De twee wereldoorlogen waren verwoestend voor Europa. Zo ook voor Frankrijk, dat er meerdere spookdorpen aan heeft overgehouden. Welke verlaten dorpen in Frankrijk zijn een bezoek waard?
1. Poil
In de Provence vind je het verlaten dorp Poil. Het ligt diep in de bergen, op 1200 meter hoogte. Deze geïsoleerde ligging is ook gelijk de verklaring van de leegstand. In de twintigste eeuw telde het dorp nog bijna driehonderd inwoners, maar dat aantal liep langzaam maar zeker terug.
In de periode tussen de twee wereldoorlogen werden de levensomstandigheden steeds zwaarder. De inwoners leefden grotendeels zelfvoorzienend. Ze hielden vee, verbouwden graan en plukten paddenstoelen. Zoals het de Fransen betaamt, vonden ze ook een manier om wijn te kunnen drinken: de druiven verbouwden ze in naburige dorpen, waarna de oogst mee terug werd genomen naar Poil om er wijn van te maken. Maar weinig mensen wisten deze manier van leven vol te houden: in de jaren dertig was Poil officieel verlaten.
Het Franse spookdorp is wandelend te bezoeken en er is zelfs een gîte (vakantiehuisje) gebouwd voor mensen die er willen overnachten. De lokale bevolking probeert het dorp zo goed als kan te onderhouden.
2. Châteauneuf-lès-Moustiers
Waar Nederland in de Eerste Wereldoorlog behoorlijk buiten schot bleef, gold dat zeker niet voor Frankrijk. Die oorlog werd ook de ondergang van het dorpje Châteauneuf-lès-Moustiers, in het departement Alpes-de-Haute-Provence.
In de negentiende eeuw telde Châteauneuf-lès-Moustiers nog zo’n zeshonderd inwoners, nu resten alleen nog ruïnes. Het leven in die tijd was niet eenvoudig, mede door de geïsoleerde ligging en het gebrek aan stromend water en elektriciteit. De Eerste Wereldoorlog bracht het dorp de genadeklap toe. Tussen 1914 en 1918 kwamen zeventien jonge mannen uit Châteauneuf-les-Moustiers om het leven. Hun weduwen, de laatste nog resterende inwoners, verlieten het dorp in 1936.
Het dorp ligt vlak bij de bekende Gorges du Verdon. Er is een wandelpad richting het dorp aangelegd, die je langs de oude school, huizen en kastelen leidt. Opvallend genoeg heeft het spookdorp nog wel een burgemeester: schapenhouder Armand Ferrando bekommert zich sinds 1974 om de ruïnes.
3. Oradour-sur-Glane
Vlakbij Limoges ligt een dorp met een verdrietige geschiedenis: Oradour-sur-Glane. Op 10 juni 1944 vielen de soldaten van de Waffen-SS het dorp binnen. De Das Reich-divisie kreeg na D-day de opdracht om vechters van het Franse verzet uit te schakelen en de controle in Frankrijk terug te pakken. Een van hun stops was Oradour-sur-Glane.
Inwoners werden gesommeerd zich op het marktplein te verzamelen. De in- en uitgangen van het dorp waren toen al omsingeld. Wat volgde was een enorme slachting. Mannen werden gefusilleerd, vrouwen en kinderen werden opgesloten in de kerk. Daar werden granaten naar binnen gegooid, waarna het gebouw in brand werd gestoken. Maar één vrouw overleefde deze barbaarse actie. Marguerite Rouffanche sprong uit het raam en werd vijf keer beschoten, maar wist na een jaar lang revalideren volledig te herstellen.
Duitse soldaten gingen na de brandstichting de straten op om zo veel mogelijk getuigen neer te schieten en in massagraven te dumpen. In totaal kwamen 642 mensen om het leven.
Generaal Charles de Gaulle bezocht het kapotgeschoten dorp op 4 maart 1945. Hij verklaarde het tot martelaarsdorp. Een jaar later werd het plaatsje officieel aangemerkt als historisch monument en sindsdien is het onaangeroerd. In de straten staan verroeste auto’s, ook te zien op de foto bovenaan, en andere achtergebleven spullen. Naast het originele dorp is een tweede Oradour gebouwd. Je kunt het spookdorp gratis bezoeken en eventueel een bezoek brengen aan het museum (niet kosteloos).
Op zoek naar meer uitgestorven locaties? Bezoek dan ook deze spookdorpen in Duitsland en verlaten plekken in België.