In een woestijnstadje in Syrië zitten twee gevangenen op de grond, bewaakt door een tiental Koerden. Het tweetal heeft zich overgegeven aan de YPG, de overwegend Koerdische Volksbeschermingseenheden die de IS-strijders verjoegen uit Baghouz, het laatste IS-bolwerk in Syrië. De gevangenen worden overgeplaatst naar een gevangenenkamp waar al tienduizenden IS-aanhangers en hun familieleden zitten. De bewakers torenen boven hen uit, hun triomf haast tastbaar.

Honderd meter verderop bewaken vrouwelijke Koerdische strijders met AK-47’s over de schouders een groep vrouwen en kinderen, vermoedelijk de gezinnen van IS-strijders. Terwijl deze leden van de Vrouwelijke Volksbeschermingseenheden (YPJ) staan te kletsen, nemen sommigen een lange haal aan hun sigaret (IS verbiedt roken voor vrouwen). Anderen werken hun kapsel bij met de selfiecamera van hun telefoon als spiegel (onder IS zou een vrouw die haar gezicht en haar niet bedekte, zweepslagen hebben gekregen). Van tijd tot tijd richt een YPJ-strijder het woord tot de gesluierde vrouwen – een zee van zwart textiel, onderbroken door wantrouwige ogen en vervuilde kinderen.

In de loop van de ochtend besluiten sommige YPJ-strijders de twee gevangenen verderop van dichterbij te bekijken. Ze vormen vastbesloten een nauwe kring rond de mannen en kijken ze recht aan. Het is niet lang geleden dat een vrouw in dit dorp daarvoor kon worden terechtgesteld. Maar IS is verjaagd en de vrouwen die Koerdisch Syrië verdedigen, eisen dezelfde positie op als hun mannelijke kameraden. Samen staan ze aan de frontlinie en genieten ze van de overwinning.

Opmars aan het front

Over de hele wereld staan steeds meer vrouwen bij gewapende conflicten aan het front. Hun uniform en de omstandigheden zijn niet altijd gelijk, maar ze hebben dezelfde drijfveren. Ze willen hun land dienen, een voorbeeld zijn voor hun kinderen en zichzelf bewijzen. Sommigen noemen een breder doel: ze willen het leven verbeteren voor vrouwen en meisjes in hun regio, hun land, de wereld.

Koerdische strijders omringen een vrouw die zich overgeeft bij het vertrek van IS uit Baghouz Syri in maart 2019 Vrouwen die zich vrijwillig of onder dwang bij IS aansloten moeten worden weggeleid van de onderdrukkende versie van de islam zegt een Koerdische strijder Hun opvatting van de godsdienst klopt niet
Koerdische strijders omringen een vrouw die zich overgeeft bij het vertrek van IS uit Baghouz (Syrië) in maart 2019. Vrouwen die zich vrijwillig of onder dwang bij IS aansloten, moeten worden weggeleid van de onderdrukkende versie van de islam, zegt een Koerdische strijder: ‘Hun opvatting van de godsdienst klopt niet.’
Lynsey Addario

Er zijn zeker zestien geïndustrialiseerde landen waar vrouwen een gevechtsrol in het leger mogen bekleden. In de Verenigde Staten maken vrouwen al deel uit van het leger sinds 1901. In dat jaar richtte het Congres het Army Nurse Corps op, waarin de vrouwen weliswaar geen gevechtsfunctie hadden, maar wel taken hadden die gevaar met zich meebrachten.

Ook in deze tijden van terreuraanslagen en etnische conflicten kunnen vrouwen, welke legerrol ze ook vervullen, in een gevechtssituatie belanden, aldus Misty Posey, luitenant-kolonel bij de Amerikaanse mariniers. Twee jaar lang, tot halverwege 2019, voerde Posey het commando over de vrouwelijke rekruten van het marinierskorps op Parris Island, in South Carolina. ‘Het slagveld is tegenwoordig non-lineair,’ zegt zij. ‘Of je nu op de administratie werkt of bij de bevoorradingstroepen, je kunt altijd in een gevecht terechtkomen. Dat beseffen ze allemaal.’

Inspiratiebron voor velen

Meisjes groeien op met de bekende stereotypen over het ‘zwakke geslacht’, zo ook vrouwelijke rekruten, gaat Posey verder. ‘Vrouwen krijgen aangeleerd dat ze zwak zijn. Maar dat kunnen we ze ook weer afleren.’ Aan het einde van hun trainingsperiode weten de meeste vrouwelijke mariniers volgens haar ‘dat ze net zo veel kunnen bijdragen als mannen’.

De Rwandese Josephine Muhawenimana ging bij de politie omdat ze agenten bewonderde ‘om hun kracht en om hoe ze anderen kunnen inspireren’. Nu is ze hoofdsergeant bij de VN-vredesmissie in Zuid-Soedan, een land dat is verscheurd door burgeroorlog en etnische conflicten. ‘Ik weet nog heel goed hoe het was,’ zegt Muhawenimana over de genocide van 1994 in Rwanda. Ze hoopt dat de vredesmilitairen een vergelijkbaar bloedbad in Zuid-Soedan kunnen voorkomen en tegelijk een positief voorbeeld kunnen vormen voor jonge Soedanese vrouwen.

