Deze gebeurtenissen uit de geschiedenis van Israël en Palestina legden de kiem voor de oorlog en genocide die nu in Gaza plaatsvindt. Een tijdlijn van het Israëlisch-Palestijnse conflict.
1897: Het eerste Zionistische Congres
In de late negentiende eeuw wint het zionisme, een nationalistische beweging en ideologie die pleit voor een Joods thuisland, aan populariteit onder Europese Joden. In augustus 1897 organiseert Theodor Herzl (1860-1904), de grondlegger van de zionistische beweging, in Basel het eerste Zionistische Congres. Hier al wordt Palestina genoemd als een van de mogelijke locaties voor de gedroomde Joodse staat.
1914-1918: Eerste Wereldoorlog
Tijdens de Eerste Wereldoorlog staat het Ottomaanse Rijk, aan de kant van Duitsland en Oostenrijk-Hongarije, tegenover onder meer Groot-Brittannië en Frankrijk. Om de Ottomanen te verslaan en hun grip op het Midden-Oosten te vergroten, sluiten de Britten een reeks strategische overeenkomsten.
Ten eerste is er de Brits-Arabische overeenkomst van 1916. Die luidt zo: als de troepen van de emir van Mekka, sjarif Hoessein bin Ali, in opstand komen tegen de Ottomanen, krijgen ze na de oorlog een Arabisch koninkrijk dat Irak, Syrië en Palestina omvat. Datzelfde jaar sluiten het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk in het geheim het Sykes-Picotverdrag, waarin zij het Midden-Oosten alvast onder elkaar verdelen.
In 1917 volgt de Balfourverklaring, waarin de Britse minister van Buitenlandse Zaken Arthur Balfour belooft dat het Verenigd Koninkrijk zich zal inzetten voor een ‘Nationaal Joods Tehuis’ in Palestina.
1917-1939: Mandaatgebied Palestina
Na de Eerste Wereldoorlog geeft de Volkenbond Palestina als mandaatgebied aan de Britten. De regio wordt gerund als een soort kolonie, en de Britse machthebbers ondersteunen de migratie van tienduizenden zionistische Joden naar het gebied.
Onder zowel zionistische Joden als Palestijnse Arabieren heerst onvrede. Zionistische Joden zijn teleurgesteld dat Palestina geen onafhankelijke Joodse staat wordt. De Palestijnse Arabieren zien het beloofde Arabische Koninkrijk in rook opgaan en moeten bovendien toekijken terwijl hun thuisland wordt gekoloniseerd.
Spanningen in de regio groeien en leiden tot de Arabisch-Palestijnse Opstand (1936-1939), een reeks stakingen, boycots en gevechten. Zo’n tweehonderd Britten, vierhonderd Joden en vijfduizend Palestijnen komen om.
1939-1948: Vluchtelingen van de Holocaust
In de Tweede Wereldoorlog worden miljoenen Europese Joden systematisch vervolgd en vermoord door het Duitse naziregime, een genocide die bekendstaat als de Holocaust of Shoah. Na de oorlog kampt Europa met een van de grootste vluchtelingencrises uit de wereldgeschiedenis.
De Britten proberen in deze periode de sterk toenemende emigratie van Joden naar Palestina te beperken. Zo stuurt de Britse kustwacht in 1947 de Exodus – een schip waarmee vluchtelingen, onder wie vele Holocaustoverlevenden, naar Palestina proberen te komen – met geweld terug de zee op.
1947: Verdelingsplan van de Verenigde Naties
Terwijl de spanningen in het mandaatgebied toenemen, dragen de Britten de verantwoordelijkheid over Palestina over aan de Verenigde Naties. Een comité wordt aangesteld om na te denken over de toekomst van Palestina. Dat leidt tot het Verdelingsplan in 1947, waarbij de regio wordt opgedeeld in een Joodse en een Palestijnse staat.
De Joodse zionisten kunnen leven met het plan, maar de Palestijnse Arabieren en omliggende Arabische landen zijn woest. Meer dan de helft van Palestina wordt volgens het plan aan de zionisten toegekend, terwijl de Arabisch-Palestijnse bevolking van het gebied op dat moment twee keer zo groot is.
1947-1949: Vorming van Israël en de Nakba
De Joodse zionisten, onder leiding van David Ben-Goerion, roepen op 14 mei 1948 een onafhankelijk Israël uit. Vrijwel meteen breekt de Eerste Arabisch-Israëlische Oorlog uit, waarbij omringende Arabische landen Israël aanvallen. Zionistische milities en het Israëlische leger in opbouw nemen een steeds groter gebied in, ver buiten de grenzen die in het verdelingsplan waren bepaald.
Honderdduizenden Palestijnse Arabieren vluchten voor het geweld. Het Israëlische regime zorgt ervoor dat velen van hen nooit zullen kunnen terugkeren. Deze massale ontheemding komt bekend te staan als de Nakba.
1956: De Suezcrisis
In 1956 besluit de Egyptische president Abdel Nasser het Suezkanaal, een belangrijke vaargeul tussen de Middellandse Zee en de Rode Zee, te nationaliseren. Groot-Brittannië en Frankrijk zijn woedend en sluiten een geheime overeenkomst met Israël. Israël valt Egypte binnen, waarna de Britten en Fransen hun troepen inzetten om het Suezkanaal te heroveren en ‘beschermen’. Het conflict gaat de geschiedenis in als de Suezcrisis of Tweede Arabisch-Israëlische Oorlog.
