Henderson ligt in de Zuidelijke Grote Oceaan, halverwege Nieuw-Zeeland en Chili. Er woont helemaal niemand. Verder weg van alles en iedereen kun je eigenlijk niet komen.
En toch kun je op de witte zandstranden van Henderson spullen vinden uit Rusland, de Verenigde Staten, Europa, Zuid-Amerika, Japan en China. Allemaal afval, het meeste van plastic. Het dobberde over de wereldzeeën tot het werd meegenomen in de gyre van de Zuidelijke Grote Oceaan, een cirkelvormige oceaanstroming die werkt als een lopende band voor het verzamelen van plasticafval. Het vuil wordt vervolgens met een snelheid van zo'n 3500 stuks per dag op de kleine kuststrook van Henderson gedeponeerd.
Jennifer Lavers, een van de twee onderzoekers die een nieuw onderzoek deed naar deze verzameling van 38 miljoen stukken, noemde die hoeveelheid tegenover het Amerikaanse persbureau Associated Press “echt schrikbarend”.
Het afval bestaat voornamelijk uit visnetten en drijvers, waterflessen, helmen en grote, langwerpige stukken. Tweederde ervan was aanvankelijk onzichtbaar, omdat het op het strand bedolven lag onder 10 centimeter zand.
“Hoewel deze waarden schrikbarend zijn, is de werkelijke hoeveelheid afval nog groter. Items die dieper dan 10 centimeter onder de oppervlakte lagen, deeltjes kleiner dan 2 millimeter en afval bij kliffen en rotskusten werden niet in het onderzoek meegenomen,” zo schreven Lavers en een collega in hun dinsdag gepubliceerde artikel in het wetenschappelijke tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences.
Het feit dat Henderson door de Unesco is bestempeld als werelderfgoed en een van 's werelds grootste zeereservaten is, maakt de vuilverzameling nog zorgwekkender. Op de UNESCO-website wordt Henderson omschreven als “een parel” en “een van 's werelds best bewaarde voorbeelden van een koraalatol” dat “bijna onaangetast is door menselijke aanwezigheid.”
Henderson is een van de vier Pitcairneilanden, een cluster van kleine eilanden waarvan de naamdrager bekendheid kreeg omdat de nakomelingen van de muiters van de Bounty er wonen. De bewoners van Pitcairn – dit zijn er inmiddels nog maar 42 – gebruiken Henderson als een idyllisch oord om af en toe te ontsnappen aan het dagelijks leven. Behalve de Pitcairners of een zeldzame onderzoeker of boot met toeristen die een tweedaagse vaartocht maken vanaf de Gambiereilanden, zijn op Henderson slechts vier soorten landvogels, tien soorten planten en een grote kolonie zeevogels te vinden.
Lavers, als wetenschapper verbonden aan de University of Tasmania in Australië, en haar medeauteur Alexander Bond, een milieubioloog, gingen in 2015 naar Henderson voor een verblijf van drie maanden. Ze deden metingen naar de dichtheid van het afval en verzamelden bijna 55.000 stuks. Van bijna honderd daarvan kon het land van herkomst worden achterhaald. Uit de analyse van het tweetal bleek dat zich bijna 18 ton plastic op het eiland bevond. Hierdoor is Henderson de plek met het meeste plasticafval per vierkante kilometer op aarde, in ieder geval tot nu toe.
Jenna Jambeck, hoogleraar milieutechnologie aan de Amerikaanse University of Georgia en een van de eersten die onderzoek deed naar de wereldwijde hoeveelheid afval in de oceanen, is niet verrast door de grote hoeveelheid plastic die Lavers en Bond vonden op Henderson. Uit haar onderzoek in 2015 bleek dat er jaarlijks 8 miljoen ton vuil naar de oceanen stroomt, wat ruim vijftien volle boodschappentassen oplevert voor iedere meter kust op aarde.
“Een van de dingen die mij het meest zijn bijgebleven tijdens mijn veldwerk, was toen ik op de Canarische eilanden was, en zag dat er bij iedere golf microplastic terug aan land werd gebracht,” vertelt ze. “Op dat moment vroeg ik me ineens echt af ‘waar zijn we nou mee bezig?’ Het is alsof de oceaan het weer uitspuugt naar ons. Dus ik kan me voorstellen dat het schokkend is om te zien, daar op het strand van Henderson.”
De resultaten van het onderzoek op Henderson passen bij eerdere ontdekkingen van microplastic in andere afgelegen gebieden, zoals opgenomen in de diepzeebodem of in Noordpoolijs. De vondst van deze grote hoeveelheid plastic raakt dan ook een gevoelige snaar.
“Mensen zijn altijd verrast als er afval wordt gevonden op eilanden die onbewoond en paradijselijk zouden moeten zijn. Dat past niet in ons beeld, daarom is het waarschijnlijk nog steeds een schok voor ons,” aldus Enric Sala, die maritiem onderzoek doet en in 2012 leiding gaf aan een expeditie van National Geographic Pristine Seas naar de Pitcairneilanden, inclusief Henderson. “Er zijn geen afgelegen eilanden meer. We hebben van de oceaan een plasticsoep gemaakt.”