Vrouwen in het Amerikaanse leger.

Desiree White 20 speelt een gewonde marinier die wordt gered door de andere rekruten De reddingsactie vormt het sluitstuk van hun bootcamp op Parris Island South Carolina Dit extra zware deel van hun opleiding heet de Crucible vuurdoop

In Colombia bracht een strijder die zich Comandante Yesenia noemt, twee decennia door bij het ELN, een linkse guerrillaorganisatie die tegen de regering vecht. Ze kreeg een dochter in de bossen en droeg de baby maanden met zich mee. Yesenia zegt dat ze vecht voor gelijkheid voor armen, inheemsen en vrouwen. ‘Iedereen heeft haar eigen reden,’ zegt ze. ‘Waar we ook vandaan komen, we vechten allemaal.’

In de Syrische woestijn fantaseert YPJ-strijder Nuda Zagros over de toekomst terwijl de gevangen IS-strijders wachten op overplaatsing naar een gevangenenkamp. ‘We zouden wel overal naartoe willen waar vrouwen worden onderdrukt,’ zegt ze. ‘We willen vechten voor gelijkheid. We willen niet de baas zijn, maar we willen ook geen baas hebben. We zijn allemaal hetzelfde.’

Verzet tot het uiterste

De decennialange burgeroorlog in Colombia leek met het verdrag tussen de regering en de FARC voorbij, maar een andere linkse guerrillagroep, het Nationale Bevrijdingsleger (ELN), weigert de wapens neer te leggen. Regeringsfunctionarissen en anderen noemen ELN-leden terroristen en afpersers, maar zelf noemen ze zich strijders voor gerechtigheid. ‘Mijn droom voor dit land,’ zegt een vrouwelijke strijder die zichzelf Comandante Yesenia noemt, ‘is sociale én gendergelijkheid. Zelfs binnen deze organisatie voel ik het machismo.’

Vrouwen in het leger van Colombia.

ELNstrijders beladen een boot op de San Juan in Colombia Op deze plek trainde het ELN eerder dit jaar en kwamen de strijders op krachten Nu willen ze stroomopwaarts varen voor schietoefeningen Toen ik me bij het ELN aansloot kon ik niet veel zegt Estefana 18 Nu kan ik koken en schieten Maar ik kan nog niet vechten

Onafhankelijkheidsstrijd

Al bijna tien jaar is het voor het Syrisch-Koerdische verzet een erezaak dat er vrouwelijke strijders zijn. De uitsluitend uit vrouwen bestaande eenheid YPJ telt naar eigen zeggen ruim twintigduizend leden; onder hen zijn veel moslima’s die zich keren tegen interpretaties van de islam die zij als onderdrukkend zien. ‘We zijn vrijwilligers,’ zegt een van de commandanten. ‘We voorkomen dat onze steden worden aangevallen en onze broeders en zusters worden gedood. Onze families zeggen: uiteraard kunnen vrouwen meestrijden.’

Vrouwen in het leger in Syrië.

Sheikha Ibrahim 33 tilt een kind op tijdens haar crowdcontrolronde De Koerdische commandant van de veiligheidstroepen werkt in het door Koerden geleide vluchtelingenkamp alHol in NoordSyri Hier verblijven duizenden vrouwen vaak met hun kinderen Ze hebben zich eerder overgegeven of zijn gevlucht uit ISbastions

Gewapende bewakers

Onder de 19.500 blauwhelmen die helpen de burgerbevolking te beschermen in het door conflicten geteisterde Zuid-Soedan zijn zo’n 1600 vrouwen, afkomstig uit verschillende landen. Hun aanwezigheid maakt deel uit van een hernieuwde poging tot meer gendergelijkheid in internationale VN-missies. ‘Het gaat niet alleen om cijfers maar ook om effectiviteit,’ aldus VN-secretaris-generaal António Guterres. Meer vrouwelijke vredeshandhavers inzetten lijkt bij te dragen tot het handhaven van de vrede, zegt hij.

Vrouwen in het leger in Zuid-Soedan.

VNhoofdsergeant Josephine Muhawenimana midden overleefde de genocide van 1994 in haar geboorteland Rwanda Eerder werkte ze als politieagent nu bewaakt ze een beschermingskamp voor burgers in ZuidSoedan Ik vind dat ik hetzelfde werk kan doen als een man zegt Muhawenimana

Fotograaf Lynsey Addario deed verslag van de belangrijkste conflicten en humanitaire crises van de afgelopen vijftien jaar, waaronder die in Afghanistan, Irak, Libië, Syrië, Somalië en Zuid-Soedan. Haar verhalen zijn gebundeld in de bestseller It’s What I Do: A Photographer’s Life of Love and War.

Dit artikel verscheen in november 2019 in National Geographic Magazine.