ontmoeten en bewaar de nacht voor sterrenkijken.
De ideale tijd om naar de Kalahari af te reizen is in het regenseizoen, dat van november tot maart loopt. In de rest van de maanden is het een extreem droog gebied, met een overwegend dor-geel uiterlijk. Kalahari betekent in het Tswana dan ook ‘de grote dorst’, wat naar deze extreme droogte verwijst. Zodra de eerste regendruppels aan het eind van het jaar uit de hemel vallen, verandert de Kalahari in een vruchtbaar groen landschap. Kleurrijke viooltjes schieten uit de grond en langgerekte grasvelden verschijnen op de zandmassa. Kijk niet verschrikt op als je grote groepen migrerende buffels, olifanten, springbokken, gnoes en zebra’s voorbij ziet paraderen. De dieren trekken in vochtige tijden – van november tot maart – naar het zuiden om overstromingen te omzeilen, en tijdens de droogte naar het noorden voor het laatste beetje drinkwater.
