14 juli 2015
Overal ter wereld groeien sectoren van duurzame energievormen sneller dan die van fossiele brandstoffen. Duurzame energie doet het zelfs uitstekend in landen waar je dat niet zou verwachten. “Ook in 2014 vormden duurzame energieën bijna de helft van het wereldwijde totaal aan toegevoegde nettocapaciteit aan stroomproductie,” zegt Achim Steiner, directeur van het United Nations Environment Programme (UNEP). Na een dip van twee jaar trekt duurzame energie weer meer investeringen aan. Waterkracht vormt het grootste aandeel in de duurzame energiesector, gevolgd door windenergie en energie uit biomassa, maar zonne-energie groeit het snelst. Sommige landen zijn logische koplopers. In de VS en China werd in de afgelopen twee jaar de grootste toegevoegde capaciteit voor de productie van windenergie geïnstalleerd, terwijl Duitsland en China de meeste nieuwe zonnepanelen toevoegden, volgens het Amerikaanse ministerie van Energie en Ren21, een internationale ngo. Maar ook vijf kleinere en economisch minder machtige landen tonen hun groene potentieel.
— Italië, beroemd om zijn Toscaanse zon, beschikt over de op twee na hoogste capaciteit aan elektriciteitsproductie uit zonnepanelen en haalde het hoogste percentage van zijn elektriciteitsproductie uit zonne-energie.
— Spanje was het land waar men de meeste elektriciteit uit geconcentreerde zonne-energie haalde, door middel van spiegels die een grote hoeveelheid zonlicht op een klein gebied focussen. De VS stonden op de tweede plek, gevolgd door de Verenigde Arabische Emiraten, India en Algerije.
—Denemarken, beroemd om de grote windmolens voor haar kust, produceerde in 2012 méér energie uit windkracht dan enig ander land ter wereld. Portugal en Spanje kwamen op de tweede en derde plaats.
—India, waar een kwart van de bevolking geen toegang tot elektriciteit heeft, beschikte eind vorig jaar over de op vier na grootste capaciteit aan windenergie in de wereld, volgens de Global Wind Energy Council. Spanje stond op de vierde plek.
—Japan, dat na het ongeluk met de kerncentrale van Fukushima Dai-ichi in 2011 zijn kernenergievoorziening aan het afbouwen is, richt zich nu op zonne-energie. In het afgelopen jaar was Japan na China het land dat de meeste nieuwe zonne-energiecapaciteit aan zijn stroomnet toevoegde, aldus het Internationaal Energie-Agentschap (IEA).
De IEA ziet de dalende prijzen voor zonne-energie als voorbode: rond 2050 zou zonne-energie weleens de belangrijkste bron van elektriciteit kunnen worden en in 25 procent van de wereldwijde energiebehoefte kunnen voorzien. In 2013 was dat nog amper één procent. “Tegen het jaar 2040 zullen ontwikkelingslanden meer dan 1000 miljard dollar hebben geïnvesteerd in kleine opstellingen met zonnepanelen, waarbij afgelegen dorpen in veel gevallen voor het eerst elektriciteit krijgen”, zegt Jenny Chase, hoofdanaliste voor zonne-energie van Bloomberg New Energy Finance. Haar groep voorspelt dat stroom van windmolens op land en uit zonne-energie tegen het jaar 2030 goedkoper zal zijn dan stroom uit nieuwe of bestaande centrales die op fossiele brandstoffen draaien.