Dit verhaal van National Geographic werd geproduceerd in het kader van een samenwerkingsverband met Rolex, ter bevordering van natuuronderzoek en natuurbehoud. Beide organisaties zijn gericht op het gezamenlijk ondersteunen van ervaren natuuronderzoekers, het begeleiden van beginnende onderzoekers en het beschermen van natuurwonderen.

David Doubilet: Jardines de la Reina is een zee­ reservaat van zo’n honderd kilometer ten zuiden van het vasteland van Cuba. Bij eerdere opdrach­ten samen met mijn vrouw en fotografiepartner Jennifer Hayes troffen en we gezond koraal aan dat vol zat met vis en haaien en mangrovebos waar krokodillen rondstruinden. We wisten dat de tijd, toenemende toerisme en klimaatverandering het 2200 vierkante kilometer grote nationale park zouden veranderen, en daarom besloten we na vijf­tien jaar terug te gaan.

We zaten in een doorgang door de mangroven om de Cassiopedia­kwal, bijgenaamd de ‘onderste­ bovenkwal’, te fotograferen. Jennifer, die met haar rug naar me toe stond, zag er een boven haar zwe­ven. In de hoek van mijn zoeker zag ik een spits­-snuitkrokodil aankomen. Tijdens het fotograferen realiseerde ik me dat de krokodil tussen Jennifer en mij door zou zwemmen. Ik ging naar haar toe, maakte harde geluiden via mijn regulator en liet mijn flitsers afgaan om Jen op het bezoek te atten­deren. Ze pikte mijn signalen op en draaide zich om.

Jennifer Hayes: ik keek recht in de snuit van de Amerikaanse krokodil. Verrast maar ook wel verheugd begroette ik hem door mijn regulator.

Achter de schermen bij een krokodilaanval
Achter de schermen bij een krokodil-aanval
Jennifer Hayes

DD: Ze stak gelukkig meteen haar duim op, knikte goedkeurend en naderde het dier om een foto te maken. Ik was verbaasd hoe respectvol ze de krokodil bejegende, met kalme nieuwsgierigheid en vol van vreugde.

JH: Ik voelde me niet bedreigd. Ik had de laat­ste dagen toegekeken hoe de krokodillen de man­groven onderzochten, voor hun plezier vissen opjoegen en binnen ons gezichtsveld lagen te dommelen. Ik kende hun gedrag – en ik had een grote onderwaterbehuizing voor mijn camera die zo nodig als schild kon dienen.

Maar al met al voelde ik me best op mijn gemak met deze krokodillensoort op deze plek en op dit moment. Dat zou anders zijn met een agressievere soort, zoals een nijl­- of zeekrokodil, in een andere omgeving.

DD: Mensen die de foto zien van de krokodil ach­ter Jennifer reageren soms met ontzag of afschuw. Maar een paar foto’s later zie je de krokodil dood­gemoedereerd verder zwemmen en gingen wij door met het fotograferen van kwallen.

JH: Mij wordt vaak gevraagd of ik boos was dat David een foto maakte en niet probeerde mij te ‘red­den’. Maar ik zou ongelukkig zijn geweest als hij de foto niet had gemaakt. Ik was een bezoeker in de wereld van de krokodil. Daarvoor doe ik dit werk, ik ben niet bang, ik vind het juist fantastisch om zo’n oude soort van dichtbij te kunnen bekijken.

DD: Ons werk is nooit zonder risico. Jennifer en ik hebben heel wat duiken afgebroken vanwege agressieve dieren, voor hun én voor onze veilig­heid. Maar deze ontmoeting bevestigde dat Jardines de la Reina een gezond ecosysteem is waar toppredators kunnen gedijen (anders dan de overbeviste en aangetaste gebieden elders in de Cariben).

Dat het zo goed gaat, is te danken aan actieve bescherming en toezicht. Het verlichten van de reisbeperkingen voor Amerikanen zal meer toe­risten trekken, en het is daarom van belang een balans te vinden tussen ecotoerisme, onderzoek en natuurbehoud. Dat kan als bezoekers krokodillen en andere zeedieren ook anders gaan benaderen. In de oceaan zijn we op hun voorwaarden, niet op de onze.