Wereldwijd leven nog bijna tweehonderd volken volledig geïsoleerd van de buitenwereld. Dat blijkt uit een rapport van Survival International dat vorige week verscheen. Een van de sprekendste voorbeelden is North Sentinel Island, in de Baai van Bengalen. Op satellietbeelden oogt het als een ongerept paradijs, maar in werkelijkheid is het een van de meest geïsoleerde plekken op aarde: de Indiase regering heeft het eiland en het omliggende water tot verboden gebied verklaard. Wat maakt dit eiland zo uitzonderlijk?

Een geïsoleerd volk dat geïsoleerd wil blijven

North Sentinel Island maakt deel uit van de eilandengroep Andamanen en Nicobaren, die bestuurlijk tot India behoort en ruim 1200 kilometer van het vasteland ligt. Van de 184 eilanden in de archipel worden er slechts zo’n dertig bewoond.

Over de bewoners van North Sentinel Island, de Sentinelezen, weten we nog altijd erg weinig. Ze leven al duizenden jaren als jagers-verzamelaars en worden beschouwd als een van de sterkst geïsoleerde volken ter wereld. Hun aantal wordt geschat op slechts vijftig tot tweehonderd personen, maar zelfs dat is niet met zekerheid te zeggen.

Veel van wat we over de Sentinelezen weten, komt uit bronnen van vóór 2000. Sinds 1996 geldt er een streng reisverbod: niemand mag binnen een straal van vijf kilometer van het eiland komen of contact zoeken met de bewoners. Met die maatregel wil de Indiase regering zowel de Sentinelezen als buitenstaanders beschermen. En dat is nodig, zo bleek al in de negentiende eeuw.

Eerste contact eiste levens

Tijdens het Britse koloniale bestuur van India werden meerdere pogingen gedaan om contact te leggen met de Sentinelezen. In januari 1880 leidde Maurice Vidal Portman, een Britse ambtenaar die de inheemse bevolking wilde bestuderen, een expeditie naar het eiland.

Na enkele dagen nam Portman zes eilandbewoners mee naar Port Blair, een nabijgelegen havenstad. Volgens verslagen werden de twee ouderen en vier kinderen al snel ernstig ziek. De kinderen werden teruggebracht naar hun eiland, maar het echtpaar overleed.

Leestip: Bij dit volk uit de Britse ijzertijd stonden vrouwen centraal

Die kwetsbaarheid voor infecties van buitenaf is tot op vandaag een van de belangrijkste redenen voor het strikte reisverbod. Door hun eeuwenlange isolement hebben de Sentinelezen nauwelijks immuniteit opgebouwd tegen moderne ziekteverwekkers. Zelfs een simpele verkoudheid kan bij hen levensgevaarlijk uitpakken.

Waarom bezoekers niet welkom zijn

Maar het reisverbod rond North Sentinel Island is niet alleen bedoeld om de Sentinelezen te beschermen: ook voor eventuele bezoekers is een bezoek absoluut niet veilig. De eilandbewoners tonen hun wantrouwen tegenover buitenstaanders vaak met geweld: indringers worden met pijlen en speren verjaagd. Dat overkwam al meerdere schepen die vastliepen op het rif rond het eiland.

Wil je niets missen van onze verhalen? Volg National Geographic op Google Discover en zie onze verhalen vaker terug in je Google-feed!

Zo liep in 1981 het vrachtschip Primrose vast op het rif, met twintig bemanningsleden aan boord. Toen ze zagen dat de eilandbewoners met speren en pijlen naderden, beval de kapitein iedereen binnen te blijven. Twee dagen later werden ze gered door een marinehelikopter, maar het scheepswrak ligt nog altijd aan de kust van het eiland.

In 2018 werd het eiland opnieuw wereldnieuws. De Amerikaanse zendeling John Allen Chau probeerde er illegaal aan land te gaan om de bevolking tot het christendom te bekeren. Bij aankomst werd hij echter met pijlen aangevallen en gedood; zijn lichaam werd op het strand begraven.

Onderzoeken naar de Sentinelezen

Naast gewelddadige confrontaties vonden er ook momenten van vreedzaam contact plaats met de bewoners van North Sentinel Island. In de jaren zestig kreeg de Indiase antropoloog Triloknath Pandit de opdracht een expeditie te leiden. Jarenlang bezocht hij met zijn team het eiland kortstondig en liet geschenken achter in de hoop het vertrouwen van de Sentinelezen te winnen. Vaak tevergeefs, want pijlen bleven hun vaste antwoord.

Na tientallen jaren leidde dit werk op 4 januari 1991 tot het eerste vreedzame contact. De Indiase antropologe Madhumala Chattopadhyay maakte deel uit van het team en was de eerste vrouw van buitenaf die de Sentinelezen ontmoette. Tijdens dat bezoek namen de eilandbewoners zonder vijandigheid kokosnoten aan – een moment dat wereldwijd het nieuws haalde.

Leestip: Sandy Island, het eiland dat nooit heeft bestaan

Chattopadhyay bleef nog zes jaar contact houden met de eilandbewoners. Over haar ervaring zei ze later: ‘Je denkt dat je er bent om te studeren, maar eigenlijk bestuderen zij jou. Jij bent de vreemde op hun land.’

Het laatste bezoek van Chattopadhyay vond plaats in 1999. Jaren later blikte ze in een interview met National Geographic terug: ‘Deze stammen leven al eeuwenlang op de eilanden zonder problemen. Hun moeilijkheden begonnen pas toen ze in contact kwamen met buitenstaanders. Ze hebben geen buitenstaanders nodig om hen te beschermen. Wat ze nodig hebben, is dat ze met rust worden gelaten.’

Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!