1967: De Zesdaagse Oorlog
In de Zesdaagse Oorlog (Derde Arabisch-Israëlische Oorlog) valt Israël Egypte, Jordanië en Syrië aan. In slechts zes dagen verandert het aangezicht van het Midden-Oosten drastisch: Israël verovert het Sinaï-schiereiland en de Gazastrook van Egypte, de Westelijke Jordaanoever van Jordanië en de Golan-hoogvlakte van Syrië. Nog hetzelfde jaar draagt de VN Israël op zich terug te trekken uit de gebieden; Israël weigert dit.
1973: De Jom Kipoer-oorlog
Tijdens de Jom Kipoer-oorlog (Vierde Arabisch-Israëlische Oorlog) proberen Egypte en Syrië hun verloren terrein terug te winnen, maar Israël weet de bezette gebieden te behouden.
1978-1979: De Camp David-akkoorden
De leiders van Israël, de Verenigde Staten en Egypte ondertekenen een reeks overeenkomsten met betrekking tot de Palestijnse gebieden. De Palestijnen, die zijn buitengesloten van de onderhandelingen, protesteren.
1987-1993: Eerste Intifada
In de jaren tachtig verzwakt de aandacht voor het Israëlisch-Palestijns conflict, tot de spanningen in 1987 weer oplaaien. Nadat een Israëlische chauffeur vier Palestijnen doodrijdt in de Gazastrook komen de Palestijnen in opstand. Door middel van geweldloos verzet, burgerlijke ongehoorzaamheid en rellen protesteert het Palestijnse volk tegen de aanhoudende Israëlische bezetting en onderdrukking. Deze actie komt bekend te staan als de Intifada, Arabisch voor ‘opstand’.
1993: De Oslo-akkoorden
Op 13 september 1993 ondertekenen de Israëlische premier Yitzhak Rabin en de leider van de Palestijnse Bevrijdingsorganisatie (PLO) Yasser Arafat de Oslo-akkoorden. Hiermee erkent Arafat de staat Israël en belooft Rabin dat de Palestijnen autonomie zullen krijgen in Gaza en de Westelijke Jordaanoever.
Nadat Rabin op 4 november 1995 door een Israëlische rechts-extremist wordt vermoord, komt zijn concurrent Benjamin Netanyahu aan de macht. Waar Rabin nog openstond voor vredesonderhandelingen met de Palestijnen, houdt zijn opvolger een extreem-nationalistische koers aan. De Oslo-akkoorden mislukken.
2000: Camp David II
In 1999 wint Ehud Barak de Israëlische verkiezingen. Barak en Arafat ontmoeten elkaar het jaar daarop voor een nieuwe Camp David-top. De partijen onderhandelen vijftien dagen, maar boeken vrijwel geen vooruitgang.
2000-2005: Tweede Intifada
Sinds de jaren negentig neemt het aantal illegale Israëlische nederzettingen in de bezette Palestijnse gebieden toe. Daarmee groeit ook de desillusie en frustratie onder Palestijnen. Op 28 september 2000 begint de Tweede Intifada.
In tegenstelling tot de Eerste Intifada, die bestond uit veelal geweldloze acties door brede lagen van de bevolking, is de Tweede Intifada vanaf het begin een gewelddadige opstand, geleid door militante groepen, zoals Hamas. Israël reageert door prominente Palestijnen te liquideren en de bezette gebieden binnen te vallen. Honderden Israëliërs en duizenden Palestijnen worden gedood.
In 2005 trekt Israël zich terug uit de Gazastrook. Duizenden illegale kolonisten worden gedwongen te verhuizen. Voor Israël is de terugtrekking vooral een poging om wettelijke verplichtingen als bezettende macht te ontlopen, terwijl de militaire controle over Gaza wordt behouden. Veel Palestijnen zien de terugtrekking onterecht als een overwinning, wat bijdraagt aan de populariteit van Hamas; in 2006 wint Hamas de verkiezingen.
2008-2014: De Gaza-oorlogen
De Gaza-oorlogen zijn een reeks militaire confrontaties tussen Israël en Palestijnse militante groepen, met name Hamas, in de Gazastrook. Elk conflict eindigt in het voordeel van Israël.
2023: Nieuwe Gaza-oorlog
Op 7 oktober 2023 lanceert Hamas een grootschalige aanval op Israël. Ruim 1100 mensen, onder wie honderden burgers en 36 kinderen, worden gedood en zo’n 250 gijzelaars worden meegenomen naar de Gazastrook. Israël reageert met grootschalige bombardementen en een invasie waarbij op moment van schrijven zeker vijftigduizend Palestijnen, onder wie ruim vijftienduizend kinderen, zijn gedood.
2024: Oorlogsmisdaden en genocide
In mei 2024 vaardigt het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag arrestatiebevelen uit tegen de Israëlische president Benjamin Netanyahu, de Israëlische minister van Defensie en meerdere hooggeplaatste leden van Hamas wegens vermeende misdaden tegen de menselijkheid.
In hetzelfde jaar publiceert Amnesty International een onderzoeksrapport waaruit blijkt dat Israël genocide pleegt in de Gazastrook. Onderzoekers van onder meer Human Rights Watch en de Verenigde Naties onderschrijven deze conclusie.
Meer ontdekken? Krijg onbeperkt toegang tot National Geographic Premium en steun onze missie. Word vandaag nog lid!