In een wereld die door toedoen van de klimaatverandering tegelijkertijd in brand en onder water staat, hebben wetenschappers eindelijk eens goed nieuws: meerdere belangrijke tonijnsoorten balanceren niet langer op het randje van uitsterving.
De geelvintonijn, de witte tonijn en twee soorten blauwvintonijnen worden niet langer ernstig met uitsterving bedreigd of zijn zelfs helemaal van de belangrijkste internationale lijst van bedreigde diersoorten afgevoerd.
Het onverwachts snelle herstel van deze soorten getuigt van het succes van inspanningen die in de afgelopen tien jaar zijn gedaan om een einde te maken aan de overbevissing van deze commerciële vissen. Maar tonijnen zijn niet de enige dieren waarover wetenschappers zich dit jaar onder auspiciën van de International Union for Conservation of Nature (IUCN) op het World Conservation Congress in Marseille hebben gebogen. Onderzoekers wijzen erop dat veel soorten – waaronder ruim een derde van alle haaien- en roggensoorten op aarde – nog altijd met uitsterving wordt bedreigd, als gevolg van overbevissing, habitatverlies en de klimaatverandering.
“Het goede nieuws is denk ik dat duurzame bevissing mogelijk is,” zegt Beth Polidoro, zeebiologe aan de Arizona State University. “We kunnen op duurzame wijze vis consumeren, zonder dat we populaties uitputten tot op het punt dat ze definitief op weg zijn naar uitsterving.”
Tegelijkertijd waarschuwt ze ervoor dat de aanpassingen in de bedreigingsstatus van deze dieren geen excuus mag zijn om vangstquotums op te rekken en zo veel vis te vangen als we maar willen.
“We moeten blijven doen wat tot nu toe heeft gewerkt,” zegt Polidoro.
De IUCN, die haar welbekende Rode Lijst van bedreigde diersoorten elk jaar opstelt op basis van waarnemingen van 16.000 experts in de hele wereld, liet op de vergadering ook weten dat sommige soorten zich in tegenovergestelde richting ontwikkelen en voor het eerst op de lijst terecht zijn gekomen. Een opvallend voorbeeld is de Komodo-varaan, de grootste hagedis op aarde, die vanwege de klimaatverandering gevaar loopt om uit te sterven.
Lees ook: Eén miljoen soorten met uitsterving bedreigd, waarschuwt VN
Al bijna twee decennia maakt Polidoro deel uit van de groep van specialisten die in opdracht van de IUCN de status van ruim zestig soorten tonijnen en zeilvissen beoordeelt. In 2011 maakten zij en collega’s hun eerste alomvattende onderzoeksresultaten bekend, waaruit bleek dat een aantal commerciële tonijnsoorten op het punt stond om uit te sterven.
Tien jaar later is Polidoro aangenaam verrast door de enorme verbetering in de overlevingskansen van deze soorten.
Volgens de nieuwste gegevens komt de Atlantische blauwvintonijn (Thunnus thynnus), die voorheen met uitsterving werd bedreigd, nu in aanmerking voor de classificatie ‘niet-bedreigd’. Dat geldt ook voor de geelvintonijn (Thunnus albacares) en de witte tonijn (Thunnus alalunga), die bij de voorlaatste beoordeling nog werden beschouwd als ‘gevoelig voor uitsterving’. (Zo kies je het meest milieuvriendelijke blikje tonijn uit.)
Lees ook: Wereldzeeën worden leeggevist, ondanks internationale beloften
Daarnaast werd de bedreigingsstatus van de zuidelijke blauwvintonijn (Thunnus maccoyii) afgezwakt van ‘ernstig bedreigd’ naar ‘bedreigd’, terwijl de grootoogtonijn (Thunnus obesus) ‘kwetsbaar voor uitsterving’ en de echte bonito (Katsuwonus pelamis) ‘niet-bedreigd’ blijven.
Wonderen van de zee
De meeste mensen zien tonijnen vaak als een potentiële maaltijd, maar deze vissen zijn stuk voor stuk reusachtige en wonderbaarlijke wezens.
Zo begint de Atlantische blauwvintonijn zijn leven als een minuscuul eitje met een doorsnede die overeenkomt met de dikte van een creditcard. Maar binnen tien jaar kan de vis uitgroeien tot een lengte van bijna twee meter en een gewicht van 250 kilo. Tonijnen zijn geduchte jagers die met snelheden van om en nabij de 65 kilometer per uur door de oceaan schieten en hun prooi in zijn geheel opschrokken – wat er maar in hun gapende muil past.
Hoewel een uit de kluiten gewassen rugbyspeler in het niet zou vallen bij een tonijn, kunnen deze vissen niet op tegen de industriële vismethoden. In de vroege jaren zeventig werd begonnen met de langelijnvisserij op de grotere exemplaren van de Atlantische blauwvintonijn, die elk jaar in de Golf van Mexico bijeenkomen om te paaien. In dezelfde tijd werden kleinere tonijnen door middel van zegenvisserij opgeschept uit wateren langs de Noord-Amerikaanse oostkust, waar deze vissen foerageren.
Volgens Polidoro hebben de tonijnsoorten zich hersteld dankzij beperkte visquota’s en de strikte handhaving ervan. Door verbeteringen in het bijhouden van gegevens kunnen visbestanden volgens haar nu nauwkeuriger worden beoordeeld en zorgvuldiger worden beheerd.
Maar er zijn wel enkele kanttekeningen bij dit succes te maken. Het verspreidingsgebied van tonijnen beslaat reusachtige stukken van de wereldzeeën en de vissen brengen verschillende levensstadia in verschillende regio’s door. Dat maakt het beheer van tonijnpopulaties een ingewikkelde taak. (Lees ook waarom er zo intensief is gevist op de Atlantische blauwvintonijn.)
“Onze kennis over het leven van de geelvintonijn in de Indische Oceaan is bijvoorbeeld één groot zwart gat,” zegt Polidoro. “We weten niet goed hoe het daar met deze soort is gesteld, maar alles wijst erop dat hij wordt overbevist.”
Zo ook is de populatie Atlantische blauwvintonijnen in het westen van de Atlantische Oceaan sinds de jaren zeventig zwaar overbevist en heeft zich daarvan volgens Polidoro nog niet hersteld.
Hoop voor de Komodo-varaan
Een andere belangrijke maar minder hoopvolle ontwikkeling die op het World Conservation Congress werd gemeld, was de aanpassing van de bedreigingsstatus van de Komodo-varaan (Varanus komodoensis).
‘s Werelds grootste hagedis, die alleen voorkomt op de Indonesische Soenda-eilanden, zou in de komende 45 jaar weleens dertig procent van zijn habitat kunnen kwijtraken door toedoen van de zeespiegelstijging. Door deze dreiging is de status van het reptiel aangepast van ‘kwetsbaar voor uitsterving’ tot ‘met uitsterving bedreigd’. (Lees meer over Komodo-varanen en de eilanden waarop ze leven.)
Bekijk hieronder: 50 bedreigde diersoorten
“Als het om de klimaatverandering en de zeespiegelstijging gaat, denk ik dat de meeste diersoorten die op kleine eilandjes leven met hetzelfde probleem geconfronteerd zullen worden,” schrijft Achmad Ariefiandy, ecoloog van de Indonesische ngo Komodo Survival Program, in een e-mail. Ariefiandy was niet betrokken bij de beslissing over de status van de Komodo-varaan.
Lees ook: Droom je van draken? Hier leven ze echt.
Ondanks de dreiging die Komodo-varanen boven het hoofd hangt, lopen ze mogelijk minder gevaar dan andere bedreigde soorten, want de Indonesische regering heeft een programma in het leven geroepen om de hagedissen te redden. Volgens Ariefiandy voorziet dat plan, dat pas in 2013 echt op gang is gekomen, in betere samenwerking tussen regionale en lokale overheden, plaatselijke bevolkingsgroepen, wetenschappers en ngo’s.
“De werkelijkheid ter plekke is momenteel dat het prima met de varanen gaat,” zegt Ariefiandy.
Vanzelfsprekend gaat het werken aan natuurbehoud altijd door. Dus is er waakzaamheid geboden om ervoor te zorgen dat de tonijnsoorten en de Komodo-varaan het goed blijven doen. Maar voorlopig kunnen natuurbeschermers zich verheugen in een zeldzame overwinning voor de wilde fauna van de wereld.
Dit artikel werd oorspronkelijk gepubliceerd in het Engels op nationalgeographic.com